De wijze waarop de overheid functioneert, heeft de afgelopen decennia de democratische rechtsorde uitgehold. Dat was de boodschap in Groter denken, kleiner doen van Herman Tjeenk Willink. Het boek werd drie jaar geleden onthaald als een urgente visie op de problemen van de democratische rechtsorde. Het was een oproep om ongemakkelijke feiten onder ogen te zien en positie te kiezen; om het debat aan te gaan en zelf grenzen te trekken.
De gevolgen van de coronacrisis maken die oproep nog urgenter. Als door een vergrootglas worden de zwakke plekken in het functioneren van de overheid scherper zichtbaar. Tegelijkertijd moet die overheid aan nieuwe eisen voldoen. Het coronavirus moet worden bestreden. De economie moet overeind worden gehouden. De sociale gevolgen moeten worden opgevangen.
En toch stelt niemand de vraag of de overheid wel aan die eisen kan voldoen, en onder welke voorwaarden. Daarop probeert deze herziene en uitgebreide heruitgave van Groter denken, kleiner doen een antwoord te formuleren.
Wij moeten anders over de overheid gaan denken. De auteur geeft een richting aan. Politici moeten aan hun functie een andere inhoud geven. Hij beschrijft wat daarvoor nodig is. Kunnen een kabinetsformatie en een nieuw kabinet daaraan bijdragen?