Wegwijs in de Jeugdwet biedt een inzicht en overzicht in de systematiek van het vrijwillige kader van de Jeugdwet, bezien vanuit een bestuursrechtelijk perspectief.
De Jeugdwet is in werking getreden in 2015. De wet zorgde voor een compleet nieuwe systematiek in het jeugdrecht en een compleet nieuwe organisatiestructuur met een belangrijke rol voor de gemeente. De verhoudingen tussen overheid en burger en tussen hulpverlening en overheid zijn volledig op hun kop gezet.
De wet is geen rustig bezit. Nog steeds ervaren gemeenten grote problemen in de uitvoering, onder meer door financiële problemen. Het beroep op de jeugdzorg neemt nog steeds toe en de mogelijkheden vanuit de hulpverlening nemen af met wachtlijsten tot gevolg. Alom klinkt de roep naar minder bureaucratie en meer ruimte voor de professional. Ondertussen zien ouders en jeugdige door de bomen het bos niet meer, bijvoorbeeld als sprake is op problemen op meerdere leefgebieden. Duidelijkheid wat juridisch haalbaar en mogelijk is ontbreekt nog steeds: de rechtspraak heeft nog onvoldoende lijnen uitgezet. Daardoor tasten ouders en colleges van burgemeester en wethouders in het duister over de uitleg van de wet.
In de vierde druk van dit boek komen nieuwe ontwikkelingen in de wetgeving aan de orde zoals de nieuwe regeling van de pleegzorg. Daarnaast wordt de jurisprudentie, vooral van rechtbanken maar ook van de Centrale Raad van Beroep, behandeld. Meer aandacht is er ook voor de wisselwerking tussen Algemene wet bestuursrecht en Jeugdwet. Het manuscript van de vierde druk is begin maart 2024 afgerond.
De heer W.M.B. Elferink (Willie) heeft jarenlang bij verschillende gemeenten gewerkt, als jurist, als voorzitter en lid van diverse gemeentelijke bezwarencommissies en de laatste tien jaren van zijn loopbaan bij de gemeenten als gemeentesecretaris. In 2001 heeft hij de overstap naar de rechterlijke macht gemaakt in de functies van rechter en teamvoorzitter. Zijn bestuursrechtelijke kennis heeft hij daarbij aangewend en verdiept als bestuursrechter. Sinds 2013 werkt hij als familierechter en als jeugdrechter met af en toe een uitstapje naar het bestuursrecht. Vanaf de jaren negentig werkt hij daarnaast als docent en geeft hij verschillende cursussen, vooral op het gebied van het algemeen bestuursrecht en het jeugdrecht, is hij auteur en is hij plaatsvervangend voorzitter van een administratief beroepscollege in het onderwijs.
Bent u verbonden aan een onderwijsinstelling en wilt u graag van dit boek een gebruikers- of beoordelingsexemplaar ontvangen? Vraag een docentexemplaar aan.