De rechten en belangen van kinderen staan nog te vaak niet op het netvlies van wetgevers, beleidsmakers en uitvoerders. Dat stelt Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer in het jaarverslag over 2024. “Kinderen blijven nu nog te vaak buiten beeld en worden niet gezien als zelfstandig rechthebbende.
Volwassenen moeten rekening houden met het welzijn en de ontwikkeling van kinderen bij het maken van wetten en regels,” aldus Margrite Kalverboer.
In 2024 ontving de Kinderombudsman 1.812 verzoeken van kinderen, ouders en professionals. Ze gingen vooral over onderwijs, jeugdhulp, gezag en omgang, armoede en familierecht. Volgens Margrite Kalverboer hadden veel van deze problemen voorkomen kunnen worden als wetten en beleid vooraf getoetst waren of ze slecht zouden uitpakken voor kinderen.
Als kinderen of jongeren hulp nodig hebben, blijkt het vaak lastig om die te vinden of te begrijpen waar ze moeten zijn. Organisaties maken onvoldoende duidelijk hoe je hulp kunt vragen of wat je kunt verwachten. Ook verschillen de mogelijkheden per gemeente, bijvoorbeeld bij jeugdhulp of leerlingenvervoer. "Of je recht wel of niet wordt nageleefd, is nu te vaak afhankelijk van waar je woont. Dat zou niet zo mogen zijn. Kinderrechten gelden namelijk overal en voor alle kinderen” zegt Kalverboer.
Om wetgevers en beleidsmakers te helpen beter vooraf in beeld te brengen wat het effect van nieuwe of bestaande regels in de naleving van kinderrechten is, ontwikkelde de Kinderombudsman in 2024 de kinderrechtentoets. Het doel daarvan is om mogelijke problemen voor kinderen bij de uitvoering van wetten en beleid te voorkomen. Margrite Kalverboer: “Met deze instrumenten kun je vooraf toetsen voor welke kinderen beleid onbedoeld verkeerd uitpakt. Zo kunnen we voorkomen dat we pas ingrijpen als het al te laat is.”
Ook presenteerde ze een verbeterde versie van het stappenplan Het Beste Besluit, dat helpt om de stem van kinderen en hun ontwikkeling in de volle breedte écht te laten meetellen in beslissingen die hen aangaan.
Uit groot onderzoek onder 2.729 kinderen en jongeren naar de kwaliteit van leven, blijkt dat meisjes van 13 tot 18 jaar het minst gelukkig zijn en zich het minst veilig voelen, vooral online. Ook jongeren die zich niet identificeren als jongen of meisje ervaren minder veiligheid en tevredenheid in het dagelijks leven. Margrite: “De verschillen zijn zorgelijk. We roepen de overheid op om meer rekening te houden met leeftijd, gender en achtergrond. Elk kind moet zich gezien en beschermd voelen, offline én online.”
Ook ontving de Kinderombudsman veel signalen over complexe scheidingen in 2024. In het onderzoek dat de Kinderombudsman hiernaar deed, bleek dat meisjes zich er ongelukkiger over voelen dan jongens. Kinderen van gescheiden ouders gaven ook aan dat ze zich minder geliefd voelen en minder veiligheid ervaren thuis. “Ouders zijn onvervangbaar. Juist bij een scheiding moeten zij hun kinderen centraal blijven stellen, hoe lastig dat soms ook is,” aldus Margrite.
In haar jaarverslag roept de Kinderombudsman overheden en instanties op om beter naar kinderen te luisteren, van fouten te leren en hulp beter toegankelijk te maken. Margrite: “Kinderen zijn niet klein in hun rechten. Ze verdienen het dat hun belangen serieus worden genomen, in elke beslissing die hen raakt.”