Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Er is niets mis met het toeslagensysteem: wél met de alles-of-niets benadering

Toeslagen kunnen geen goed meer doen. De ene na de andere overdrijving wordt daarbij gehanteerd: het toeslagenstelsel is uitgegroeid tot een bureaucratische moloch, waar burgers vastlopen in een brij van onbegrijpelijke formulieren. Volgens velen een moderne Kafka. Na de horrorverhalen van de parlementaire ondervragingscommissie en de kabinetsreactie daarop lijkt niemand daaraan te twijfelen. De werkelijkheid is echter een andere.

18 January 2021

Op de site van de Belastingdienst kan in slechts enkele handelingen gezien worden of men in aanmerking komt voor een zorgtoeslag. Men moet het inkomen aangeven, of men een partner heeft en of het vermogen hoger is dan 118.500 euro. Bij de kinderopvangtoeslag zijn er meer handelingen nodig omdat daarvoor het aantal gewerkte en kinderopvanguren noodzakelijk zijn maar ook dat hoeft geen belemmering te zijn. Anders dan vaak wordt beweerd, weten huishoudens met een minimuminkomen de toeslagen goed te vinden. Het niet-gebruik van bijvoorbeeld de huurtoeslag voor laagbetaalden bedraagt maar een tot twee procent. En als men vastloopt zijn er ouder(en)organisaties en gemeenten die al decennialang grote groepen met een laag inkomen helpen om tot een aanvraag te komen.

Meester in het overdrijven is Adri Duivestein. De voormalige PvdA-wethouder en Tweede Kamerlid stelt in een blog waarin hij zijn beklag doet over de cultuur in de PvdA dat “de zorg-, huur- en kindertoeslagen een door rechts ingevoerd stelsel is, dat mensen hun zelfstandigheid en daarmee hun waardigheid heeft ontnomen.” Terecht neem hij afstand van zijn partijgenoten die zich laten meeslepen in de retoriek van Barbertje moet hangen maar schiet door in een links-rechts retoriek. Waarom bijvoorbeeld de huurtoeslag of haar voorganger de huursubsidie een rechts verzinsel is en mensen hun zelfstandigheid en zelfs hun waardigheid zou hebben ontnomen ontgaat mij volledig. Was het niet de PvdA en in het bijzonder minister Marcel van Dam, die in de jaren zeventig een tegemoetkoming in het leven riep voor gezinnen met een laag inkomen voor wie de huur te hoog was ten opzichte van hun inkomen? Er werd gestart in 1971 met een proef in 53 gemeenten en vervolgens werd de huursubsidie onder zijn bezielende leiding in heel Nederland ingevoerd. Dit systeem functioneert al decennia adequaat. Ook de kinderopvangtoeslag kan gezien worden als mogelijkheid om lagere inkomens te laten participeren.

Maar zijn de frauderegels, of beter gezegd, de alles-of-niets benadering niet een rechts bedenksel? In een lezenswaardig artikel in het NJB gaat Bart-Jan van Ettekoven, de voorzitter van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (RvSt), in op de kritiek op dit instituut en staat in het bijzonder stil bij deze alles-of-niets-benadering. Dit laatste komt erop neer dat de wetgever er destijds vanuit ging dat als een burger een fout maakte – ook kleine fouten – hij geen recht meer op toeslag had en alle eerdere ontvangsten teruggevorderd moesten worden. In de huurtoeslag bestond deze bepaling sinds 2008 en in de kinderopvangtoeslag sinds 2011. Anders dan vaak gesuggereerd is deze benadering geen rechts verzinsel maar een zeer breed politiek aanvaard uitgangspunt opgenomen in een formele wet waaraan uitvoerders en rechters zich dienen te houden. Toch steekt Van Ettekoven ook de hand in eigen boezem. Geconfronteerd met het zeer onrechtvaardig uitpakken van deze regel had de RvSt op basis van circa 100 beroepszaken per jaar, die haar onder ogen kwamen, meer kunnen doen met dit signaal. Uiteindelijk heeft de RvSt in 2019 het evenredigheidsbeginsel laten prevaleren boven de dwingendrechtelijke bepalingen uit de wet en daarmee de wetgever gedwongen om deze bepaling aan te passen.

De grofste overdrijving is zonder enige twijfel afkomstig van publicist Sander Heijne. In een podcast na de (ambtenaren)verhoren spreekt hij over ‘de banaliteit van het toeslagenkwaad’. Hij verwijst daarmee naar Hannah Arendt en maakt een vergelijking met Eichmann, die ‘ook alleen maar zijn plicht deed en alleen bevelen gehoorzaamde bij de uitvoering van de Holocaust’. Zoals bij veel debatten lijkt deze wederom te ontsporen door een ongepaste verwijzing naar de Tweede Wereldoorlog. Maar hij zet ook de ambtenaren in een beklaagdenbankje terwijl daar geen enkele aanleiding voor is. Dit blijkt overigens ook uit de recente seponering door de hoofdofficier van Justitie naar aanleiding van de aangifte door de staatssecretaris van vermoedens van ambtsmisdrijven door de Belastingdienst vorig jaar.

Nu het kabinet en ook de afdeling Bestuursrechtspraak diep door het stof zijn gegaan, zou het van grootsheid getuigen als ook de Tweede Kamer dit zou doen. Volgens de columnist Ulko Jonker in het FD afgelopen zaterdag kon het toeslagendrama vooral ontstaan doordat de wetgever, het parlement en de regering, het 'algemeen belang' eenzijdig definieerden als een niets en niemand ontziende fraudebestrijding. Ik mag hopen dat het niet zoals Jonker suggereert alleen verkiezingskoorts is die de boventoon voert, maar ook dat men kamerbreed bereid is de hand in eigen boezem te steken. Daaraan hebben de gedupeerde ouders het meeste aan en kan in de toekomst een dergelijk ‘verschrikkelijk’ ongeluk daadwerkelijk worden voorkomen. Laten we het alstublieft daartoe beperken, in plaats van het constante gebruik van ongepaste hyperbolen.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.