De internetconsultatie van de wijziging van de Regeling inburgering 2021 (Ri2021) is van start gegaan. In de Regeling worden extra gronden voor verlenging van de inburgeringstermijn voorgesteld. Dat zijn onder meer het gebrek aan kinderopvang en het hebben van betaald werk. Via de internetconsultatie wordt iedereen uitgenodigd hierop te reageren.
Aanleiding voor de wijziging in de Ri2021 zijn signalen van onder andere gemeenten en DUO. Inburgeraars moeten binnen 3 jaar aan de inburgeringsplicht voldoen. In de praktijk blijken er vertragende omstandigheden te zijn. Bij verschillende daarvan zijn de oorzaken niet aan de inburgeraar te wijten.
Door het landelijk tekort aan kinderopvangplaatsen kunnen inburgeraars niet altijd deelnemen aan inburgeringslessen. Daardoor lopen ze vertraging op. In de praktijk ondervinden vooral vrouwelijke statushouders hiervan hinder.
Daarnaast zijn er inburgeraars die betaald werk hebben en dat moeilijk kunnen combineren met inburgering. Om deze belemmering weg te nemen, is het voorstel om verlenging mogelijk te maken voor inburgeraars die tenminste 32 uur per week werken gedurende minimaal 6 aaneengesloten maanden tijdens de inburgeringstermijn.
Ook komt er een verlengingsgrond voor asielstatushouders die al in een opvanglocatie van het COA beginnen met het inburgeringstraject (de zogeheten vroege start). In een azc zijn de voorzieningen en omstandigheden voor inburgering minder gunstig dan bij huisvesting in een gemeente. Dat kan ertoe leiden dat de statushouders meer tijd nodig voor hun inburgering. Het ministerie van Justitie en Veiligheid hoopt met deze wijziging van de Regeling gemeenten te stimuleren met de vroege start, een van de ambities uit de Wi2021, aan de slag te gaan.
In totaal zijn er 7 aanpassingen van de Regeling voorgesteld, waaronder ook aanscherpingen van bestaande verlengingsgronden.
De internetconsultatie is geopend tot en met 6 april. Na sluiting wordt de wijzigingsregeling aan de verantwoordelijke staatssecretaris van Justitie en Veiligheid voorgelegd voor akkoord en ter ondertekening. Daarna vindt publicatie in de Staatscourant plaats. Het streven is de aangepaste Regeling per 1 mei wettelijk te laten ingaan.