Voorzieningenrechter Rb Den Haag l 26 april 2025
Participatie en vervoer Wmo | Aangepaste Multivan en 8000 km per jaar
Een jongen met een beperking kreeg van de gemeente Zoetermeer een aangepaste hybride Volkswagen Multivan (leasekosten € 1.444 per maand) op grond van de Wmo. Maar de ouders vonden de aanvullende vergoeding voor brandstof en elektriciteit (€ 55 per maand) te laag, gezien hun vervoersbehoefte van ca. 8000 km/jaar.
De gemeente verlaagde de vergoeding op grond van artikel 6.2 lid 5 Besluit maatschappelijke ondersteuning 2025, omdat al een “andere vervoersvoorziening” (de Multivan) was verstrekt. In bezwaar stelden de ouders dat die vergoeding ontoereikend is: oplaadkosten € 110/mnd, benzine tot € 100 per tank. Ze verzochten om een voorlopige voorziening.
De feitelijke vervoersbehoefte is volgens de rechter circa 8000 km/jaar. Dat is meer dan de bandbreedte (tot 2000 km/jaar) in de verordening, maar wordt in dit geval voorlopig niet doorslaggevend geacht.
Zelfs als het benzineverbruik 1:20 is, komt dat op € 800 per jaar aan brandstof.
De Multivan rijdt echter deels elektrisch en laadt zichzelf deels op.
De gemeente vergoedt bovendien volledig de leasekosten.
In combinatie met de brandstofvergoeding acht de voorzieningenrechter het geheel voorlopig voldoende.
De rechter wijst expliciet op de mogelijkheid om in individuele gevallen af te wijken (art. 6.2 lid 6 Besluit), maar doet hierover nog geen definitief oordeel – dat is voor de bodemprocedure.
Ook als een cliënt aantoonbaar meer dan 2000 km per jaar rijdt, hoeft dat niet automatisch te leiden tot hogere vergoeding. Belangrijk is of de verstrekte voorziening in combinatie met de tegemoetkoming daadwerkelijk voldoende is voor participatie, gegeven de omstandigheden.