Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

“Hoe vaak moet je falen om bij de gespecialiseerde jeugdzorg terecht te komen?”

Ondanks negatieve beeldvorming, een (over)complex systeem én bezuinigingen is de jeugdzorg hard aan de slag met de menselijke maat. Minder isolatie en repressie, meer samenwerking en gelijkheid. Curess-directeur Eddy de Bruin en Elise Melker-Steenbergen, Directeur Zorg & Behandeling bij Pluryn Eefde, zijn er in hun praktijk elke dag mee bezig. Hoe doen ze dat, en wat is daarvoor nodig? Welke rol spelen spelen hun eigen ervaringen in het toepassen van die menselijke maat?

15 June 2021

Door Matthijs van Dam

Wat is het beeld dat men volgens jullie heeft van de menselijke maat in de jeugdzorg?

Eddy: “Binnen de jeugdzorg hebben we al een enorme stap hebben gemaakt in het stoppen met zaken als isolatie en repressie. In de beeldvorming zien we echter nog te vaak alsof de jeugdzorg dat nog iedere dag doet. Ik ken geen andere sector waar zo zelfbewust en actief gekeken wordt naar de omgang met jeugdigen en gezinnen. In sommige gevallen kan het zeker beter, maar de hele jeugdzorg is ontzettend hard bezig om het met elkaar beter te doen.”

Elise: “Ik merk ook dat de beeldvorming richting de jeugdzorg vaak negatief is, terwijl de mensen ontzettend hard hun best doen en allemaal het hart op de juiste plek hebben. Natuurlijk worden er fouten gemaakt, dat gebeurt overal. JeugdzorgPlus en opsluiting roept veel op bij mensen. Daar zijn jaren geleden fouten gemaakt die niet door de beugel konden. Ik begrijp de discussie over opsluiten, want dat doet natuurlijk iets met die persoon. Maar het is echt ter bescherming van henzelf en de samenleving. Tegelijkertijd zijn wij hard bezig met het in de praktijk brengen van onze visie bij Pluryn: samenwerken, kijken naar de eigen kracht en werken vanuit gelijkheid. Daaromheen bouwen we het vertrouwen in henzelf, ouders, en systemen op. Daarin kijken we altijd hoe we repressie kunnen vermijden. Dat is soms best lastig, want je hoort soms verhalen waar je oren van klapperen. Maar toch moet je voorbij dat gedrag kunnen kijken, want dat is de enige manier waarop je ze kan helpen. Neem het nieuwe actieplan Leven in Vrijheid van StroomOp, waar wij ons met Pluryn ook aan gecommiteerd hebben. Het doel is om het aantal afzonderingsplaatsingen naar nul te reduceren en vrijheidsbeperkende maatregelen zoveel mogelijk terug te dringen. Het actieplan van Stroomop staat echt voor de menselijke maat in de jeugdzorg.”

“Iedereen wordt bij ons binnen drie weken geholpen. Dat vergt vanuit de bedrijfsvoering anders kijken naar de jeugdzorg, maar ook dat is de menselijke maat.”

Eddy: “Tegelijkertijd wil een negatieve beeldvorming niet altijd zeggen dat het per definitie slecht is wat er gebeurd. Ik heb zeker een mening over vrijheidsbeperkende maatregelen, maar ik weet ook dat we sommige kinderen daarmee redden en dat wordt wel eens onderschat. Vorig jaar zag ik een meisje van zestien in het AMC op de intensive care. Ze had een sonde in haar neus, was suïcidaal, had een eetstoornis en woog nog 36 kilo. Geen enkele instelling in haar omgeving wilde haar opnemen omdat haar problematiek niet hun specialisatie was. Toen hebben wij bij Curess besloten de menselijke maat toe te passen. We brachten haar naar huis en verleenden 85 uur zorg per week, en dat is veel. Samen met allerlei behandelaren gingen we aan de slag, en na twee jaar hebben we haar in haar eigen omgeving op gang kunnen brengen. Ze weegt intussen 70 kilo. Dat het uiteindelijk is gelukt laat zien dat de menselijke maat toepassen ook loont.”

Waar moet de aanwezigheid van de menselijke maat volgens jullie aan voldoen?

Elise: “Wij hebben de jeugdzorg inmiddels zo opgetuigd dat bij vragen of klachten het niet duidelijk is waar je naartoe moet. Ik maakte het recentelijk nog mee in een privésituatie. Ik zocht op hoe het regelen van zorg werkte in een andere provincie en in elke provincie, gemeente of stad is het weer anders. We hebben geen overzichtelijk, uniform loket waar mensen kunnen aankloppen met hun vraag. Dat maakt het al ingewikkeld. Vervolgens moet je om de tafel moet met mensen die geen expert zijn, die wat lichter zijn opgeleid of misschien zelfs vrijwilligers met een training zijn. Zij gaan dan met jou gaan kijken wat er aan de hand is. Ook op websites is het vaak onduidelijk bij wie je moet aankloppen. Er stond letterlijk: “Als lichtere vormen van zorg niet helpen komt u in aanmerking”. Toen dacht ik bij mezelf: hemeltje lief, ik zit hier bij een jong meisje met fors probleemgedrag, waarbij een moeder eerst wordt gedwongen met vrijwilligers te praten. Zoiets is gedoemd te mislukken. Hoe vaak moet je falen om bij de gespecialiseerde jeugdzorg terecht te komen? Dat is niet de menselijke maat.”

Eddy: “Ik denk dat de triage aan de voorkant, dus het selecteren wie specialistische ondersteuning nodig en wie het af kan met ondersteuning in het netwerk thuis, verbeterd moet worden. De jeugdzorg wordt nu gedreven door geld, want er wordt enorm bezuinigd. Er wordt aan iedereen gevraagd om het eerst met het eigen netwerk te proberen, maar een goede triage aan de voorkant is heel belangrijk. Waar kunnen we het af met paardencoaching, en waar is gespecialiseerde hulp voor nodig? Die vraag is ook cruciaal voor het terugdringen van wachtlijsten. Curess heeft een ‘geen wachtlijst’-strategie. Iedereen wordt bij ons binnen drie weken geholpen. Dat vergt vanuit de bedrijfsvoering anders kijken naar de jeugdzorg, maar ook dat is de menselijke maat.”

De kranten hebben recent volgestaan met artikelen over durfinvesteerders en jeugdzorgaanbieders die alleen lichte klachten behandelen omdat het financieel aantrekkelijker is. Hoe lezen jullie zo'n stuk?

Eddy: “Nieuwe spelers in de markt kunnen zeker innovatie en vernieuwing aanjagen. Maar er lopen ook een aantal boefjes in onze markt rond die exorbitante winsten trekken, en ik vind dat zoiets niet kan. Als je 1,1 miljoen omzet draait en je maakt daarbij 7 ton winst, dan hoef ik niet uit te leggen dat zoiets niet klopt. Wij draaien net onder de 10% winst, maar het interessante is dat wij enorm groeien door die wachtlijsten weg te werken. De vraag is dan waarom ons dat wel lukt, en onze collega-instellingen niet. Ook ICT speelt daarin een rol. Wij hebben sinds vijf jaar een nieuw ICT-systeem, met een duidelijke visie op hoe het logistieke proces rondom de cliënteninstroom eruit moet zien. Dat is voor Curess misschien makkelijker te implementeren dan bij een groot bedrijf als Pluryn.”

Speelt de omvang van een organisatie een rol in de vraag of de menselijke maat goed toegepast kan worden?

Eddy: “De menselijke maat begint vooral bij visie. Op dit moment is de dominante visie in de jeugdzorg dat we de cliënt het liefst thuis helpen. Daar zou de menselijke maat beginnen. Alleen zijn er ook cliënten die simpelweg niet thuis geholpen kunnen worden. Daar liggen de verbeteringskansen. Veel klinieken en opvanghuizen hebben hun deuren moeten sluiten, maar er is een groep cliënten die met hun problematiek niet thuis behandeld kunnen worden. Onze maatschappij wil dat blijkbaar niet accepteren. In Twente gaan wij langs allerlei gemeenteraadsleden om verhalen te vertellen uit de jeugdzorg, zowel lichte als complexe gevallen. Wat mij opvalt is dat die raadsleden veelal koersen op de verhalen in de krant, en op basis daarvan een besluit nemen waar een jeugdige behandeld kan worden. Ze hebben geen idee van de schrijnende situaties in gezinnen, maar door die verhalen krijgen zij een besef van urgentie.”

Verder lezen? Dat kan, in ons gratis online magazine 'De menselijke maat'

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.