Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

CBS: hoge kwaliteit van leven ten koste van latere generaties

Nederland kent een hoge brede welvaart, met tevreden burgers, veel werk en een sterke economie. Toch waarschuwt het CBS in de Monitor Brede Welvaart 2025 voor groeiende knelpunten zoals afnemende koopkracht, woningtekorten, druk op natuur en publieke voorzieningen, en risico’s voor toekomstige generaties.

CBS 21 May 2025

Nieuws-persbericht

Nieuws-persbericht
Nederland is een land waarin mensen over het algemeen tevreden zijn, elkaar vertrouwen en een hoge en groeiende materiële welvaart hebben. Maar niet in alle opzichten gaat het goed. Zo is er werk in overvloed, maar loont werken minder. Daarnaast groeit het woningtekort. Ook blijkt opnieuw dat de brede welvaart van nu ten koste gaat van de volgende generatie. Zo neemt het verdienvermogen van de economie af, blijft de druk op de natuur hoog en staan de houdbaarheid van de welvaartsstaat en de kwaliteit van publieke instituties onder druk. Dit blijkt uit de Monitor brede welvaart en de SDG’s 2025 die het CBS op 21 mei (Verantwoordingsdag) heeft aangeboden aan de Tweede Kamer.

Brede welvaart betreft de kwaliteit van leven hier en nu, en de mate waarin deze ten koste gaat van de brede welvaart van latere generaties, of van die van mensen elders in de wereld. Brede welvaart gaat over de mensen die nu in Nederland wonen (‘hier en nu’), de volgende generaties (‘later’) en mensen in andere landen (‘elders’).

Meeste Nederlanders zijn tevreden

De meeste Nederlanders zijn tevreden met hun leven en met aspecten daarvan, zoals werk, vrije tijd en wonen. In 2024 gaf 85 procent van de Nederlanders het leven een 7 of hoger. Het vertrouwen in andere mensen is groot en neemt toe. Ook het vertrouwen in instituties, zoals rechters en politie, is groot. In 2024 was dat nog iets groter dan in 2023. De materiële welvaart is over het algemeen hoog en neemt nog altijd toe. Het besteedbaar inkomen van huishoudens en de individuele consumptie per inwoner horen bij de hoogste in de Europese Unie (EU).

Werk in overvloed, maar het loont minder

Een steeds groter deel van de bevolking van 15 tot 75 jaar heeft werk en de werkloosheid en het onbenut arbeidspotentieel dalen. Ook maken minder mensen zich zorgen om het behoud van hun baan. Hoewel er nog steeds veel vraag is naar personeel, is dat niet terug te zien in de beloning voor werk. Gecorrigeerd voor inflatie is het gemiddelde uurloon van werknemers sinds 2009 niet gestegen. In 2023 was het uurloon zelfs lager dan in 2009. Het aandeel van de beloning van arbeid in het verdiende inkomen daalt en het aandeel van bedrijfswinsten stijgt.

Tekort aan woningen

Het huren of kopen van een woning wordt steeds duurder. Daarnaast hebben Nederlanders relatief hoge woonlasten. Wel wordt het percentage van het inkomen dat huishoudens hieraan besteden steeds lager. De krapte op de woningmarkt blijkt uit de groei van het aandeel jongvolwassenen dat nog bij hun ouders woont.

Verdienvermogen van de economie neemt af

De hoeveelheden fysiek kapitaal (zoals machines en gebouwen) en kenniskapitaal per gewerkt uur zijn in de afgelopen tien jaar geleidelijk afgenomen. Van een trendmatige daling is nog geen sprake. Ook investeringen nemen niet toe. Ten opzichte van het bbp blijven investeringen in materiële vaste activa en in onderzoek en ontwikkeling (R&D) gelijk, terwijl investeringen in ICT en in grond-, weg- en waterbouw afnemen. Het niveau van de investeringen is voor Europese begrippen gemiddeld of laag. De economie groeit nog, maar vooral doordat Nederlanders in totaal meer uren werken. De groei van arbeidsproductiviteit neemt al een tijd af en in 2023 en 2024 daalde de arbeidsproductiviteit zelfs.

Hoge druk op natuur ondanks kleine verbeteringen

De druk op de natuur blijft hoog ondanks kleine verbeteringen op het gebied van stikstof en biodiversiteit. Alsnog heeft meer dan 70 procent van de landnatuur last van te veel stikstof. Daarnaast voldoet maar een klein deel van het beschermde oppervlaktewater aan de biologische en chemische kwaliteitseisen. Veel vogelpopulaties nemen af, net als zoogdier-, reptiel- en vlinderpopulaties. Andere diersoorten doen het beter, zoals soorten die leven in zoutwater en in rivieren, meren en kanalen.

Welvaartsstaat onder druk

De houdbaarheid van de welvaartsstaat en de kwaliteit van instituties nemen af. Zo hebben alle sectoren te weinig personeel. Ook groeit het woningtekort; ABF Research raamt dit tekort op ongeveer 400 duizend woningen in 2024. De houdbaarheid van pensioenen en van de welvaartsstaat staat onder druk door de vergrijzing van de bevolking. Het vertrouwen in instituties is relatief hoog, maar de effectiviteit van overheidsbestuur en de rechtsorde dalen. Wel is de kwaliteit van publieke instituties nog altijd hoog in vergelijking met die van andere landen.

Brede welvaart ‘elders’

De invoer van fossiele brandstoffen daalt, net als de hoeveelheid land die wereldwijd nodig is om producten voor Nederlandse consumenten te produceren. De invoer van goederen in Nederland levert economische voordelen op in andere landen, zoals werkgelegenheid en inkomens. Die voordelen komen vooral terecht in andere welvarende landen.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.