Hoe beleven en ontwikkelen strenggelovige moslimjongeren hun religieuze identiteit? Promovenda en onderwijsadviseur Elsbeth Visser-Vogel onderzocht dit de afgelopen jaren en verdedigt op 19 mei haar proefschrift, getiteld 'Religious identity development of orthoprax Muslim adolescents in the Netherlands'.
Bronnen en invloeden
Hoe komt de religieuze identiteit van strenggelovige moslimjongeren tot stand? Visser-Vogel interviewde meerdere islamitische jongeren en concludeerde dat een aantal zaken belangrijk zijn voor hen: het verwerven van kennis, het deelnemen aan en betrokken zijn bij hun eigen (religieuze) gemeenschap en het gehoorzamen en opvolgen van de geboden van Allah.
Verschillende personen en informatiebronnen hebben invloed op de religieuze identiteitsontwikkeling van de jongeren. Zo worden ze gestuurd door personen met dezelfde opvatting, maar ook door personen met tegenovergestelde opvattingen. Ook worden ze gevormd door islamitische organisaties, belangrijke gebeurtenissen, de moslimidentiteit en opvattingen van anderen in de maatschappelijke context van Nederland.
Sommige jongeren benadrukten dat zij zelf van grote invloed zijn op de keuzes die zij gemaakt hebben. Ook opvallend is dat de jongeren door hun ouders weliswaar in het algemeen gevormd worden, maar dat hun religieuze identiteit eerder beïnvloed wordt door religieuze leiders en docenten.
Betrokken outsiders
Visser-Vogel onderzocht ook hoe de strenggelovige moslimjongeren zich verhouden tot de Nederlandse maatschappij. In hun verhalen plaatsten zij zich vaak daar tegenover en lieten ze merken dat ze zich niet echt verbonden voelen met de Nederlandse samenleving. Toch participeren ze meestal volop: ze hebben (bij)banen, studeren en onderhouden vriendschappen met 'Nederlanders'. De jongeren willen zich echter vooral inzetten voor hun eigen (islamitische) gemeenschap.
Radicalisering anders signaleren
Zeker nu de radicalisering van moslimjongeren een veelbesproken onderwerp is, kan deze uitkomst de vraag oproepen of het outsider-gevoel dat velen ervaren niet gevaarlijk is. Visser-Vogel zegt daarover: "Dit onderzoek geeft niet direct de aanleiding om zorgen te maken. Het roept wel de vraag op of de checklists kloppen om radicaliserende jongeren te signaleren. Ons onderzoek laat zien dat het veel complexer ligt. Sommige jongeren in dit onderzoek participeren in de maatschappij door het hebben van banen en een studie, maar ondertussen hebben zij wel een vorm van segregatie als ideaal."