Onlangs woonde mijn collega een wijkteamoverleg bij. Dit team zat nog in de opstartfase en kwam bij elkaar om een ‘innoverende’ werkwijze te ontwikkelen voor de ondersteuning van bewoners. Het overleg verliep chaotisch. Op een gegeven moment riep maatschappelijk werker Sjaak uit het niets: ‘De gemeente wil dat we innovatief gaan werken, laten we een kookgroep beginnen.’ ‘O ja, leuk idee, moeten we doen!’, riepen de anderen.
Bij innovatief werken denk ik niet meteen aan het opzetten van een kookgroep, maar dit verhaal zette mij wel aan het denken. Innovatie is het grote toverwoord tegenwoordig. Het moet de bezuinigingen opvangen en de gewenste verandering teweegbrengen. Maar wat is innovatie? En wat betekent innovatie voor jou als professional?
Er is veel discussie over de definiëring van (sociale) innovatie. Eén van de meest leidende definities op het moment is de volgende: "Sociale innovaties zijn nieuwe oplossingen die tegelijkertijd tegemoetkomen aan een sociale behoefte en leiden tot nieuwe (of verbeterde) capaciteiten en relaties en een beter gebruik van resources. Met andere woorden: sociale innovaties zijn goed voor de maatschappij en verhogen de capaciteit van een samenleving om te handelen."(The Young Foundation, 2012)
Hoe kunnen Sjaak en jij echte innovators worden? Met deze 6 tips help ik jullie op weg:
Overal krijg je het advies om doelstellingen en resultaten vooraf te bepalen. Echter nieuwe interventies zijn vaak niet op voorhand in concrete resultaten te formuleren en naderhand te meten. Innovaties worden geleid door visie in plaats van duidelijke, specifieke en meetbare uitkomsten.
Over één argument zijn alle innovatiedenkers het eens: innoveren doe je met de eindgebruikers van je product of dienst. Uiteraard geldt dit ook voor onze zorg- en welzijnssector. Van belang is goed te luisteren naar wat je klanten zeggen en door te vragen. Hoe komt het dat zij minder in hun kracht staan? Vraag je klanten ook hoe zij de tot nu toe ontvangen hulp ervaren, wat zij hierin misten en hoe jij van dienst kunt zijn. Een handige methode om de situatie in kaart te brengen is het schrijven van een levensverhaal.
Het niet communiceren, tegenwerken en naast elkaar leveren van ondersteuning uit verschillende specialistische invalshoeken aan een gezin wordt vaak gezien als een procesprobleem. Vaak is het meer dan dat en spelen er culturele kwesties, zoals stereotypering van de ander: 'Die maatschappelijk werkers die komen af en toe praten' of 'Verpleegkundigen nemen altijd alles maar over van de cliënt, aan eigen kracht doen ze niet'. Onderzoek deze diepere laag, bij jezelf en anderen, wees kritisch en probeer hierbij buiten je eigen kaders te denken. Je kunt dit bereiken door een keertje met elkaar mee te lopen.
Als je denkt dat je geen innovator kunt worden, omdat je niet creatief genoeg of niet positief ingesteld bent, heb je het mis. Voor innovatie zijn juist ook pessimisten nodig. Mits het onderbouwd pessimisme is dat 'en public' wordt gedeeld en uitnodigt tot een diepere analyse van het probleem.
Het kan heel wat pijn en moeite kosten om belemmeringen, zoals financieringsstromen of procedures, te overwinnen. Bovendien kan er heel wat weerstand ontstaan wanneer jij je tijd en de inzet van middelen voor je innovatie moet verantwoorden. Om te innoveren moet je openstaan voor al dit ongemak en onzekerheid.
Een klassieke evaluatiemethode (toetsing van de resultaten door de financier) werkt niet bij innovatie. Enerzijds omdat resultaten vooraf niet goed geformuleerd kunnen worden. Anderzijds omdat je er niet achter kunt komen hoe iets heeft gewerkt en welke problemen de interventie mogelijk veroorzaakt. De evaluatie van een innovatieproject moet inzicht bieden in vragen zoals: hoe, wanneer, waarom, voor wie werkt deze interventie en wat zijn de neveneffecten? Bovendien zou de evaluatie van een innovatie niet alleen maar kennis moeten 'halen' zoals bij klassieke evaluaties. Ook het evalueren zelf moet bijdragen tot verandering en waarde opleveren voor de betrokken zelf, zoals bij Storytelling.