Voor de vaststelling van de beslagvrije voet wordt gebruik gemaakt van het belastbaar inkomen van de schuldenaar en, indien de schuldenaar gehuwd is, de echtgenoot. De hoogte van het belastbaar inkomen wordt berekend op basis van het meest recente maandinkomen zoals dat blijkt uit de polisadministratie, tenzij dit maandinkomen geen reële afspiegeling vormt van het belastbaar inkomen omdat het maandinkomen fluctueert of er sprake is van een incidentele betaling. Of het meest recente maandinkomen een reële afspiegeling van het belastbaar inkomen vormt, wordt beoordeeld aan de hand van in de polisadministratie opgenomen gegevens over de vier meest recente maanden gerekend vanaf het moment van verstrekking, bedoeld in artikel 475ga, eerste lid. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de wijze waarop in het geval dat het meest recente maandinkomen geen reële afspiegeling van het belastbaar inkomen vormt, het belastbaar inkomen wordt berekend.
De vaststelling van de beslagvrije voet geldt voor de duur van twaalf maanden. Bij algemene maatregel van bestuur kan voor bepaalde categorieën periodieke betalingen een kortere termijn worden bepaald.
De deurwaarder of, in geval van samenloop van beslagen als bedoeld in artikel 478 de coördinerende deurwaarder, stelt de beslagvrije voet opnieuw vast, indien:
de termijn, bedoeld in het tweede lid, verstrijkt;
hij met redenen omkleed wordt geïnformeerd over een structurele wijziging van omstandigheden die van belang is voor de vaststelling van de beslagvrije voet.
De deurwaarder of, in geval van samenloop van beslagen als bedoeld in artikel 478 de coördinerende deurwaarder, is bevoegd de beslagvrije voet opnieuw vast te stellen indien hij op andere wijze dan bedoeld in het derde lid, onderdeel b, bekend raakt met feiten of omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de beslagvrije voet.
Indien toepassing van het derde of vierde lid leidt tot een verhoging van de beslagvrije voet, past de deurwaarder of, in geval van samenloop van beslagen als bedoeld in artikel 478 de coördinerende deurwaarder, deze verhoging onverwijld toe vanaf het moment dat de verplichting tot het opnieuw vaststellen van de beslagvrije voet is ontstaan, onderscheidenlijk vanaf het moment dat hij bekend is geraakt met de feiten of omstandigheden die van invloed zijn op de hoogte van de beslagvrije voet.
De beslagvrije voet wordt vastgesteld op basis van maandbedragen.
Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing bij opgave van de beslagvrije voet op de wijze, bedoeld in artikel 475dc, tweede lid.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Algemene Kinderbijslagwet
artikel: 17g, 24a, 24
Algemene nabestaandenwet
artikel: 45, 53, 54
Algemene Ouderdomswet
artikel: 17i, 24a, 24
Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers
artikel: 34d, 162c
Besluit beslagvrije voet
artikel: 3
Faillissementswet
artikel: 295
Gemeentewet
artikel: 44c
Leidraad Invordering 2008
tekst: tekst, tekst
Participatiewet
artikel: 60
Politiewet 2012
artikel: 48d
Provinciewet
artikel: 43c
Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boeten en terugvordering onverschuldigde betalingen
artikel: 1
Remigratiewet
artikel: 6f, 6e
Toeslagenwet
artikel: 14g, 20a, 20
Waterschapswet
artikel: 44c
Werkloosheidswet
artikel: 27g, 36a, 36
Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften
artikel: 27
Wet ambtenaren defensie
artikel: 10c
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
artikel: 54, 63, 64
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten
artikel: 5.8.13, 5.8.14, 3:43, 2:59, 2:60, 3:57, 3:56, 46, 55, 56
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
artikel: 4a
Wet inkomensaanvulling 2005
artikel: IX
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
artikel: 28
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
artikel: 28
Wet inkomensvoorziening oudere werklozen
artikel: 24, 35, 36
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
artikel: 29g, 57a, 57
Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen
artikel: 5a
Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman
artikel: 8
Wet vereenvoudiging beslagvrije voet
artikel: XXII, XXIIIc
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
artikel: 77, 78, 96
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van digitaal procederen)
artikel: 475f, 475i, 479i, 475db, 475ab, 475da, 500, 720, 724, 770
Wetboek van Strafvordering
artikel: 6:4:6
Zorgverzekeringswet
artikel: 18f
(18-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
26-11-2014 |
Stb. 2014, 540
|
||||||
wijziging |
26-11-2014 |
Stb. 2014, 504
|
||||||
01-01-2022 |
wijziging |
15-12-2021 |
15-12-2021 |
|||||
wijziging |
08-03-2017 |
30-11-2020 |
||||||
wijziging |
29-11-2017 |
30-11-2020 |
||||||
wijziging |
11-12-2019 |
30-11-2020 |
||||||
wijziging |
11-12-2019 |
11-12-2019 |
||||||
wijziging |
25-11-2015 |
02-12-2015 |
||||||
wijziging |
25-06-2014 |
04-07-2014 |
||||||
wijziging |
02-08-2012 |
12-07-2012 |
||||||
t/m 01-01-2012 |
wijziging |
12-07-2012 |
12-07-2012 |
|||||
wijziging |
22-12-2011 |
22-12-2011 |
||||||
wijziging |
01-07-2009 |
01-07-2009 |
||||||
wijziging |
24-05-2007 |
18-06-2007 |
||||||
wijziging |
23-06-2005 |
23-06-2005 |
||||||
wijziging |
23-06-2005 |
23-06-2005 |
Stb. 2005, 343
|
|||||
t/m 01-07-2002 |
wijziging |
26-01-2004 |
15-03-2004 |
|||||
wijziging |
09-10-2003 |
10-10-2003 |
||||||
wijziging |
22-04-1998 |
22-04-1998 |
||||||
t/m 01-04-1998 |
wijziging |
02-04-1998 |
02-04-1998 |
|||||
wijziging |
24-12-1997 |
24-12-1997 |
||||||
wijziging |
17-12-1997 |
19-12-1997 |
||||||
wijziging |
24-04-1997 |
26-06-1997 |
||||||
wijziging |
14-12-1995 |
14-12-1995 |
||||||
wijziging |
19-06-1996 |
19-06-1996 |
||||||
wijziging |
12-04-1995 |
12-04-1995 |
||||||
nieuw |
13-12-1990 |
Stb. 1990, 605 |
13-12-1990 |
Stb. 1990, 605 |
Opmerkingen
1) Deze wijziging treedt niet meer in werking. De wijziging is ingetrokken door Stb 2018/228.
2) Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2014/516 gesteld op 1 juli 2015.
3) Artikel XXII van Stb. 2017/110 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
4) Treedt in werking op het tijdstip waarop artikel I van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd in werking treedt.
5) Geldt voor berekeningsjaren als bedoeld in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, die aanvangen op of na 1 januari 2006.
6) Geldt voor berekeningsjaren als bedoeld in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, die aanvangen op of na 1 januari 2006.Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2005/343 gesteld op 1 januari 2006.
7) Werkt terug tot en met 1 april 1998.
8) De inwerkingtreding is verbeterd door een Verbeterblad.