Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Eén tegen eenzaamheid: ook voor jongeren?

In 2018 startte de overheid het actieprogramma ‘Eén tegen eenzaamheid’ om eenzaamheid onder ouderen te verminderen. Sindsdien is het aantal Nederlanders dat zich eenzaam voelt flink gestegen. Vooral onder jongeren is eenzaamheid toegenomen. Eind september presenteerde staatssecretaris Van Ooijen (VWS) daarom de vervolgaanpak ‘Eén tegen eenzaamheid 2022-2025’, gericht op Nederlanders van álle leeftijden. Bereikt het kabinet hiermee ook de jongvolwassenen?

2 november 2022

Verbreding van de doelgroep

Het eerdere actieprogramma ‘Eén tegen eenzaamheid’ was onderdeel van het ‘Pact voor de Ouderenzorg’ en richtte zich vooral op het terugdringen van eenzaamheid bij 75-plussers. De reden daarvoor was dat meer dan de helft van deze leeftijdsgroep zich eenzaam voelde. Maar eenzaamheid is niet alleen een probleem van ouderen; het kan zich op alle leeftijden voordoen. Door persoonlijke gebeurtenissen of omstandigheden, maar ook door maatschappelijke ontwikkelingen of situaties, zoals de coronapandemie, de toenemende inflatie, en de hoge energierekeningen.

Al deze ontwikkelingen kunnen ertoe leiden dat mensen het moeilijk hebben, zich terugtrekken, afhaken, en geïsoleerd raken van hun omgeving en de samenleving. Bijna de helft (47 procent) van alle Nederlanders van 18 jaar of ouder voelt zich eenzaam en daarnaast voelt 11 procent zich sterk eenzaam. (1) Voldoende aanleiding dus om de aanpak door te zetten en uit te breiden naar alle bevolkingsgroepen, van jong tot oud, vitaal en kwetsbaar.

Veel bereikt

In het eerste actieprogramma is al veel bereikt. Zo is er een Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid. Met 166 landelijke partijen zet deze coalitie zich op allerlei manieren in om eenzaamheid onder ouderen aan te pakken. In 263 gemeenten zijn lokale coalities opgezet die samenwerken in de strijd tegen eenzaamheid. Kennis over ‘best practices’ wordt breed gedeeld en er zijn trainingsprogramma’s en richtlijnen voor verschillende beroepsgroepen, zoals wijkverpleegkundigen, huisartsen, ziekenhuizen, medische professionals en vrijwilligers.

Een wetenschappelijke adviescommissie voedt het actieprogramma met actuele wetenschappelijke kennis over het tegengaan van eenzaamheid en het monitoren van effecten van de aanpak. In de jaarlijkse Week tegen Eenzaamheid geeft de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid extra aandacht aan activiteiten die in het land zijn ontwikkeld.

Drie actielijnen

Tot 2025 investeert het kabinet jaarlijks 10 miljoen euro boven op de middelen die structureel voor het programma ‘Eén tegen eenzaamheid’ beschikbaar zijn. Die extra middelen zijn gericht op drie actielijnen: meer bewustwording in de samenleving, meer maatschappelijke initiatieven, en een lokale aanpak van eenzaamheid in alle gemeenten.

Meer bewustwording is nodig omdat op eenzaamheid een taboe rust, waardoor mensen er niet gemakkelijk over praten. Publiekscampagnes stimuleren mensen om eenzaamheid te signaleren, bespreekbaar te maken en in actie te komen. In de Nationale Coalitie werken organisaties, bedrijven en instellingen samen aan een breed palet van initiatieven en interventies die aansluiten bij de belevingswereld van mensen die zich eenzaam voelen. Zij ondersteunen gemeenten bij het opzetten van lokale coalities tegen eenzaamheid, waarin bedrijven, ondernemers, burgers en maatschappelijke organisaties de handen ineen slaan. Lokale coalities krijgen (financiële) ondersteuning om hun aanpak toekomstbestendig te maken.

Aandachtspunten

VWS wil een maatschappelijke beweging op gang brengen die geworteld is in de haarvaten van de samenleving. Om dit te realiseren zijn – naast alle initiatieven in het actieprogramma – ook interventies nodig die sociale betrokkenheid stimuleren. Interventies die gericht zijn op gemeenschapsvorming, het versterken van sociale veerkracht in straten en buurten, en het doorbreken van handelingsverlegenheid van burgers.

Erkend wordt dat de aanpak van eenzaamheid niet op zichzelf staat, maar samenhangt met andere maatschappelijk vraagstukken, zoals gezondheidspreventie, het tegengaan van armoede, en het stimuleren van vrijwilligerswerk. Het terugdringen van eenzaamheid vereist daarom verbinding met andere programma’s en aanpakken van de overheid. Hoewel zo’n brede aanpak wordt bepleit, ligt de nadruk in het actieprogramma vooral op (laagdrempelige) interventies en projecten die het mogelijk maken dat mensen elkaar ontmoeten en participeren in het sociale leven.

Een tekort aan relaties of participatie is echter niet de enige oorzaak van eenzaamheid. Ook andere factoren kunnen eenzaamheid in de hand werken, zoals gebrekkige sociale competenties, een gebrek aan zingeving, het verdwijnen van voorzieningen, of de inrichting van de fysieke infrastructuur. Ontmoetingsmogelijkheden en activerende interventies bieden op dit terrein geen soelaas. In het actieprogramma is daar nog weinig oog voor.

Het bereik van jongeren

In de vervolgaanpak wordt een aantal risicogroepen genoemd met een grotere kans op eenzaamheid: mensen met een lage sociaaleconomische status, mensen met gezondheidsproblemen of een partner met gezondheidsproblemen, LHBTIQ+ personen, mensen met een niet-westerse migratieachtergrond en jongvolwassen (18-35 jaar). Vooral deze laatste groep is lastig bereikbaar. Jongeren zijn niet in beeld bij lokale coalities die zich vooral op ouderen richten. Bovendien is het taboe op eenzaamheid onder jongeren groot. Het signaleren en bespreekbaar maken van problematiek bij deze groep vraagt daarom een extra inspanning, waarbij nieuwe partijen betrokken moeten worden. Denk aan onderwijsinstellingen, sportverenigingen, en bedrijfsartsen. Op dit vlak staat de aanpak nog in de kinderschoenen.

  1. Gezondheidsmonitor 2020: https://www.monitorgezondheid.nl/gezondheidsmonitor-volwassenen-en-ouderen

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.