Bijna een derde van de jeugdzorgmedewerkers overweegt om hun vaste baan op te zeggen en als zzp’er aan de slag te gaan. Vooral jonge professionals hebben daar oren naar. De helft van hen denkt er over na om als zelfstandige te gaan werken. Tegelijkertijd is een grote meerderheid (ruim 80%) er van overtuigd dat dit niet ten goede komt aan de kwaliteit van de hulpverlening.
Dat blijkt uit onderzoek van Totta in opdracht van FNV onder 687 jeugdzorgwerkers die werken in loondienst of als zzp’er.
Maaike van der Aar, bestuurder FNV Jeugdzorg: ‘De sector jeugdzorg kampt met grote problemen. De werkdruk is enorm en er gaat veel te veel tijd op aan bureaucratie, terwijl jeugdzorgwerkers met gezinnen bezig willen en moeten zijn, maar daar onvoldoende aan toekomen. We zien dat er daarom steeds meer mensen de sector verlaten of omvallen. En dus ook dat enorm veel jeugdzorgverleners niet langer een vast dienstverband willen. Werkgevers weten onvoldoende te doen om het werk aantrekkelijk te maken. Zij zijn nu aan zet om het tij te keren met betere arbeidsvoorwaarden, en vooral ook door de werkdruk te verlagen, de administratie aan te pakken en de autonomie te vergroten.’
Het blijken met name jongere jeugdzorgmedewerkers te zijn die met de gedachte spelen om het vaste dienstverband te verlaten en zzp’er te worden. Ongeveer de helft (49%) laat weten die stap af en toe te overwegen of zelfs al concreet met die overstap bezig te zijn. In de leeftijdscategorie 35 tot 45 jaar geeft 39% dat aan. De gemiddelde leeftijd in de sector is 40 jaar. Van der Aar: ‘Het gaat dus om een hele grote groep jonge mensen. En zeker als we ook nieuwe jeugdzorgprofessionals willen binden, moet er dus echt iets gebeuren. Uiteindelijk is een gezonde verhouding van mensen in vast dienstverband en zzp’ers beter voor iedereen.’
Als voornaamste reden om zzp’er te worden geven de respondenten aan dat ze meer kunnen verdienen (42% zegt dat) en dat de werkdruk in vaste dienst alleen maar toeneemt (32%). Ook het feit dat zzp’ers minder administratieve taken (21%) en meer zeggenschap over hun werkzaamheden (21%) hebben zijn populaire antwoorden. Opvallend is dat van de huidige zzp’ers slechts 39% de flexibilisering van de sector een goede ontwikkeling vindt. Drie op de tien van hen vindt het zelfs ronduit slecht. Onder mensen in vaste dienst is dat percentage nog veel hoger, namelijk 79%.
Driekwart van de huidige zzp’ers wil best overwegen om weer terug te keren in vaste dienst. Als voornaamste redenen wordt doorbetaling bij ziekte (40%), pensioenopbouw (32%) en samenwerking met collega’s (30%) genoemd. Van der Aar: ‘En dat is misschien wel het goede nieuws van dit onderzoek, de flexibilisering van de sector kan worden gestopt als de arbeidsvoorwaarden verbeteren en het werk dus weer aantrekkelijker wordt. Dit is een zeer belangrijk signaal naar werkgevers toe. Eentje die we dus ook nadrukkelijk bij hen zullen neerleggen tijdens de komende cao-onderhandelingen.’
