De jeugdzorg kraakt. Niet door gebrek aan inzet of visie, maar door een overdaad aan intenties, rapporten en tijdelijke oplossingen. De Hervormingsagenda Jeugd moet hier verandering in brengen, maar zolang het aan bestuurlijke daadkracht ontbreekt, blijven jongeren en professionals gevangen in een stelsel dat te weinig werkt.
Inmiddels zijn we vele inspectierapporten, parlementaire enquêtes en hervormingsplannen verder. Steeds weer wordt geconcludeerd dat het systeem tekortschiet in bescherming, samenwerking en menselijke maat. Gemeenten geven aan dat ze onvoldoende regie kunnen voeren. Jeugdbeschermers klagen over een overvraagd en versnipperd veld. Jongeren ervaren discontinuïteit, bureaucratie en een gebrek aan vertrouwen.
De paradox? Iedereen wil het goede doen – maar niemand is écht in positie om het te doen.
De Hervormingsagenda legt terecht nadruk op een sterkere sturing op de inhoud. Maar zolang governance als bijzaak wordt behandeld – iets dat pas komt ná de inhoudelijke afspraken – blijft de uitvoering stroperig. In de praktijk zie je dat gemeenten het lastig vinden om gezamenlijk regie te voeren, zeker in regionale samenwerkingsverbanden waarin verantwoordelijkheden versnipperd zijn over colleges, raden, beleidsregisseurs en contractmanagers.
Sterke sturing vraagt om heldere afspraken over wie waarvoor verantwoordelijk is, hoe besluiten worden genomen én wat er gebeurt als samenwerking stokt. Governance is daarin geen technocratisch sluitstuk, maar een strategisch startpunt.
In beleidsstukken lees je vaak: ‘er moet meer vertrouwen komen’. Maar vertrouwen volgt op transparantie, aanspreekbaarheid en gezamenlijke leerervaringen. Dat vraagt om ruimte om te falen, maar ook om structuur om bij te sturen.
Bij Van Eijck & Partners zien we in onze projecten dat gemeenten en jeugdzorgaanbieders pas écht in beweging komen als ze governance niet alleen beschouwen als structuur, maar als cultuur: een manier van samenwerken waarin verantwoordelijkheden gedeeld én gedragen worden. Daarvoor is leiderschap nodig dat meer doet dan beleid implementeren: het gaat om sturen op betekenis, relaties en impact.
Bij het verbeteren van samenwerking denken steeds meer gemeenten ook aan digitale ondersteuning. Kunstmatige intelligentie kan daarbij helpen – als hulpmiddel, niet als stuurinstrument. Denk aan slimme assistenten die consulenten helpen navigeren door complexe casuïstiek en regelgeving, zoals Aida, de AI-ondersteuner die wij met verschillende gemeenten ontwikkelen.
Maar laten we eerlijk zijn: geen algoritme lost een slechte samenwerkingsstructuur op. Technologie werkt alleen als de governance klopt. Anders gezegd: wie zijn stelsel niet op orde heeft, moet niet hopen dat AI de boel wel even redt.
Het is verleidelijk om het stelsel als een extern probleem te zien: iets dat ‘van bovenaf’ moet worden aangepast. Maar effectieve jeugdzorg ontstaat lokaal, tussen mensen. Dat vraagt om een bestuurspraktijk waarin we de complexiteit niet reduceren tot protocollen, maar waarin we werken aan duurzame relaties tussen partners.
Daarbij helpt het om governance te zien als een levend geheel: niet als een vast organogram, maar als een netwerk van afspraken, verwachtingen en gedragingen. Wie daarin durft te investeren – bestuurlijk, ambtelijk én professioneel – legt de basis voor een stelsel dat wél werkt.
De Hervormingsagenda Jeugd biedt een kans om opnieuw te kijken naar de basis onder ons handelen: hoe sturen we, hoe leren we en hoe verbinden we belangen van jongeren, ouders en uitvoerders? Governance is daarin geen bijlage, maar een voorwaarde. Van intentie naar impact vraagt om keuzes – en de moed om ze samen te maken. Liefst met een beetje menselijke intelligentie. En een beetje kunstmatige.