De Gemeente Midden-Drenthe heeft een Europese aanbestedingsprocedure aangekondigd, getiteld 'Maatschappelijke begeleiding aan statushouders'. VluchtelingenWerk heeft tijdig een inschrijving ingediend, vergezeld van een Plan van Aanpak en een beantwoording van de Casus. De Gemeente heeft VluchtelingenWerk bij brief van 17 december 2024 bericht dat zij wordt uitgesloten van verdere deelname aan de aanbesteding, omdat zij zich niet zou hebben gehouden aan de eis voor het geanonimiseerd indienen van de inschrijving. De rechter stelt dat door lokale ketenpartners bij name te noemen VluchtelingenWerk voorbijgegaan is aan het vereiste om de gunningscriteria geanonimiseerd te beantwoorden. (ECLI:NL:RBNNE:2025:473, Rechtbank Noord-Nederland, Datum uitspraak 10 februari 2025, Datum publicatie 11 februari 2025)
De Gemeente Midden-Drenthe heeft op 29 oktober 2024 een Europese aanbestedingsprocedure aangekondigd, getiteld 'Maatschappelijke begeleiding aan statushouders'. VluchtelingenWerk heeft op 6 december 2024 tijdig een inschrijving ingediend, vergezeld van een Plan van Aanpak en een beantwoording van de Casus. De Gemeente heeft VluchtelingenWerk bij brief van 17 december 2024 bericht dat zij wordt uitgesloten van verdere deelname aan de aanbesteding, omdat zij zich niet zou hebben gehouden aan de eis voor het geanonimiseerd indienen van de inschrijving. In dit verband is aangeven dat bij het lezen van het ingediende plan van aanpak het voor de beoordelaars direct duidelijk zijn geweest dat de inschrijving van VluchtelingenWerk afkomstig is, hetgeen nadrukkelijk niet de bedoeling was. VluchtelingenWerk vordert dat de voorzieningenrechter de Gemeente zal gebieden om de beslissing tot uitsluiting van VluchtelingenWerk d.d. 17 december 2024 in te trekken en ingetrokken te houden. Het oordeel van de rechter:
“Aan VluchtelingenWerk kan worden toegegeven dat het noemen van de namen Wim en Ali in de door haar ingediende Casus niet direct herleidbaar hoeft te zijn naar VluchtelingenWerk, hoewel deze namen - zo is door de Gemeente aangegeven -overeenkomen met de namen van de regievoerders, nu naast deze namen meerdere andere namen in de Casus zijn genoemd en de namen Wim en Ali voorkomende namen zijn.”
“Met betrekking tot de andere door de Gemeente genoemde argumenten die tot uitsluiting van VluchtelingenWerk hebben geleid wordt echter als volgt overwogen. Weliswaar is in de Aanbestedingsleidraad gevraagd aan de inschrijvers om in het Plan van Aanpak specifiek in te gaan op de samenwerking met de ketenpartners, maar aan de andere kant is aan inschrijvers met betrekking tot, zowel het Plan van Aanpak, als de Casus, gevraagd om deze gunningscriteria geanonimiseerd - dat wil zeggen niet herleidbaar tot de inschrijver - te beantwoorden. Ten aanzien van het Plan van Aanpak is dit nog nader geconcretiseerd en is aangegeven dat het niet is toegestaan om de organisatienaam, logo’s of huisstijl te gebruiken of hiernaar te verwijzen Daarnaast is ook aangegeven dat het de zittende leverancier niet is toegestaan om te verwijzen in termen van ‘zo regelen we dit nu ook in de gemeente’. Paragraaf 6.2.2. Gunningscriterium. Voor de zittende aanbieder VluchtelingenWerk was het daarmee duidelijk dat zij er extra alert op diende te zijn dat haar inschrijving niet herleidbaar was tot haar organisatie. In het Plan van Aanpak is door VluchtelingenWerk een opsomming gegeven van de ketenpartners met wie zij thans samenwerkt. VluchtelingenWerk heeft ervoor gekozen om deze ketenpartners bij name te noemen, zodat zij zo concreet mogelijk invulling kon geven aan het gevraagde. Echter door deze lokale ketenpartners bij name te noemen is VluchtelingenWerk voorbijgegaan aan het vereiste om het gunningscriteria geanonimiseerd te beantwoorden.”
“Voor het benoemen door VluchtelingenWerk van haar betrokkenheid bij het lokale initiatief Vrienden van de Stefanuskerk in de gemeente Midden-Drenthe en door haar betrokkenheid bij De Wegwijzer te benoemen om de taalvaardigheden van statushouders te bevorderen en ontwikkelen geldt hetzelfde. Weliswaar zullen er andere organisaties betrokken zijn bij de Vrienden van de Stefanuskerk of de Wegwijzer, maar door deze twee organisaties bij name te noemen, is door VluchtelingenWerk voorbij gegaan aan het meergenoemde vereiste het geanonimiseerd indienen van de inschrijver. Zoals gezegd, juist als zittende aanbieder diende VluchtelingenWerk daar extra alert op te zijn. Daar komt nog bij dat voor zover het De Wegwijzer betreft VluchtelingenWerk in haar inschrijving heeft gemeld dat om de taalvaardigheid van statushouders te bevorderen zij met de lokale partners de Wegwijzer: Onderwijs in basisvaardigheden heeft ontwikkeld. Met de Gemeente is de voorzieningenrechter van oordeel dat in dit verband het door VluchtelingenWerk gebruikte woorden “ontwikkelden we” ertoe heeft geleid dat anonimiteit van de inschrijver redelijkerwijs onvoldoende geborgd was, en dat deze tot haar organisatie te herleiden was.”
Gelet op het vorenstaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat de gevorderde voorzieningen dienen te worden afgewezen, nu in onderlinge samenhang beschouwd verschillende elementen in de inschrijving van Vluchtelingenwerk niet voldoen aan de anonimiteitseis.