De mentale gezondheid van jongeren is achteruit gegaan. Dat blijkt uit het nieuwste kwartaalonderzoek (juni 2025) van het Netwerk Gezondheidsonderzoek bij Rampen. Zo voelden meer jongeren zich eenzaam, ervaarden ze meer stress en hadden meer jongeren serieuze gedachten aan zelfdoding.
Ook het aantal contacten dat jongeren rondom zelfdoding hadden met de huisarts lag in dit kwartaal een stuk hoger dan in de kwartalen hiervoor. In vergelijking met 2019, de periode voor de coronapandemie, lag het aantal huisartscontacten nu 70 procent hoger. Een verklaring hiervoor is op basis van deze huisartsengegevens niet te geven.
Bij volwassenen bleef de mentale gezondheid stabiel. Het percentage volwassenen dat zich meestal gelukkig voelt daalde licht van 83 naar 80 procent, maar het percentage dat eenzaamheid (42 procent) of stress (25 procent) ervaarde bleef gelijk. Verder blijkt uit nieuwe huisartsengegevens dat volwassenen in de eerste helft van 2025 de huisarts vaker bezochten vanwege vermoeidheid en geheugen – en concentratieproblemen. Het aantal bezoeken hiervoor lag ook in 2023 en 2024 al hoger dan in 2019, de periode voor de coronapandemie.
Vijf jaar lang (2021-2025) verzamelt het Netwerk GOR informatie over de gevolgen van de coronapandemie op de gezondheid en het ervaren geluk van mensen in Nederland. Dit onderzoeksprogramma heet de Integrale Gezondheidsmonitor COVID-19. De monitor laat zien wat de mentale en lichamelijke gezondheid op een bepaald moment in Nederland is en hoe deze in de loop van de tijd verandert. Beleidsmakers kunnen met deze actuele kennis beter beleid ontwikkelen. Ook vinden er regelmatig gesprekken plaats met onder andere ervaringsdeskundigen, experts en zorg- en onderwijsprofessionals.
Netwerk GOR bestaat uit het RIVM, lokale GGD(Gemeentelijke Gezondheidsdienst)'en, GGD GHOR Nederland(Gemeentelijke / Gemeenschappelijke GezondheidsDienst – Geneeskundige HulpverleningsOrganisatie in de Regio), het Nivel en ARQ(Nationaal Psychotrauma Centrum ) Nationaal Psychotrauma Centrum. ZonMw(ZorgOnderzoek Nederland Medische Wetenschappen ) is namens het ministerie van VWS(Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) opdrachtgever van het onderzoek.