Menu

Filter op
content
Zorg&Sociaalweb

0

De Participatiewet

De Participatiewet is een onderdeel van een breed stelsel binnen het sociaal domein dat moet bijdragen aan meer bestaanszekerheid voor kwetsbare mensen. Sinds de decentralisaties in 2015 zijn de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en de Wet werk en bijstand, daarin samengevoegd. Een belangrijk uitgangspunt van de wet is het vergroten van de eigen kracht van burgers. Hier spelen gemeenten een belangrijke rol in.  Waar mogelijk, leggen gemeente verbindingen tussen de Participatiewet en de Wet maatschappelijke ondersteuning.

Doel

Het doel van de Participatiewet is dat iedereen die kan werken aan de slag gaat, ook degenen met een afstand tot de arbeidsmarkt, waaronder mensen met een arbeidsbeperking, jongeren met een handicap en bijstandsgerechtigden. Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid om de mensen die het op eigen kracht niet redden, gericht en op maat te begeleiden zodat zij alsnog naar vermogen mee kunnen doen in de samenleving.

Naast het creëren van werkplekken binnen de gemeente, wordt er ook geregeld samengewerkt met ondernemingen, vrijwilligersorganisaties en andere gemeenten in de regio. Indien het salaris en/of inkomen uit uitkeringen van een burger die onder de Participatiewet valt onvoldoende toereikend is, kunnen gemeenten dit aanvullen met inkomensondersteuning. Hier krijgen zij dan ook  financiering voor van de Rijksoverheid.

Herziening

Hoewel de Participatiewet vaak goede ondersteuning biedt, pakken sommige regels in de praktijk niet altijd uit zoals gewenst. Zo blijkt dat er onder bijstandsgerechtigden eerder wantrouwen dan vertrouwen wordt ervaren in de gemeentelijke ondersteuning binnen het arbeidsintegratieproces en dat er volgens de wet niet genoeg rekening wordt gehouden met de werkelijke leefwereld van deze doelgroep.

Onder bijstandsgerechtigden is gekeken naar de veelvoorkomende multiproblematiek en de hierdoor complexe situatie van mensen, die de focus op slechts de doorstroom naar betaald werk kortzichtig maakt. Om deze reden is er in de afgelopen periode veel aandacht besteed aan een benodigde herziening van de Participatiewet, waarbij plaats is gemaakt voor een meer integrale kijk en lange-termijn aanpak, gericht op het welzijn van bijstandsgerechtigden in een bredere zin.

‘’ Want werk is meer dan alleen een salaris. Het gaat om je talenten kunnen ontplooien, nieuwe dingen leren en sociale contacten opdoen. Ik vind het belangrijk dat we verder toewerken naar die inclusieve arbeidsmarkt, met gelijke kansen voor iedereen’’, aldus minister Schouten.

Participatiewet in Balans

In het kader hiervan is uitvoerig gesproken met gemeenten, bijstandsgerechtigden zelf en met  andere professionals over de invulling van de gepresenteerde maatregelen in het beleidsplan Participatiewet in Balans. Dit heeft geresulteerd in concrete stappen om:

  • het vertrouwen onder de doelgroep van de Participatiewet te stimuleren en
  • professionals vakkundig te versterken zodat zij naast en niet tegenover de mensen die hulp nodig hebben kunnen staan (gerichte hulp bieden blijkt behoorlijk complex blijkt te zijn voor de uitvoerend professional)

Het programma bestaat uit drie sporen met gelijktijdige activiteiten in ontwikkeling, die bijdragen aan de bovenstaande doelen.

  1. Het eerste spoor betreft een wetsvoorstel waarmee de regering middels een samenhangend pakket aan maatregelen een eerste, stevige stap wil zetten naar een uitvoering van de Participatiewet. De beoogde datum van inwerkingtreding is 1 januari 2025.
  2. Het tweede spoor richt zich op de beleidsvoorbereiding voor de fundamentele herziening van de wet, met specifieke aandacht voor evidence & practice based kennis.
  3. Het derde spoor gaat om het faciliteren van de beweging richting vertrouwen, menselijke maat en eenvoud bij uitvoerders. In dit spoor wordt een toolkit met instrumenten gemaakt dat kan worden ingezet om gemeenten te ondersteunen.

De banenafspraak

Voor mensen met een arbeidsbeperking is de mogelijkheid tot (arbeids)participatie al jaren beperkt. Meer kansengelijkheid onder deze groep zorgt voor een inclusievere arbeidsmarkt en daarmee ook een inclusievere samenleving. In het sociaal akkoord 2013 hebben het kabinet en sociale partners (werkgevers en werknemers) afgesproken om de volgende jaren specifiek voor mensen met een arbeidsbeperking banen te creëren.

Het ging hierbij om 125.000 extra banen bij reguliere werkgevers in 2026, ten opzichte van de nulmeting op 1 januari 2013. Hiervan behoort een aantal van 100.000 tot de marktsector en 25.000 tot de overheidssector. Eind 2022 stond de teller op ruim 81.000 banen.

Op landelijk niveau wordt gekeken of de werkgevers in de sector overheid en de werkgevers in de sector markt de aantallen hebben gerealiseerd die voor hun sector gelden. De banenasfpraak geldt onder andere ook voor mensen die onder de Participatiewet vallen en die niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Zij staan vermeld in het door het UWV beheerde doelgroepregister.