Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Artikel 476

  • 1

    Een schorsing van de executie werkt tegen de derde-beslagene pas, nadat deze schorsing hem met de grond waarop zij berust schriftelijk is medegedeeld.

  • 2

    De executie wordt mede geschorst door betekening aan de derde-beslagene van een dagvaarding, waarbij de geëxecuteerde in kort geding schorsing van de executie of opheffing van het beslag vordert, indien deze dagvaarding niet later is uitgebracht dan veertien dagen na de in artikel 475i bedoelde betekening van het beslag aan de geëxecuteerde en in het exploit van betekening aan de derde tevens mededeling van deze schorsende werking wordt gedaan.

Informatie geldend op 18-01-2022

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Rijksoctrooiwet 1995
    artikel: 68

  2. Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van digitaal procederen)
    artikel: 455a, 474b, 507b, 455, 500, 507, 770

  3. Zaaizaad- en plantgoedwet 2005
    artikel: 68

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(18-01-2022)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

wijziging

13-07-2016

Stb. 2016, 290

34212

Alg. 1

01-01-1992

nieuw

07-05-1986
samen met
03-12-1991

Stb. 1986, 295
samen met
Stb. 1991, 602

16593

20-02-1990

Stb. 1990, 90

01-01-1992

vervallen

07-05-1986

Stb. 1986, 295

16593

20-02-1990

Stb. 1990, 90

wijziging

02-04-1991

Stb. 1991, 199

17-04-1991

Stb. 1991, 200

01-10-1838

nieuwe-regeling

29-03-1828

Stb. 1828, 30

10-04-1838

Stb. 1838, 12

Opmerkingen

  • 1) Artikel CIX van Stb. 2016/290 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.