In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen staan asiel en migratie opnieuw hoog op de agenda. De voorgestelde oplossingen lopen echter sterk uiteen en veel plannen zijn juridisch of praktisch moeilijk uitvoerbaar. In dit artikel onderzoeken we wat partijen concreet voorstellen, welk draagvlak die ideeën hebben, en wat realistisch is.
Enkele partijen hebben asielmigratie als speerpunt van hun programma gekozen, met strenge beperkingen op aantallen en een harde toon. De PVV voert bijvoorbeeld campagne met een totale asielstop en pleit voor gesloten grenzen, het opzeggen van het Vluchtelingenverdrag en stopzetting van gezinshereniging. Ook de rechts-conservatieve partij JA21 wil de asielinstroom fors inperken. In de plannen staan tevens voorstellen als opvang in landen in de regio (buiten Europa), asielprocedures vanuit partnerlanden buiten de EU (het Deense model), en strenge regels voor gezinshereniging.
Daartegenover staan partijen die de nadruk leggen op internationale samenwerking en humanitaire opvang. GroenLinks-PvdA onderstreept een menswaardig asielbeleid: snellere procedures en gelijke spreiding van opvang (uitvoeren van de Spreidingswet). D66 benadrukt de Europese samenwerking: volgens deze partij draagt invoering van het EU-pact (2026) bij aan regie op migratie en betere verdeling tussen landen.
Middenpartijen als het CDA en de ChristenUnie staan ertussenin. Het CDA vraagt om meer grip op migratie en zegt uitgeprocedeerde asielzoekers die niet meewerken aan terugkeer strafbaar te maken, maar benadrukt in de kern een rechtvaardig asielbeleid naar draagkracht. De ChristenUnie zet in op gecontroleerde bevolkingsgroei met beperking van arbeidsmigratie en een rechtvaardig maar barmhartig asielbeleid. Beide middenpartijen vinden: nieuwe migranten moeten zich inspannen om te integreren (plicht tot inburgeren en taal leren).
Maar het CDA en de ChristenUnie zijn niet de enige partijen die om grip roepen. Na het rapport ‘Gematigde groei’ van de staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050 hanteren bijna alle partijen de term ‘grip op migratie’. Toch blijven veel programma’s vaag over wat dat betekent. Het genoemde rapport stelt dat migratie, in combinatie met vergrijzing, hanteerbaar moet blijven. GroenLinks-PvdA heeft dit concreet vertaald in een langetermijn stuurdoel van 40.000 tot 60.000 mensen per jaar.
Sommige partijen noemen cijfers of een plafond, andere partijen zoals VVD en NSC spreken in algemene termen over beheersing of sturing van migratie. Aan de extreemrechtse kant roepen partijen als JA21 en FVD soms om een migratieplafond of selectie van migranten op cultuur of geschiktheid, maar dergelijke voorstellen blijven vaag en zijn nauwelijks juridisch haalbaar.
Over het geheel is de belofte van grip duidelijk populair, maar blijft de invulling veelal beperkt tot best practices (snellere procedures, betere opvang, integratie, investeringen in herkomstlanden). Grotere ingrepen (zoals migratieplafonds, afscheuring van bestaande verdragen) zijn hooguit praatjes van de flank en verre van haalbaar.
Toch presenteren sommige programma’s enkele vernieuwende of technisch complexe ideeën. Zo pleit D66 ervoor om asielaanvragen buiten Europa af te handelen. D66 stelt dat de asielprocedure wereldwijd gemoderniseerd moet worden en wil dat vluchtelingen buiten Europa hun asielverzoek kunnen indienen; bij een kansrijke aanvraag volgt toelating naar Europa. Het CDA steunt een nieuw internationaal asielsysteem, waarin de opvang en verwerking van aanvragen van asielzoekers in veilige derde landen worden geregeld, om mensensmokkel tegen te gaan. Deze voorstellen vergen echter ingrijpende EU-onderhandelingen. Asiel buiten Europa vragen betekent impliciet aanpassing van internationale verdragen of unanimiteit binnen de EU, en we weten inmiddels dat dat vaak lastig is.
Kansrijk: veel partijen willen snellere en effectievere procedures. Ook is de roep om grip groot, maar de precieze invulling laat nog op zich wachten.
Twijfelachtig: voorstellen als een stringent migratieplafond of selectieve toelating zijn hoogst onzekere kaarten. Daarnaast zijn de plannen van D66 om asielaanvragen buiten Europa af te handelen weliswaar innovatief, maar is de slaagkans niet erg groot.
Kansloos: totale asielstop en het opzeggen van het VN-Vluchtelingenverdrag. Dergelijke maatregelen vereisen grote grondwetswijzigingen of verdragsopzegging, waarvoor geen parlementaire meerderheid te verwachten is.
Al met al blijft migratie een ingewikkeld beleidsterrein waarbij coalitiepartners compromissen moeten sluiten. De principes uit de campagne botsen vaak met praktische uitvoerbaarheid. Waarschijnlijk wordt het nieuwe beleid een mix van beheersing én verbetering: de aanwas van vluchtelingen en arbeidsmigranten matigen waar legaal kan, meer investeren in integratie en opvang, én samenwerking in Europa. Afgezet tegen Schoof I is elke vooruitgang al winst ten opzichte van de huidige stilstand op dit terrein.