Met de personeelstekorten in het onderwijs en stijgende wachtlijsten in de Jeugdzorg, neemt de druk op zowel het onderwijs als de jeugdzorg toe. We staan gezamenlijk voor de uitdaging om ervoor te zorgen dat alle kinderen de juiste ondersteuning krijgen – zelfs als de reguliere zorg niet meteen beschikbaar is. Een aanpak waarbij preventie centraal staat, kan het verschil maken. In dit artikel bespreekt Mariska Terpstra drie interventies die niet alleen de druk verlichten, maar ook de samenwerking tussen onderwijs en gemeenten versterken.
Scholen spelen een cruciale rol in het vroeg signaleren van problemen bij leerlingen. Zo staan leerkrachten dagelijks in contact met leerlingen en zijn vaak een van de eersten die merken dat een kind niet lekker in zijn vel zit. Bijvoorbeeld als een leerling zich steeds verder terugtrekt of juist extreem druk gedrag vertoont. Belangrijk is dat leerkrachten getraind zijn in het herkennen van vroege signalen en voldoende handvatten hebben om signalen en zorgen bespreekbaar te maken.
Ook ouders spelen een belangrijke rol in de preventie en ondersteuning en merken vaak snel op wanneer hun kind niet goed in zijn vel zit. Goede communicatie en samenwerking tussen school en ouders is daarom essentieel. Praktische interventies, zoals ouderavonden met thema’s als “herkennen van stress bij kinderen”, kunnen bijdragen aan een betere relatie tussen ouder en school. Daarnaast kan een vast aanspreekpunt op school, zoals een vertrouwenspersoon of zorgcoördinator, de drempel voor ouders verlagen om zorgen te delen.
Gemeenten hebben een belangrijke taak om samen met scholen en zorgpartners afspraken te maken over ondersteuning en snelle toegang en jeugdhulp. Dit kan bijvoorbeeld via een loket waar scholen direct contact kunnen opnemen met wijkteams of jeugdgezondheidszorg. Voorbeelden van intensievere samenwerkingen waarin onderwijs en zorgprofessionals elkaar versterken zijn de inzet van Jeugdhulp op school en integrale zorgteams. Bij Jeugdhulp op school zijn zorgprofessionals beschikbaar in de school, bijvoorbeeld om ondersteuning te bieden bij sociale of emotionele problemen. Wanneer meerdere partijen betrokken moeten worden, kan er worden opgeschaald naar een integraal zorgteam. Denk aan een samenwerking tussen de schoolmaatschappelijk werker, een orthopedagoog en een jeugdzorgmedewerker. In plaats van langs elkaar heen te werken, zorgt dit team voor één duidelijke lijn in de begeleiding en indien nodig een snelle doorverwijzing naar specialistische zorg.
Voorkomen is natuurlijk altijd beter dan genezen en preventie is een van de meest krachtige middelen om problemen voor te blijven. Het is belangrijk om niet alleen aandacht te hebben voor individuele leerlingen, maar om in te zetten op het creëren van een ondersteunende schoolomgeving voor álle leerlingen. Verschillende onderzoeken tonen aan dat scholen die investeren in preventieve programma’s niet alleen het welzijn van leerlingen verbeteren, maar ook de vraag naar intensieve jeugdzorg verminderen. Denk bijvoorbeeld aan trainingen over weerbaarheid, omgaan met emoties of mindfulness. Zo leren leerlingen hoe ze beter met stress en tegenslagen kunnen omgaan.
Samengevat; vroegtijdige signalering, preventieve programma’s en een sterkere samenwerking tussen scholen, gemeenten en ouders zijn cruciaal om de druk op de jeugdzorg te verlichten. Maar bovenal zorgen ze ervoor dat kinderen op tijd de hulp krijgen die ze nodig hebben. Succesvolle preventieve jeugdhulp begint bij een gezamenlijke inspanning. Niet alleen wanneer er problemen zijn, maar juist door actief in te zetten op een gezonde basis.