Vraag
De gemeente heeft de bijstandsuitkering van mijn vriend ingetrokken en teruggevorderd, omdat wij een gezamenlijke huishouding zouden voeren. Nu zeggen ze dat ik hoofdelijk aansprakelijk ben voor de daaruit voortvloeiende terugvordering. Kan ik nog bezwaar en beroep maken tegen die intrekking en terugvordering? Bovendien had ik helemaal geen weet van de bijstandsuitkering van mijn vriend. Ik dacht dat hij in de WW zat.
Antwoord
U kunt niet opkomen tegen de intrekking en terugvordering van de bijstand van uw vriend. U kunt wel rechtsmiddelen aanwenden tegen de medeterugvordering van u.
Uitleg
De rechtsmiddelen van bezwaar en beroep tegen besluiten staan open voor belanghebbenden. U bent geen belanghebbende bij de intrekking en terugvordering van de bijstand van uw vriend (CRvB 8 februari 2005, ECLI:NL:CRVB:2005:AS5689).
Op grond van art. 59 lid 2 Pw kan de gemeente de kosten van bijstand, in gevallen waarin iemand als gevolg van het niet nakomen van de inlichtingenplicht ten onrechte bijstand als alleenstaande heeft gehad, mede terugvorderen van de verzwegen partner. Het is daarbij niet van belang of deze verzwegen partner weet had van de bijstandsuitkering (CRvB 12 september 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:3111). De verzwegen partner is op grond van art. 58 lid 4 Pw hoofdelijk aansprakelijk voor de terugvordering.
Maar het is niet een kwestie van enkel ‘hoofdelijk aansprakelijk stellen’. Deze medeterugvordering vergt een afzonderlijk aan u gericht terugvorderingsbesluit (CRvB 10 januari 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:41). Tegen dit besluit kunt u bezwaar en beroep instellen. Daarbij kan zowel de vraag of u en uw vriend voor de Participatiewet als gehuwd moeten worden beschouwd als de vraag of uw vriend zijn inlichtingenplicht heeft geschonden nog ten volle ter discussie worden gesteld (CRvB 25 januari 2005, ECLI:NL:CRVB:2005:AS7903).