Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Transformeer de Jeugdzorg, splits hulp en zorg

Door de Toeslagenaffaire is het net als in 2007 weer mode om de Tweede Kamer op te roepen zelf-reflectief te zijn. Ook bij de tweede evaluatie van de Jeugdwet kan de Kamer beter zelf-reflectief zijn. Want sinds de Transitiecommissie Stelselherziening in december 2014 vaststelde dat de Jeugdzorg-transformatie dreigde te mislukken en de minister in januari 2018 schreef dat de transformatie nog niet was gelukt, wordt over de hoofdreden van de Jeugdzorg-decentralisatie niets meer gehoord. Na de recente rapporten (2021) (1) van de commissies Sint en Van Zwol was de reactie van staatssecretaris Blokhuis: “te komen tot een Ontwikkel-agenda”, recent met de VNG gewijzigd tot een “Hervormings-agenda”. (2) Aan deze wissel voorafgaand groeit het beroep op Jeugdhulp excessief, wordt het voor gemeenten normaal om jeugdbudget te besteden aan plantsoenen en zwembaden en is de claim tot 2028 op het Rijksbudget onhoudbaar. Daarom een proeve van modernisering, één die resulteert in een ordenende overheid, een duale jeugdzorg en een vrije consument.

14 december 2021

Geïnspireerd door de mening van de Parlementaire Werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg werd in het Regeerakkoord van 2010 de afspraak opgenomen over de decentralisatie van de Jeugdzorg. Deze overeenstemming mondde uit in een nieuwe Jeugdwet die in werking trad op 1 januari 2015. Eenvoudig gezegd was de doelstelling van de wet:

1. Preventie en uitgaan van eigen verantwoordelijkheid;

2. De-medicaliseren, ont-zorgen en normaliseren;

3. Eerder de juiste hulp op maat;

4. Integrale hulp aan gezinnen;

5. Meer ruimte voor de professional.

Genoemde werkgroep (Heinen c.s.) verkoos het “om het gedwongen en het vrijwillige kader te scheiden, beter dan ze binnen één (gemeentelijke) bestuurslaag te verenigen”. (3)

Toch wordt de hele Jeugdzorgtransitie naar de gemeenten een feit en krijgt Nederland daarna vooral bureaucratie, wachtlijsten en regeldruk te zien. Maar ook tomeloze groei, weggesluisde winsten en mistige procedures. De beloofde transformatie komt er niet en is klaarblijkelijk onbereikbaar.

Transformatie betekent omvorming, vernieuwing, innovatie. Door onderzoek van prof. G. Schrijvers (4) is duidelijk dat zorginnovatie bijna alleen een kans van slagen heeft als gelijktijdig wordt voldaan aan drie vereisten: inhoudelijke zorgvernieuwing, toepassing van ICT en een nieuw ontworpen financiële structuur. Aan geen van die vereisten wordt door gemeenten of leveranciers voldaan.

Met het maken van een radicale keuze voor modernisering kan het nieuwe kabinet de gewenste omvorming en innovatie alsnog bereiken. Dit kan door middel van vereenvoudiging, taaksplitsing en een economische invalshoek. Voor de vereenvoudiging kan men teruggrijpen naar het basale onderscheid tussen afwijking, stoornis en ziekte. De Tweede Kamer krijgt met de volgende wetsevaluatie een kans om een taaksplitsing te herijken en de doordachte keuze van de Werkgroep Heinen c.s. alsnog te volgen.

Duidelijk onderscheid

Het probleem van de JeugdHulp is ook duidelijk anders dan het probleem van de JeugdZorg.

Terwijl de JeugdZorg wettelijk afgebakend is, overzichtelijk en collectief, is de JeugdHulp vrijblijvend (ongecontroleerd en ongemeten), verspillend (over- en onderbehandeling), versnipperd (verschillende methoden), diffuus (duaal bekostigd, teveel loketten), rechtsongelijk (uitvoering door verschillende gemeenten in plaats van op rijksniveau) en inefficiënt. (5)

Om bovenstaande problemen in de JeugdHulp op te lossen is het nodig dat het Rijk het aandurft om de niet-opgelegde en opgelegde jeugdzorg en de daarbinnen uitgeoefende taken alsnog te splitsen.

Van de durf tot taaksplitsing uitgaande, wordt gepleit voor het opnemen in het komende Regeerprogramma van een herstel van de door de wetgever beoogde, beloofde maar mislukte Jeugdzorgtransformatie. Dit kan bereikt worden door het de-collectiviseren van de niet-opgelegde jeugdhulp. Daarvoor moet men eerst een consequent onderscheid in het oog houden en praktiseren tussen JeugdHulp en JeugdZorg. In dat onderscheid is de JeugdZorg de opgelegde jeugdzorg, d.w.z. zorg met een gemeentelijke beschikking, een rechterlijk vonnis of een medische indicatie.

Lelijk gesimplificeerd: de “zieke, stoute en gekke kinderen” krijgen JeugdZorg. Opgelegd, imperatief, nooit zonder een (bevoegd genomen) publiek besluit. De deviante, gedrag-afwijkende kinderen krijgen niet-opgelegde JeugdHulp die gedecollectiviseerd is. En door zorgverzekeraars en ouders wordt opgenomen in een bestaande verzekeringspolis of die kan worden ondergebracht in een nieuwe gezinspolis of in een aanvullende jeugdpolis.

Een integrale benadering van de gehele Jeugdzorg moet wel leiden tot een verdere medicalisering en een funeste stapeling van hulp- en zorgvormen. In plaats daarvan was de-medicalisering en normalisering van de Jeugd de bedoeling van de wet. Dat was immers de rode lijn in het Rapport van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling: Normaliseren in plaats van Medicaliseren. De stelling is hier, dat een splitsing tussen het vrijwillige en het gedwongen kader alleen slaagt als dat ook in de betaling en vergoeding wordt verankerd en dus in de praktijk wordt toegepast.

Kenmerkend

Waarom zouden er in het gelukkigste land van de wereld, aan hulp van de gelukkigste jeugd in de wereld, jaarlijks zoveel overheidsmiljarden besteed moeten blijven worden? De onhoudbare groei van het beroep op Jeugdhulp ontstond niet zomaar. Het aanbod creëerde de vraag en deze vraag groeit autonoom, verder omhoog gestuwd door Corona en immigratie. Het is een groei die doet denken aan die van het vroegere aantal WAO-uitkeringen, zelfvoorzienend en onhoudbaar.

Daarom stel ik de volgende maatregelen voor:
- Marktwerking in de JeugdHulp aan de hand van de volgende kenmerken: afwijking, pedagogisch, opvoedkundig, vrijwillig, privaat ondersteunend, geen medicatie, handelingen, niet DSM-V, niet gecertificeerd, Wet Maatschappelijke Ondersteuning.

  • Alleenollectief vergoede JeugdZorg bij de volgende kenmerken: stoornis, geneeskundig, therapeutisch, diagnostisch, publiek beschikt, medicatie, verrichtingen, DSM-V, gecertificeerd, Jeugdwet.

-Hulp en ondersteuning worden privaat betaald; zorg en maatregelen worden publiek bekostigd.

-Er wordt op grond van de Jeugdwet alleen nog opgelegde, beschikte JeugdZorg vergoed.

Zo worden de JeugdHulp-verstrekkingen op basis van de WMO en de JeugdZorg-verstrekkingen op basis van de Jeugdwet, financieel ontvlochten. En vanaf dan gescheiden vanuit een private of publieke portemonnee betaald.

Economische invalshoek

Gemeenten zijn risico-avers omdat hun geld gemeenschapsgeld is en hun kapitaal geen risico mag dragen. En zolang de overheid opvoedingsondersteuning vergoedt zal er geen vraag zijn naar innovatie en efficiënte methoden en – diensten. Want er is geen noodzaak voor gemeenten om op zoek te gaan naar efficiënte of goedkopere methoden. Het budget komt immers toch wel uit de Rijkskas. Gemeenten dragen geen leveranciersrisico voor investeringen in vernieuwing of transformatie en JeugdHulpaanbieders zijn gericht op winstbehoud. Dus gebeurt er niets.

Zo kunnen de huidige Zorgleveranciers effectief hun personele, financiële en organisatorische belangen blijven beschermen, maar zitten zij de gewenste modernisering in de weg. Transformatie en modernisering van de Jeugdzorg op gemeentelijk niveau zijn een schijnwerkelijkheid gebleken. Gemeenten hebben immers geen invloed op werkwijzen, methoden of taakopvattingen. Wie de Berenschot-rapporten leest ziet een ongekende verspilling. En een woekerende winsten reservering.

Bewijzen uit onderzoek van FollowTheMoney, (6) Pointer, (7) de Berenschot-rapporten en anderen, over verspilling aan onder meer Houtje-Touwtje behandelingen en het wegsluizen van overmatige winsten door collectief bekostigde leveranciers zijn algemeen bekend. Zolang de overheid de omzet in de Jeugdhulp garandeert weten leveranciers daar winstbewust op in te spelen.

Het economische toekomstmodel heeft het voordeel dat de overheid verantwoordelijk is voor noodzakelijk geachte maatregelen. Wat leveranciers aan hulpmethoden ontwikkelen, aanbieden en leveren mogen zij zelf weten. Verbetering en toetsing van effectiviteit en efficiency is dan aan private verzekeraars en aan de consument. Arbeidsbesparing en productiviteitsverhoging worden onder toezicht van gemeenten immers niet bereikt. De onlangs gepresenteerde Hervormingsagenda zal gestoeld blijken op typisch wensdenken.

De Jeugdzorg is geen markt want er vindt geen normale prijsvorming plaats en geen normale concurrentie en er is geen sprake van investeringen of financiering. Er heerst uitgebreide protectie. Buiten de leveranciers heeft niemand inzicht in de kostprijs of de kostprijscalculatie. Wel is sprake van regulering en tarifering, van bekostiging, vergoeding en bijdragen.

De gebruikte methoden in de Jeugdzorg en Jeugdhulp lopen kris-kras door elkaar heen, van paarden-therapie tot autisme-behandeling; elke door particulieren gewenste methode wordt vergoed. Het aanbod is ongetoetst en een kwaliteitsoverzicht ontbreekt.

Prof. Paulien Meurs schrijft in het Financieel Dagblad dat het huidige taboe op toelating van marktwerking kortzichtig is. Enige marktwerking kan heel verstandig zijn want de efficiency is er wel degelijk mee gediend, wat bewezen wordt door meerdere soorten privé-klinieken. (8)

Voordelen

Naast het aanvaarden van het liberale axioma dat opvoeding geen overheidstaak is, heeft het privatiseren van de niet-opgelegde JeugdHulp de volgende voordelen:

- De beloofde maar mislukte transformatie van de Jeugdzorg komt alsnog op gang.

- De versobering van de jeugdhulpketen wordt onontkoombaar, zoals de Tweede Kamer wenst.

- Het grote gebrek aan efficiency in de Jeugdhulppraktijk, volgens Berenschot-onderzoeken tussen 30 % en 40 % wordt door de prijsvormende markt weggewerkt.

- De innovatie wordt gestimuleerd door arbeidsbesparende methoden, waar verzekeraars belang bij hebben c.q. waardoor de arbeidsproductiviteit wordt verhoogd.

- De productiviteitsverhoging door arbeidsbesparende technologie creëert ruimte op de arbeidsmarkt.

- De digitalisering wordt aangezwengeld.

- Over- en onder behandeling worden tegengegaan.

- De bureaucratisering wordt tegengegaan door de opvoedondersteuning niet meer uit de algemene middelen te vergoeden maar die taak aan prijsbewuste contractpartners over te laten.

- Er komt meer inzicht, duidelijkheid en vrijheid voor zorgconsumenten en zorgleveranciers.

- De wachtlijsten lossen op want er is een afdwingbare, contractuele leveringsplicht.

- Het diagnostische gereedschap wordt verbeterd want de praktische scheiding is noodzakelijk voor de bepaling van de leverancier: zorgverzekeraar & consument of Gecertificeerde Instelling.

- Er wordt bespaard op de zorgkosten van het Rijk en gemeenten raken van hun Jeugdhulptekorten af.

- Er wordt bijgedragen aan de houdbaarheid van de zorg als geheel.

- De overheid handelt alleen ten dienste van ontspoorde, verstandelijk gehandicapte, psychisch gestoorde en overigens zieke jongeren.

- De marktwerking in de (publieke) JeugdZorg wordt buitengesloten en marktwerking in de (private) JeugdHulp wordt toegelaten.

Aanbevelingen

  • Hanteer een logisch, eenvoudig en uniform onderscheid tussen Jeugdzorg en Jeugdhulp; doe dat met behulp van de genoemde kenmerken.

  • Maak de Jeugdwet duaal, ook in de financiering en ontvlecht de beide werksoorten. Het is het één of het ander. Alle zorg is beschikt en geanalyseerd, dwang is enkel aan de overheid; alle hulp is particulier.

  • Erken dat opvoeding in beginsel aan de individu is en hulp aan de markt; hulp is vrijwillig en niet-paternalistisch.

  • Bevestig dat gestoord gedrag, gestoorde gezondheid en gestoorde personen zorg nodig hebben en leiden tot zorgverlening.

  • Spreek af dat gedragsafwijking leidt tot hulp en ondersteuning en laat alle hulp over aan de ouders, private partijen en verzekeraars met hun eigen polis en verbeter de opgelegde of gedwongen zorg.

  • Durf een structurele keus te maken voor duurzaamheid en maak van de Hervormingsagenda weer een Transformatie-agenda.

  • Neem doelbewust afscheid van een onbeheersbaar Rijksbudget en beantwoord de Hoe-vraag van de taaksplitsing met een Transformatie-agenda in het Regeerprogramma.

  • Schrap de jeugdhulpplicht voor gemeenten uit de Jeugdwet. Opvoeden is de verantwoordelijkheid van de ouders, dwingen is de bevoegdheid van overheden.

  • Laat innovatie over aan belanghebbende ondernemingen en leveranciers, al of niet gedekt door toekomstige premie-inkomsten.

  • Houd het advies van de WRR voor ogen: zorg-schaarste is de beste methode om zorg te kunnen blijven leveren.

(1)Rapport ‘Jeugdzorg: een onderwerp van aanhoudende zorg’, Rijksoverheid: 18-05-2021

(2) Zie https://vng.nl/artikelen/hervormingsagenda-jeugd

(3) Kamerstukken II, 2012/13, 33684 nr. 3 (Memorie van Toelichting Jeugdwet)

(4) Workshop Jaarbeurs Zorg & ICT, Guus Schrijvers

(5) Zie rapporten van Berenschot, https://www.berenschot.nl/nieuws/2019-september-besteding-gemeentelijke-zorgkosten.

(6) ‘Inspectierapport jeugdzorg is een gemiste kans op een objectief oordeel’, Harry Verbon, Follow the Money 19-11-2019

(7) ‘De paarse krokodil in de jeugdzorg’, Pointer-KRO NCRV, 20-09-2021

(8) ‘De zorg is gebaat bij een tandje minder overheid’, Paulien Meurs, Financieel Dagblad, 19-01-2021

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.