Uit de deze week gepresenteerde ‘Verkenning naar het verminderen van de behandelduur in de jeugdzorg’ blijkt dat kortere behandeltrajecten voor kwetsbare jongeren en gezinnen nauwelijks tot besparingen leiden en dat onduidelijk is welke effecten ze hebben op de kwaliteit van de zorg. Staatssecretaris Van Ooijen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) hoopte op deze manier een discutabele bezuiniging van 500 miljoen euro te kunnen doorvoeren.
FNV Jeugdzorg stelt vandaag in een brief aan de Tweede Kamer dat de conclusies van de verkenning opnieuw duidelijk maken dat rücksichtslos bezuinigen op een sector die op omvallen staat kwalijk en schadelijk is.
Vandaag, exact een jaar geleden, stonden 7.000 jeugdzorgprofessionals, -experts en ervaringsdeskundigen op het Malieveld om te protesteren tegen een aangekondigde bezuiniging van 500 miljoen euro op de jeugdzorg. Die komt bovenop een bezuiniging van 1 miljard euro die de alsmaar vertraagde hervorming van de sector moet opleveren. Dat maakt dit de grootste bezuiniging op de jeugdzorg ooit. Maaike van der Aar, bestuurder FNV Jeugdzorg: ‘En dat terwijl het personeelstekort enorm is, de werkdruk gigantisch en de wachtlijsten steeds verder oplopen. Met alle, soms fatale, gevolgen van dien.’
Een plan om die besparing te realiseren was er niet, en is er nog steeds niet. Een richting wel. Zo liet staatssecretaris Van Ooijen weten dat onder meer een eigen bijdrage voor gezinnen en het verkorten van de behandelduur tot de mogelijkheden behoren. De sector is faliekant tegen beide richtingen, omdat het de pijn eenzijdig neerlegt bij medewerkers en gezinnen. Het druist volgens hen in tegen de beroepscode. Die conclusie werd vorig jaar kracht bijgezet door een petitie die door ruim 9.000 jeugdzorgmedewerkers is ondertekend en uit de massale protestmanifestatie op het Malieveld van een jaar geleden.
Uit de deze week gepresenteerde ‘Verkenning naar het verminderen van de behandelduur in de jeugdzorg’ blijkt dat het verkorten van de behandelduur gemakkelijker gezegd is dan gedaan. Op bijna geen enkele onderzochte maatregel blijkt een significante besparing te behalen of er is onvoldoende onderbouwing om daar vanuit te kunnen gaan. Van der Aar: ‘We gaan daarom niet mee in het verder verschralen van gegeven zorg. Medewerkers willen niet nog verder inleveren op kwaliteit, tijd en aandacht, de eigen gezondheid en werkplezier. Dit wordt de afgelopen jaren al veelvuldig gedaan; via budgetplafonds, scherpere beschikkingen, minder uren en minder geld voor de geleverde minuten en het opvangen van zieke of vertrokken collega’s.’
De FNV heeft samen met Stichting Beroepseer en talloze andere organisaties en stakeholders in de jeugdzorg een plan geschreven dat wel tot verbeteringen én besparingen leidt. Deze aanbevelingen staan in het rapport ‘De Jeugdsprong’ en worden door de sector in hun volledige breedte ondersteund. Van der Aar: ‘Maar de staatssecretaris luistert nog altijd liever niet naar de sector zelf en zoekt naar argumenten om zijn eigen ideeën door te kunnen voeren. De mensen die het werk daadwerkelijk uitvoeren nemen ondertussen noodgedwongen steeds meer zelf de regie over hun werkzaamheden. Zij zeggen: liever minder gezinnen goed helpen, dan veel gezinnen half.’
Eindrapport Verkenning Maatregelen Behandelduur Jeugd