Wekelijkse selectie van rechtspraak over de Participatiewet, de Wmo 2015 en de Jeugdwet. Voor elk van deze wetten kiezen wij wekelijks één uitspraak omdat deze opvalt, een link heeft met de actualiteit of in juridisch opzicht interessant is.
Participatiewet: Gokken zal niet meer leiden tot intrekking van bijstand. Dat blijkt uit een vijftal uitspraken van de Centrale Raad die vorige week gepubliceerd zijn. Voorheen werd aangenomen dat het recht op bijstand niet meer kan worden vastgesteld als iemand aan gokken gedaan heeft, omdat niet kan worden nagegaan welke bedragen de betrokkene met dat gokken heeft ontvangen. Dit betekende in de praktijk dat diegene de bijstand volledig moest terugbetalen. Die lijn wordt nu verlaten. Aangenomen wordt nu dat de inkomsten uit gokactiviteiten in een gokinstelling gelijk zijn aan de ingelegde bedragen. Aangenomen wordt ook dat een betrokkene alle bedragen die hij contant in de gokinstelling heeft opgenomen, besteed heeft om te gokken. Het is voor de gemeente die de bijstand verleent of voor de betrokkene nog wel mogelijk om aan de hand van concrete omstandigheden te proberen aannemelijk te maken dat de betrokkene in zijn of haar specifieke geval meer of juist minder dan 100% van de ingelegde bedragen heeft ontvangen. Wij verwachten dat dit in de praktijk niet eenvoudig zal zijn.
Wmo 2015: Deze week waren er wederom geen wereldschokkende uitspraken op het gebied van de Wmo. Wel was er deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam, waaruit maar weer eens blijkt dat het zaak is om het welbekende stappenplan te doorlopen bij Wmo-besluiten en om goed te controleren of de onderbouwing (die vaak in een apart advies of ondersteuningsplan wordt gegeven) strookt met de conclusies die getrokken worden in het kader van dit stappenplan. Daar ging het hier mis. De rechtbank oordeelt dat niet aannemelijk is dat de hulpvragen goed in kaart zijn gebracht aangezien uit de onderbouwing blijkt dat de man in kwestie op meer gebieden hulp wil dan nu tot uitdrukking komt in de geformuleerde hulpvragen. Bovendien was niet toegelicht welke problemen ondervonden werden bij de zelfredzaamheid, maatschappelijke participatie, dan wel het zich kunnen handhaven in de samenleving.
Jeugdwet: Is jeugdhulp ook bedoeld voor personen ouder dan 18 in gevallen waarin die personen op grond van de Wmo 2015 voor begeleiding in aanmerking komen? Nee, in beginsel niet, aldus de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant. Het is niet de bedoeling dat hulp op grond van de Jeugdwet wordt voortgezet na het 18e jaar als de Wmo 2015 ook toegepast kan worden. Er geldt volgens de voorzieningenrechter alleen een uitzondering op die leeftijdsgrens voor de situatie dat de jeugdhulp wordt verstrekt in het kader van een kinderbeschermingsmaatregel of een strafrechtelijke beslissing en de einddatum daarvan ligt na het bereiken van het 18e jaar. Voor personen onder de 18 jaar gaat de Jeugdwet wel voor op de Wmo 2015 als deze twee wetten beide voorzien in een grondslag voor de benodigde hulp. Er kan dan dus in beginsel geen hulp geboden worden op grond van de Wmo 2015. Een welkome duidelijke uitspraak van een voorzieningenrechter over een aspect dat in de praktijk regelmatig tot vragen leidt. Nu afwachten of andere rechters en de Centrale Raad ook zo stellig zullen zijn over de aanspraken van personen ouder dan 18 jaar onder de Jeugdwet.
Lees de eerdere jurisprudentie-samenvattingen van Emma van der Ploeg en Dennis van Tilborg.