De Participatiewet kent twee soorten van bijstand: algemene en bijzondere bijstand. In dit artikel wordt uitgelegd wat dat inhoudt en wat het verschil is tussen deze vormen van bijstand.
Bijstandsnorm
Algemene bijstand is bedoeld voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Als men in het dagelijks taalgebruik spreekt over een bijstandsuitkering, bedoelt men de algemene bijstand. Voor de hoogte van algemene bijstand zijn in de wet normen vastgesteld. De hoogte van de bijstand die iemand dan daadwerkelijk krijgt is het verschil tussen de toepasselijke bijstandsnorm en het inkomen (art. 19 lid 2 Pw). Welke bijstandsnorm van toepassing is, hangt af van iemands woon- en leefsituatie. De Participatiewet kent verschillende normen voor gehuwden (en daarmee gelijkgestelden) en ongehuwden. Daarbij is er ook verschil tussen personen van 18 tot 21 jaar (art. 20 Pw), van 21 jaar tot aan de AOW-leeftijd (art. 21 Pw) en personen boven de AOW-leeftijd (art. 22 Pw).
De gehuwdennorm voor personen van 21 jaar tot aan de AOW-leeftijd komt overeen met 100% van het nettominimumloon per maand. De norm voor een alleenstaande of alleenstaande ouder is 70% van het nettominimumloon per maand. (Alleenstaande ouders kunnen in de meeste gevallen via de Belastingdienst/toeslagen een extra aanvulling krijgen binnen het kindgebonden budget.)
Voor personen boven de AOW-leeftijd, geldt dezelfde methodiek, maar is het normbedrag iets hoger, omdat het niet is afgeleid van het nettominimumloon, maar van de netto AOW.
Voor personen van 18 tot 21 jaar gelden aparte, lagere normen.
Daarnaast wordt via de zogenaamde kostendelersnorm ook rekening gehouden met eventuele anderen die ook in dezelfde woning wonen. Hoe meer medebewoners er zijn, des te lager wordt de uitkering per persoon.
Maatwerk
Omdat de bijstand het sluitstuk van de sociale zekerheid is, is er ondanks de vaste bijstandsnormen, ook nog maatwerkelijk mogelijk. Dat staat in art. 18 lid 1 Pw. Dit kan zowel leiden tot een verhoging van de uitkering in gevallen waarin betrokkene hogere algemeen noodzakelijke kosten dan waarin de toepasselijke bijstandsnorm voorziet als tot een verlaging in gevallen waarin betrokkene kennelijk minder kosten heeft. Het is wel zo dat gemeenten met deze bevoegdheid, juist vanwege het feit dat de wetgever vaste normen heeft vastgesteld, zeer terughoudend moeten omgaan. Maar als in een uitzonderlijke situatie onverkorte toepassing van de bijstandsnormen tot een ongewenste uitkomst zou leiden, dient de gemeente de bijstand alsnog anders vast te stellen.
Bijzondere bijstand kan worden verleend voor de bestrijding van noodzakelijke kosten die worden veroorzaakt door bijzondere omstandigheden (art. 35 lid 1 Pw). Voor de bijzondere bijstand bestaan geen landelijke normen. Het verlenen van bijzondere bijstand is maatwerk.
De noodzakelijkheid van de betreffende kosten wordt in het individuele geval vastgesteld. Afhankelijk van de persoon en de omstandigheden kunnen dezelfde kosten dus in het ene geval wel en in een ander geval niet noodzakelijk zijn.
De hoogte van de bijzondere bijstand hangt af van de hoogte van de bijzondere kosten, de mogelijkheden van betrokkene om deze zelf te kunnen betalen en ook van het beleid van de gemeente waarin betrokkene woont. Daarbij is ook van belang dat de vrijlatingen die gelden voor inkomen of vermogen voor het recht op algemene bijstand, niet hoeven worden toegepast bij de vraag in hoeverre iemand zelf de kosten waarvoor bijzondere bijstand wordt gevraagd zelf zou kunnen betalen.
Om recht te kunnen hebben op bijzondere bijstand, is overigens nadrukkelijk niet vereist dat betrokkene ook recht heeft op algemene bijstand. Het is wel zo dat een aanvraag om bijzondere bijstand door iemand die ook al algemene bijstand van de gemeente ontvangt, makkelijker en sneller kan worden beoordeeld, omdat veel van de voor de beoordeling benodigde gegevens dan al bekend zijn.
Reserveren voor duurzame gebruiksgoederen
Duurzame gebruiksgoederen, zoals een wasmachine of koelkast moeten eens in de zoveel tijd wel eens worden vervangen. Uitgaven voor een dergelijke vervanging worden gezien als incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Deze kosten moeten in beginsel worden betaald uit (een inkomen te hoogte van) de bijstandsnorm. Betrokkene had daar dan voor moeten reserveren of hij moet kiezen voor gespreide betaling achteraf. Deze kosten zijn dus wel noodzakelijk, maar worden niet veroorzaakt door bijzondere omstandigheden en komen daarom in principe niet voor bijstandsverlening in aanmerking. Dit kan echter anders zijn als betrokkene niet had kunnen reserveren. Dan zijn er wel bijzondere omstandigheden en kan er dus wel bijstand voor deze kosten worden verleend.
Niet alle gemeenten gaan overigens even strikt om met de vraag of betrokkene had moeten reserveren voor deze kosten.
Categoriale bijstand
Ook kan de gemeente, zonder dat de noodzaak daartoe in het individueel geval wordt vastgesteld, bijzondere bijstand verlenen (aan een nader te bepalen doelgroep) in de vorm van een aanvullende ziektekostenverzekering of als tegemoetkoming in de premie voor een dergelijke verzekering (art. 35 lid 3 Pw). In het verleden waren er overigens meer mogelijkheden voor een dergelijke categoriale verlening van bijzondere bijstand, maar deze zijn bij de invoering van de Participatiewet allemaal geschrapt, met uitzondering van de genoemde aanvullende ziektekostenverzekering. Gemeenten zijn overigens niet verplicht om een dergelijke categoriale regeling te maken.
Individuele inkomenstoeslag en individuele studietoeslag
Er bestaan ook twee speciale vormen van bijzondere bijstand die niet onder art. 35 Pw vallen, de individuele inkomenstoeslag (art. 36 Pw) en de individuele studietoeslag (art. 36b Pw).
Hans Nacinovic bracht afgelopen week het boek Bijstand in 50 vragen uit. Bijstand in 50 vragen biedt handvatten voor iedereen die met de bijstand te maken heeft en snel wil weten hoe de wet in elkaar zit. Daarnaast is het boek te gebruiken als naslagwerk voor de juridische professionals binnen het gemeentelijk sociaal domein. Het boek beschrijft de wijze van bijstandsverlening volgens de Participatiewet. Vervolgens wordt dit verdiepend uitgelegd aan de hand van 50 concrete casussen. Bestel het boek hier.