Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

De verantwoordelijkheid van de gemeente begint uiteraard niet pas als de problemen zo groot zijn geworden dat jeugdhulp in een vrijwillig kader nodig is. Ook voordat het zover is, heeft de gemeente een verantwoordelijkheid. Een van de doelen van de Jeugdwet is het eerder signaleren van problemen zodat de inzet van (duurdere) hulp niet nodig is, preventie dus. De Jeugdwet geeft een weinigzeggende definitie van het begrip preventie. Het gaat daarbij om op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen of ouders met een risico op de problemen zoals hiervoor beschreven. Het gaat erom dat jeugdigen en ouders zodanige ondersteuning krijgen dat voorkomen wordt dat inzet van jeugdhulp nodig is. Als voorbeelden van preventie noemt de memorie van toelichting:TK 2012-2013, 33 684, nr. 3, pagina 124 en 130.

  • het inzetten van opvoedcursussen ter voorkoming van opvoedingsproblemen;

  • intensieve thuisbegeleiding;

  • de opvang van kinderen met gedrags- en cognitieve problemen in reguliere kinderopvangorganisaties;

  • begeleide omgangsregelingen, uitgevoerd door vrijwilligers;

  • begeleiding van kinderen met licht verstandelijke beperking bij dagelijkse levensverrichtingen.

Preventie in de zin van de Jeugdwet is geen jeugdhulp. Dat betekent dat niet hoeft te worden voldaan aan de kwaliteitseisen die aan jeugdhulp worden gesteld en dat geen aparte besluiten van het college nodig zijn als bedoeld in artikel 2.3 Jeugdwet.

In de rechtspraak wordt soms een ‘preventieplicht’ aangenomen. In een zaak waarin beroep was aangetekend tegen een besluit van het college van de gemeente Doesburg ging het over een ouder die meer dan gebruikelijke hulp verleende aan haar kind. Ze vroeg daarvoor een persoonsgebonden budget aan. Volgens de deskundigen beschikte ze over zodanig aanvullende pedagogische kwaliteiten dat, als hulp door haar kon worden geboden, de hulp van een professional niet nodig was. De rechter oordeelde dat, doordat de ouder deze hulp verleende naar verwachting, voorkomen werd dat de kinderen in de toekomst op zwaardere hulp werden aangewezen.Rb. Gelderland 21 oktober 2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:5619.

Op het college rust de taak om te voorkomen (‘preventie’) dat, door het niet tijdig verlenen van de juiste jeugdhulp, op een later moment zwaardere, en daarmee duurdere, jeugdhulp ingezet moet worden, aldus de rechtbank. De zorgverleners en de door het college ingeschakelde deskundige zien als het gaat om die ‘extra’ inzet van de ouder een potentieel uitvalrisico. Gelet op het geenszins als denkbeeldig te verwaarlozen risico en de grote gevolgen die dat voor dit gezinssysteem met zich kan brengen en de op het college rustende ‘preventieplicht’, ziet de rechtbank aanleiding te bepalen dat het college aan de ouder een persoonsgebonden budget moet toekennen.

Het is de vraag of een dergelijke preventieplicht bestaat. Artikel 2.2 Jeugdwet verplicht de gemeenteraad een beleid vast te stellen, onder meer gericht op preventie. Mogelijk valt een preventieplicht te destilleren uit artikel 2.2 Jeugdwet. Preventie in de definitie van de Jeugdwet is echter geen jeugdhulp. In die zin kan een preventieplicht moeilijk aan de basis liggen van een verplichting tot het verlenen van jeugdhulp.