Een huisarts die tijdens de coronapandemie het middel ivermectine voorschreef aan coronapatiënten, kreeg terecht een boete van 3.000 euro. Dat heeft de Raad van State op 5 november 2025 geoordeeld. De arts handelde in strijd met de Geneesmiddelenwet door het medicijn off-label voor te schrijven zonder dat daar een professioneel protocol voor bestond.

Het off-label voorschrijven van geneesmiddelen houdt in dat een arts een medicijn toedient buiten de door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen vastgestelde indicaties. Volgens de Geneesmiddelenwet mag dit alleen als er binnen de beroepsgroep protocollen of standaarden zijn vastgesteld die het gebruik ondersteunen. In deze zaak was daarvan geen sprake; het advies van de beroepsgroep was zelfs nadrukkelijk negatief ten opzichte van het gebruik van ivermectine bij COVID-19.
De huisarts stelde dat de wet onduidelijk was en dat artsen mochten afwijken van richtlijnen als de situatie daartoe aanleiding gaf. De Raad van State oordeelde echter dat de wet geen ruimte biedt voor afwijken zonder een achterliggend protocol of standaard. Het feit dat de arts patiënten had gevraagd hun dossiers te laten vernietigen na het uitschrijven van de recepten, werd als een ernstige overtreding van professionele normen gezien.
Deze uitspraak benadrukt het belang van duidelijke verslaglegging en het strikt volgen van beroepsnormen. Alleen op basis van geaccepteerde protocollen mogen artsen afwijken van geregistreerde indicaties bij het voorschrijven van medicijnen. De zaak geeft richting aan hoe toezichthouders en professionals moeten omgaan met off-label voorschrijven, vooral in crisissituaties.
