Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

CBb: NZa had moeten optreden tegen Zilveren Kruis

8 april 2025

In een recente uitspraak van het CBb werd geoordeeld dat Zilveren Kruis het hiervoor genoemde artikel 4 Regeling zorginkoop had geschonden en de NZa ten onrechte had geweigerd daartegen op te treden. De zorgaanbieder die de NZa had verzocht om via een boete handhavend op te treden, kwamen hiertegen op in een bestuursrechtelijke procedure.

De zorgaanbieder had tot en met 2020 een contract met De Friesland. Vanaf 2021 nam Zilveren Kruis de inkoop van huisartsenzorg voor de jaren 2022-2023 over van De Friesland. Zilveren Kruis had in die inkoopprocedure niet de wijzigingen in het inkoopbeleid van het lopende jaar en het daaraan voorafgaande zorginkoopbeleid van De Friesland inzichtelijk gemaakt. De NZa meende dat uit de Regeling zorginkoop geen verplichting voor Zilveren Kruis volgde om die wijzigingen inzichtelijk te maken. Het verzoek om handhaving werd afgewezen en het tegen dat besluit gerichte bezwaar ongegrond verklaard.

De zorgaanbieder ging in beroep bij het CBb. Het CBb is met de zorgaanbieder van oordeel dat uit artikel 4 lid 7 (destijds lid 6) Regeling zorginkoop wel degelijk een verplichting voor Zilveren Kruis volgt om wijzigingen in het inkoopbeleid ten opzichte van het beleid van De Friesland inzichtelijk te maken. Zilveren Kruis verzorgde weliswaar het inkoopproces voor De Friesland, maar de zorgaanbieders sloten nog steeds een overeenkomst met De Friesland. Artikel 4 lid 7 Regeling zorginkoop richt zich tot de zorgverzekeraar die de zorg inkoopt via de contracten met de zorgaanbieders. In dit geval is dat nog steeds De Friesland, zij het dat het inkoopproces was uitbesteed aan Zilveren Kruis.

Dit is een belangrijke verduidelijking van artikel 4 lid 7 Regeling zorginkoop in een tijd waarin veel zorgverzekeraars onderdeel uitmaken van grotere concerns. Het CBb kijkt voor de toepassing van de Regeling zorginkoop door die constructie heen, omdat uiteindelijk bepalend is welke zorgverzekeraar de overeenkomst aangaat met de zorgaanbieder.

Relevant is ook dat de NZa het onvoldoende acht dat De Friesland de verschillen in het inkoopbeleid wel tijdens informatiesessies op 15 en 21 april 2021 aan leden van de LHV onder de aandacht had gebracht. Zilveren Kruis had de verschillen in het op 1 april 2021 gepubliceerde inkoopbeleid moeten opnemen, zodat alle Friese huisartsen daarvan kennis konden nemen en zij niet afhankelijk waren van huisartsenverenigingen.

Naast de schending van artikel 4 lid 7 Regeling zorginkoop, stelde het CBb nog twee overtredingen van Zilveren Kruis vast. De aanvullingen op het inkoopbeleid waren pas in november 2021 en daarmee in een zodanig laat stadium van het inkoopproces bekend gemaakt, dat geen sprake was van een tijdige bekendmaking en redelijke termijn om de aanvullingen te bestuderen. Daarmee is ook sprake van een schending van de artikelen 6 lid 1 en 7 lid 1 Regeling zorginkoop. Zoals hiervoor besproken, is de zorgverzekeraar op grond van die bepalingen verplicht om in het tijdpad een redelijke termijn op te nemen om het voorstel te bestuderen en vragen te stellen (artikel 6 lid 1) en wijzigingen in het beleid en de procedure tijdig bekend te maken, op dezelfde wijze als waarop eerder informatie bekend is gemaakt (artikel 7 lid 1).

Gelet op deze drie schendingen van de Regeling zorginkoop door Zilveren Kruis, kon de NZa volgens het CBb het verzoek om handhaving van de zorgaanbieder niet afwijzen. De motivering van de beslissing op bezwaar was daarmee onvoldoende. De NZa zal een nieuwe beslissing op bezwaar moeten nemen. Die zal naar verwachting wel een handhavingsmaatregel inhouden, al zou dat ook een waarschuwing kunnen zijn. Uit een andere recente uitspraak van het CBb werd benadrukt dat de NZa niet gehouden is om een aanwijzing of boete op te leggen voor een overtreding van de Regeling zorginkoop. Een informele waarschuwing is ook een optie.

Artikel delen