Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Mikael en zijn moeder mogen niet in Nederland blijven

De minister van Asiel en Migratie hoefde de elfjarige Mikael en zijn moeder geen verblijfsvergunning te verlenen. Mikael en zijn moeder zijn een te lange periode uit beeld geweest bij de vreemdelingrechtelijke instanties en zijn niet beschikbaar geweest voor vertrek naar Armenië na beëindiging van de verblijfsprocedure in Nederland. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een uitspraak van vandaag (31 juli 2024).

Raad van State 7 augustus 2024

Samenvatting

Samenvatting

De moeder van Mikael is in 2010 vanuit Armenië naar Nederland gekomen. De asielaanvraag van de moeder is destijds afgewezen. Zij is daarna in Nederland gebleven en is niet teruggekeerd naar Armenië. Mikael is in Nederland geboren. Net als zijn moeder heeft Mikael de Armeense nationaliteit. Omdat Mikael in Nederland is geboren en zijn hele leven in Nederland heeft gewoond, wil hij in Nederland blijven. Daarom heeft hij een aanvraag bij de minister ingediend om hem en zijn moeder een verblijfsvergunning te verlenen.

De regeling

Mikael heeft een verblijfsaanvraag ingediend op grond van de Afsluiting Definitieve Regeling langdurig verblijvende kinderen. In de kern gaat het er in deze regeling om dat de minister als is voldaan aan bepaalde vereisten de verantwoordelijkheid neemt voor het langdurig verblijf van kinderen en hun familieleden in Nederland, terwijl zij geen recht hebben op een asielvergunning. Aan die kinderen moet duidelijkheid worden verleend over hun verblijfsstatus. Als is voldaan aan bepaalde vereisten kunnen die kinderen en hun gezin toch in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning.

Maar als de ouders zelf een groot aandeel hebben in de lange duur van het verblijf van hun kind in Nederland, bestaat op grond van deze regeling geen recht op een verblijfsvergunning en blijft de verantwoordelijkheid bij de ouders en het kind liggen.

Te lang uit beeld door eigen keuze

Die verantwoordelijkheid ligt in deze zaak juridisch gezien bij de moeder en Mikael. Mikael en zijn moeder zijn langer dan drie maanden uit beeld van de vreemdelingrechtelijke instanties geweest. Ze hebben ruim voor het einde van de verblijfsprocedure de opvanglocatie verlaten zonder een adres achter te laten. Hiermee hebben ze actief stappen ondernomen waardoor ze te lang uit beeld zijn geweest van de instanties. Ze hebben daarmee niet voldaan aan de vereisten om op grond van Afsluitingsregeling een verblijfsvergunning te krijgen.

De gevolgen

Mikael en zijn moeder mogen niet in Nederland blijven en moeten naar Armenië vertrekken. De Afdeling bestuursrechtspraak begrijpt dat het voor Mikael zwaar zal zijn om naar Armenië te gaan, omdat hij daar nog nooit is geweest. Ook begrijpt de Afdeling bestuursrechtspraak dat Mikael in stress en onzekerheid verkeert. Dat de situatie waarin Mikael zit al elf jaar duurt, ligt voor een deel aan de keuze van zijn moeder om niet met Mikael naar Armenië te vertrekken toen dat moest én ligt voor een ander deel aan de verschillende instanties die lang hebben gedaan over de besluitvorming in de verblijfsprocedure. Ook de Afdeling bestuursrechtspraak heeft lang over deze zaak gedaan.

Dat wil nog niet zeggen dat de Afdeling bestuursrechtspraak Mikael daarom gelijk kan geven. De wens om in Nederland te blijven en de stress en onzekerheid die daarmee gepaard gaan, zetten de toepassing van de Afsluitingsregeling nu eenmaal niet snel opzij. Door de keuze van de moeder om de opvang met Mikael te verlaten, zonder een adres achter te laten, is door hun eigen toedoen een situatie ontstaan waarvoor de Afsluitingsregeling niet bedoeld is. De minister hoeft daarom niet de verantwoordelijkheid voor de lange duur van het verblijf van Mikael en zijn moeder in Nederland te nemen.

Uitspraak

  • ECLI:NL:RVS:2024:3109

Artikel delen