Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Geen plek voor dialoog over zelfbeschikkingsrecht in de herberg

Vlak voor kerst was ze voor de zoveelste keer weer weggelopen naar huis en moeders. Die had netjes de politie en gezinsvoogd ingelicht dat ze veilig thuis was. En even laten stonden ze met een ziekenauto voor de deur (als ze niet mee wil wordt ze in de ziekenauto vastgebonden). De gezinsvoogd weigerde de dialoog met moeder aan te gaan: “je moet gewoon medewerking verlenen”. Het meisje werd niks gevraagd. Moeder verleent toegang onder protest, wat op de opname te horen is. Het meisje, dat inmiddels in bed lag, weigerde vervolgens mee te gaan omdat de kinderarts gedreigd had haar voor de tweede keer tegen haar wil in slaap (coma) te brengen. Toen ze werd vastgepakt begon ze te gillen en zich te verzetten. De angst en paniek van het meisje gaan door merg en been. Toen probeerde een ambulancemedewerker een verdoving in haar neus te spuiten. Dat mislukte en alles zat inmiddels onder het bloed. De agenten droegen haar ten overstaan van haar broertje en zusje gillend naar buiten. Daar stond de gezinsvoogd te lachen.(1)

11 januari 2021

Het is duidelijk dat een dergelijke situatie objectief gezien verkeerd is aangepakt. Er was volgens de methode Signs of Safety, waar deze jeugdbeschermingsorganisatie volgens de website mee werkt, geen dreiging van acuut gevaar dat zulk hard ingrijpen noodzakelijk maakte. Er was alleen morele verontwaardiging en frustratie over het herhaald weglopen vanuit de hulpverlening terug naar huis. Niet alleen de gezinsvoogd, maar ook de politie en ambulancehulpverleners konden echter niet meer redelijk nadenken en de situatie te de-escaleren. Letterlijk staat in de handleiding van Signs of Safety:

“Het risico bestaat in de kinderbescherming dat gezin en hulpverleners gefixeerd raken op de problemen en tekortkomingen, waardoor ook de samenwerking stagneert. Wanneer gezinnen in aanraking komen met de kinderbescherming, zijn de problemen in het gezin ernstig en complex. Als hulpverleners vervolgens uitsluitend focussen op de problemen bestaat de kans dat zij het uitzichtloze perspectief van het gezin overnemen. Dit verhindert de mogelijkheid om het probleem aan te pakken’. En dan volgt dwang.”(2)

Want niet alleen bij het gezin, maar ook bij hulpverleners vindt een proces plaats op basis van onzekerheid, angst, morele verontwaardiging en belangen. We noemen dat ‘tegenoverdracht’. Maar daarop reflecteren en de dialoog aangaan is een van de ‘unthinkables’ en ‘unspeakables’(3) van ons verticaal georganiseerde zorgsysteem, waar de ‘behandelaar’ of de ‘dokter’ altijd gelijk heeft. Wat oorspronkelijk een functie had (belangen) veroorzaakt bij hulpverleners cognitieve dissonantie, een vervelend gevoel dat botst met hun sociale identiteit als hulpverleners. Dan krijgt die functie door frustratie vanzelf een andere betekenis: de ander heeft het gedaan en eigen belangen die eronder liggen worden ontkend. Het kind wordt in gedachten wilsonbekwaam en daardoor monddood gemaakt. Door de denkfout van zwart-wit en wij-zij-denken krijgen de ouders de schuld, zoals dat in de handleiding van Signs of Safety beschreven staat.

Het gevolg is het verdwijnen van dialoog, zelfreflectie en empathie. Maar ook verdwijnen de rechten van het kind. De vraag waarom het kind wegloopt bij de hulpverlening staat niet meer ter discussie. Kinderen voelen deze dwangmonoloog, weigeren hulp, stemmen met hun voeten en vechten zich letterlijk terug naar huis. Medewerkers voelen zich nog meer afgewezen en moreel gekwetst in hun goede bedoelingen. Ze ontwikkelen tegenoverdracht en handelen wreed zonder het zelf nog te kunnen zien. Het evolutionair ingebakken morele vingertje van angst en boosheid neemt over. Letterlijk is tegen haar gezegd: “als je nu niet gaat eten mag je voor straf niet naar huis om kerst te vieren.”

Maar wanneer het kind consequent blijft weigeren wordt de boodschap nog grimmiger, kinderen worden onder druk gezet: “als je niet eet breng ik je weer in slaap”. Er wordt door sommige hulpverleners gelogen voor het eigen gelijk en behoud van eigenwaarde, soms zelfs onder ede in rechtszaken. Op basis van deze getuigenissen door zorginstellingen worden kinderen wilsonbekwaam verklaard en in de gepresenteerde haast crisismachtigingen bij onwetende rechters geregeld (levensgevaar!), die in de regel snel worden omgezet in zorgmachtigingen (de lopende band van de rechtspraak). Advocaten hebben het nakijken.

Kinderen onder een zorgmachtiging lopen bij de hulpverlening onverklaarbare blauwe plekken op omdat er onoordeelkundig wordt gefixeerd. Telefoons en dierbare spullen worden afgepakt zonder juridische basis, maar als straf (“pas als je gegeten hebt krijg je je telefoon een kwartier terug”). Opgestuurde bloemen en knuffels worden niet afgegeven, en in sommige gevallen zelfs afgepakt na een bloedige vechtpartij onder het motto: “meisjes van 15 lopen niet met knuffels” (uit een andere casus). Een medewerker die daarop werd aangesproken dat afgesproken was dat de knuffel mee met het gesprek mocht, loog zichtbaar: “ik weet niks van deze afspraken”.

Jongeren worden door de hulpverlening gedehumaniseerd (uit het proefschrift van De Valk van 2019(4)) en kennelijk mag dan alles, want het is de ander die niet rationeel is of zelfs per definitie wilsonbekwaam en verdient de goede bedoelingen van de hulpverlening niet.

Deze status quo is zeer bevredigend voor het hele zorgsysteem eromheen, omdat medewerkers niet meer hoeven te reflecteren op hun eigen rol of in dialoog te gaan.(5) Dat reflecteren en aangaan van de dialoog kost namelijk tijd en denkkracht. Dat is Systeem 2-denken in plaats van Systeem 1-denken, zoals David Kahnemann dat in zijn boek Ons feilbare denken beschrijft(6), en vraagt dat je je verdiept in de jongere en in andere meningen (gezamenlijke besluitvorming). Meegaan in de polarisatie door alles bij de ‘de patiënt en de anderen’ te leggen (Systeem 1) kost geen energie. Je maakt het jezelf niet moeilijk door na te denken, want ‘wij-zij denken’ zit ingebakken in onze hersenen.

Daarom hebben buitenstaanders die proberen een dialoog te organiseren of een andere oplossing te vinden het ook zo moeilijk: ze zijn niet welkom, tenzij ze aan de ‘juiste’ kant (‘wij’) staan. En dat terwijl we in complexe casussen volgens de inspectierapporten juist kritische buitenstaanders nodig hebben. Liever nog organiseren we de patiënt met nog meer dwang weg naar een volgende instelling als het niet meer gaat (het ‘Alicia-effect’ naar de gelijknamige Z-DOC(7)). Maar zelfs opleiding in reflectiesystemen zoals bijvoorbeeld Kierkegaards ‘opbouwende dialoog’ (Nielsen & Dufresne, 2005), Moreel Beraad en Signs of Safety zijn vaak niet in staat het tij te keren want dat kost denkkracht, moeite en vooral veel moed om tegen ‘wij’ in te gaan.

Pogingen om een oplossing te vinden in een taakconflict stranden namelijk op het daaronder voortwoekerende belangenconflict, angst en morele verontwaardiging van de afgewezen hulpverlener. Ook de pogingen van verschillende onafhankelijke instanties zoals bijvoorbeeld de Kinderombudsman, Defence for Children, het Centrum voor Consultatie en Expertise of het Ondersteuningsteam Zorgen voor Jeugd of de regionale expertteams mislukken hierdoor vaak of worden in de conflicten gezogen. Ze worden als snel ‘zij’ of beginnen er niet aan. Een lid van een expertteam dat bij een vastgelopen casus was gevraagd weigerde zich ermee te bemoeien en schreef: “dat kan de instelling zelf wel”. Ombudsman Brenninckmeijer had het over ‘systeemdenken’. Systeemdenken is ook niet luisteren. Liever maken we het onszelf niet moeilijk betoogt auteur Bas Heijne. Hij schrijft op pagina 106 in zijn essay Mens/Onmens:

“Iedereen wil vrede, iedereen wil verbinding, totdat iemand er werk van gaat maken. Want afkeer en haat zijn comfortabel, geven houvast en zekerheid, delen de wereld in, in goed en kwaad. Wie die heldere scheidslijnen eigenhandig negeert neemt de strijdende partijen ook iets van hun ‘waardigheid’ af- en maakt ze bovendien beschaamd over hun eigen onverzoenlijk gedrag. Hun woede geeft hun leven immers ook betekenis.”(8)

Dat was waarom er in dit conflict meerdere bemiddelingspogingen van drie onafhankelijke personen zijn gestrand en de gezinsvoogd buiten stond te lachen. Waarschijnlijk, uit een mengeling van woede, gekrenktheid en beschaamdheid jegens een vijftienjarig meisje dat vlak voor kerst met buitensporig geweld door haar uit haar bed werd gesleurd en vastgebonden in de ambulance. Even was er geen plek voor dialoog in de herberg.

Epiloog: hoe liep het verder af?

De toestand was onhoudbaar geworden, waarop meestal een overplaatsing met nog meer dwang volgt. Omdat op vrijdag 8 januari jl. een onafhankelijke psychiater weigerde haar ontoerekeningsvatbaar te verklaren sleepten de hulpverlener er op zondag weer een andere psychiater bij die wel een crisismaatregel toestond. Het zogenoemde psychiatershoppen om je doel toch te bereiken. In het volgende ziekenhuis werd de dwang opgevoerd: zes keer per dag greep een team verplegers haar vast, duwden haar op bed en forceerden er een sonde in om er nutridrank in te gieten en vervolgens de sonde er weer uit te trekken met veel bloedverlies. Het meisje reageerde door te gaan snijden en met haar hoofd tegen de muur te bonken en wilde dood.

Op 6 januari jl. verscheen in het NRC een artikel over het zelfbeschikkingsrecht van het meisje dat het afgelopen half jaar met alle voeten was getreden.(9) Op maandag 11 januari diende een hoger beroep bij het Hof in Zwolle met als doel het respecteren van het zelfbeschikkingrecht van het meisje. In een NPO radio 1 interview op maandag 11 januari vatte advocaat Korver het hoger beroep samen.(10)

Wordt vervolgd.

(1) Meerdere getuigenverklaringen zijn bij de auteur aanwezig en de opname met het ophalen van het meisje is door de auteur afgeluisterd.
(2) https://www.nji.nl/nl/Download-NJi/SignsOfSafety.pdf
(3) Argyris, C. and D. A. Schon: 1988, Reciprocal Integrity:Creating Conditions that Encourage Personal andOrganizational integrity, in S. Srivastva and Associates(ed.),Executive Integrity: The Search for High HumanValues in Organizational Life. Jossey-Bass Publishers,San Francisco, pp. 197–222.
(4) Sophie de Valk: Under Pressure – Repression in Residential Youth Care. Dissertation Amsterdam University.
(5) Nielsen, R.P., Dufresne, R. Can Ethical Organizational Character Be Stimulated and Enabled?: “Upbuilding” Dialog As Crisis Management Method. J Bus Ethics 57, 311–326 (2005). https://doi.org/10.1007/s10551-005-8201-3
(6) Uitgeverij Prometheus
(7) https://www.npostart.nl/2doc/22-11-2017/VPWON_1198538
(8) https://uitgeverijprometheus.nl/catalogus/mens-onmens.html
(9) https://www.nrc.nl/nieuws/2021/01/05/dwangvoeding-of-toch-zelf-beslissen-over-behandeling-van-eetprobleem-a4026268?utm_source=NRC&utm_medium=whatsapp
(10) https//www.nporadio1.nl/binnenland/28868-zelfbeschikking-maakt-rechtszaken-over-anorexia-moeilijk-gesteggel-om-nieuwe-behandelmethode

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.