In de miljoenennota staat dat er extra geld beschikbaar wordt gesteld om aan huishoudens die leven van maximaal 120% van het sociaal minimum nogmaals een energietoeslag uit te keren bovenop de energietoeslag van 1.300 euro die zij dit jaar ontvingen. Welke huishoudens voor welke (extra) vergoeding in aanmerking komen, hangt af van hun situatie in 2022 en op 1 januari 2023.
Huishoudens die in 2022 op maximaal 120% van het sociaal minimum leefden en in 2022 de energietoeslag toegekend kregen, ontvangen een extra toeslag van 500 euro. Voor 2022 ontvangen zij dan in totaal 1.800 euro.
Is hun inkomen op peildatum 1 januari 2023 nog steeds maximaal 120% van het sociaal minimum, dan ontvangen zij daarbovenop in 2023 nog een toeslag van 800 euro. Is hun inkomen op peildatum 1 januari 2023 hoger dan 120% van het sociaal minimum, dan ontvangen zij in 2023 geen extra toeslag van 800 euro.
Huishoudens die in 2022 leefden van meer dan 120% van het sociaal minimum – en dus in 2022 geen energietoeslag ontvingen – en waarvan het inkomen op peildatum 1 januari 2023 onder de 120% van het sociaal minimum zakt, hebben in 2023 recht op een energietoeslag van 800 euro. Over 2022 krijgen zij geen energietoeslag.
Het ministerie werkt op dit moment aan een nieuwe Wet energietoeslag 2023, waarin de peildatum van 1 januari 2023 en het toeslagbedrag van 800 euro wordt vastgelegd. Het lukt niet alle gemeenten om de extra toeslag van 500 euro voor 2022 al dit jaar uit te keren. Dit hangt ook samen met onduidelijkheid over wanneer gemeenten daarvoor vergoed worden door het Rijk. Divosa pleit voor een eenvoudige manier om na te gaan of de doelgroep van 2022 nog steeds binnen de doelgroep in 2023 valt.