Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

ECLI:NL:HR:2022:1792

1 december 2022

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 21/02341

Datum 9 december 2022

ARREST

In de zaak van

STICHTING GGZ MOMENTUM,
gevestigd te Veldhoven,

EISERES tot cassatie, verweerster in het voorwaardelijke incidentele cassatieberoep,

hierna: Momentum,

advocaat: T. van Malssen,

tegen

1. ZILVEREN KRUIS ZORGVERZEKERING N.V.,
gevestigd te Utrecht,

2. FBTO ZORGVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Leeuwarden,

3. OZF ZORGVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Utrecht,

4. AVERO ACHMEA ZORGVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Utrecht,

5. IAK VOLMACHT B.V.,
gevestigd te Utrecht,

6. INTERPOLIS ZORGVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Utrecht,

VERWEERSTERS in cassatie, eiseressen in het voorwaardelijke incidentele cassatieberoep,

hierna gezamenlijk: Zilveren Kruis c.s.,

advocaat: J.P. Heering.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

  • de vonnissen in de zaak C/09/550032 / HA ZA 18/327 van de rechtbank Den Haag van 16 mei 2018 en 21 november 2018;

  • het arrest in de zaak 200.273.086/01 van het gerechtshof Den Haag van 30 maart 2021.

Momentum heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.

Zilveren Kruis c.s. hebben voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld.

Partijen hebben over en weer een verweerschrift tot verwerping van het beroep ingediend.

De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor Zilveren kruis c.s. mede door C.A. Bosma.

De conclusie van de Advocaat-Generaal B.J. Drijber strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.

De advocaat van Momentum heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

Beoordeling van het middel in het principale beroep

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

Het incidentele beroep, dat is ingesteld onder de voorwaarde dat het middel in het principale beroep tot vernietiging van het arrest van het hof leidt, behoeft gelet op hetgeen hiervoor is overwogen geen behandeling.

Beslissing

De Hoge Raad:

  • verwerpt het principale beroep;

  • veroordeelt Momentum in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Zilveren Kruis c.s. begroot op € 916,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

Dit arrest is gewezen door de vicepresident M.J. Kroeze als voorzitter en de raadsheren C.E. du Perron, F.J.P. Lock, S.J. Schaafsma en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op 9 december 2022.

Artikel delen