In 2022 gaf 1 op de 4 werknemers in de leeftijd van 18 tot en met 34 jaar aan burn-outklachten te ervaren. Uit cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van TNO en het CBS blijkt bovendien dat de ernst van ervaren burn-outklachten onder jonge werkenden, die veel klachten hebben, toeneemt. Het aandeel van verzuim door werkgerelateerde psychische klachten stijgt ook. Vooral in de zorg en onderwijs is het aantal klachten en het verzuim met psychische klachten hoog.
TNO deed op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid onderzoek naar burn-outklachten onder jonge werkenden (in de leeftijd van 18 tot en met 34 jaar). In het rapport wordt ook gekeken naar het aantal verzuimdagen in de afgelopen 12 maanden en of in de afgelopen 12 maanden is verzuimd ten gevolge van psychische klachten, overspannenheid of burn-out waarbij de klachten volgens de jonge werknemer deels of volledig het gevolg zijn van werk.
Met name onder hoogopgeleide jonge vrouwen wordt een stijging in het aandeel van werkgerelateerd psychisch verzuim waargenomen. Jonge vrouwen ervaren over het algemeen dan ook meer burn-outklachten dan mannen. En de groep jonge vrouwen met forse klachten groeit: in 2020 ervaart 25% van deze jonge vrouwen burn-outklachten en in 2022 ligt dit percentage zelfs op 29%. Maar ook de groep jonge mannen met klachten neemt over de jaren toe: in 2022 ervaart 23% burn-outklachten waar dat in 2015 nog 13% was.
Over de periode 2015-2022 wordt onder jonge werknemers in vrijwel alle onderzochte sectoren een lichte stijging in verzuim ten gevolge van werkgerelateerde psychische klachten waargenomen. In de sectoren zorg en onderwijs, waar relatief veel jonge vrouwen werkzaam zijn, is niet alleen het aandeel werkenden met burn-outklachten hoog, maar wordt de groep werknemers met weinig burn-outklachten de laatste jaren steeds kleiner.
Met andere woorden: er zijn steeds minder medewerkers in de zorg en het onderwijs zonder burn-outklachten. In 2021 was in de ICT-sector een stijging van burn-outklachten en verzuim met psychische klachten te zien. Deze toename werd mogelijk veroorzaakt door de snelle veranderingen in werk door corona.
Uit aanvullend kwalitatief onderzoek onder jonge werkenden blijken prestatiedruk, onzekerheden in het leven en sociale druk de belangrijkste bronnen te zijn van de ervaren stress. Jongeren ervaren veel druk om te moeten presteren, vanuit de maatschappij, het werk en op sociaal vlak. Het gevoel altijd alles goed moeten doen, het constant bereikbaar zijn, zorgtaken, en de combinatie van werk en gezin geven veel stress. Maatschappelijke en financiële onzekerheid spelen naast onzekerheid over de carrière ook een belangrijke rol.
Jongeren noemden de constante stroom negatief nieuws over klimaat, stikstof, oorlog en COVID-19 als voorbeelden. Inflatie, hoge hypotheeklasten en studieschuld werden vaak genoemd vanuit een financieel perspectief. De invloed van social media op het zelfbeeld van jongeren speelt ook een rol bij stress die jonge werknemers ervaren, naast het feit dat social media hen ook af leidt van het werk. Onzekerheden in werk en woonsituatie belemmeren persoonlijke ontwikkeling en geven een pessimistisch toekomstperspectief.