De gemeente is ervoor verantwoordelijk dat de jeugdige en zijn ouders op een deskundige wijze worden geholpen wanneer dat nodig is. Onder toeleiding, een niet in de wet gedefinieerd begrip, moet in dat verband worden verstaan dat de gemeente de jeugdige of zijn ouders behulpzaam is in het zoeken naar de juiste wegen voor het verkrijgen van hulp, dan wel uit eigen beweging de jeugdige en zijn ouders toeleidt naar hulp, bijvoorbeeld in het gedwongen kader. Gemeenten zorgen ervoor dat jeugdigen en hun ouders binnen de gemeente, of een daartoe door de gemeente aangewezen organisatie, terechtkunnen (indien nodig ook buiten kantooruren) met vragen en zorgen over de opvoeding, ontwikkeling, geestelijke gezondheid of veiligheid van een kind. De gemeente kiest de organisatievorm die daarbij hoort. Dat kan bijvoorbeeld zijn in een wijkteam, onderdeel van de organisatie van de gemeente, maar zo’n wijkteam kan ook buiten de gemeentelijke organisatie worden geplaatst, bijvoorbeeld in de vorm van een stichting. In veel gemeenten zijn netwerkorganisaties opgericht, waarin vanuit meerdere disciplines professionals uit de moederorganisatie participeren, en die zich bezighouden met de toeleiding, advisering en bepaling van de benodigde hulp.
Bij deze wijkteams, netwerkorganisaties en centra voor jeugd en gezin kunnen jeugdigen en ouders terecht voor vragen met betrekking tot de ontwikkeling van de jeugdige. De bij deze organisaties werkzame professionals moeten in staat zijn om een ondersteuningsvraag, de geestelijke gezondheid en de veiligheid van een jeugdige of zijn ouders te beoordelen en daarover professioneel advies geven. Die deskundigheid ziet niet alleen toe op deskundigheid met betrekking tot herkenning van de problematiek (gaat het om een psychische stoornis of een gedragsprobleem?) maar ook heeft die deskundigheid betrekking op het aanwezige aanbod (welke instelling kan helpen bij dit probleem?). De professionals moeten bovendien in staat zijn om eenvoudige vragen direct te beantwoorden. Bij complexere vragen of problemen kunnen zij inschatten welke deskundige de jeugdige of zijn ouders het beste kan helpen. Dat kan zijn via een voorziening op grond van een andere wet dan de Jeugdwet, maar het kan ook zijn dat jeugdhulp als bedoeld in de Jeugdwet nodig is. In dat geval zal de organisatie zelf de jeugdhulp bepalen (in mandaat namens het college van burgemeester en wethouders), dan wel verwijzen naar het gemeentelijk jeugdteam waarin de jeugdhulpbepaling zal plaatsvinden.
Net zoals de toeleiding kan de gemeente ook de advisering en de bepaling van jeugdhulp op verschillende manieren vormgeven. Het is aan elke gemeente afzonderlijk om daaraan een invulling te geven. Advisering en bepaling van jeugdhulp kan binnen de gemeentelijke organisatie worden belegd, maar ook kan de bepaling van jeugdhulp geschieden door verwijzing naar een gespecialiseerde aanbieder van jeugdhulp, die deze in dienst van de gemeente of in opdracht van de gemeente uitvoert. In de praktijk hebben gemeenten ook op verschillende wijzen vormgegeven aan de wettelijke opdracht tot advisering en bepaling van jeugdhulp, bijvoorbeeld via de centra voor jeugd en gezin of via wijkteams, al dan niet buiten de gemeentelijke organisatie geplaatst.