Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Armoedepact in opmars: een oplossing, maar hoe op waarde te schatten?

Armoedebestrijding verandert van gezicht. Naast inkomensondersteunende voorzieningen komt het accent steeds meer te liggen op terugdringen van sociale uitsluiting, eenzaamheid, kansenongelijkheid en de structurele oorzaken van armoede. Steun door particulieren zoals kerken, fondsen, vrijwilligers-organisaties en stichtingen wordt gelet op deze bredere ambitie steeds relevanter. Sommige gemeenten zoeken toenadering en aansluiting tot particuliere initiatiefnemers met een zogeheten armoedepact. Met dit pact worden ambities en afspraken uitgesproken om samen armoede te voorkomen. Een bewonderenswaardige ontwikkeling, maar hoe valt de opkomst van het armoedepact en soortgelijke vormen van samenwerking goed op waarde te schatten? Achter de term armoedepact gaat namelijk een scala aan initiatieven, typen afspraken, betrokkenen, motieven en organisatievormen schuil.

7 June 2019

Armoede staat hoog op de politieke agenda. Recentelijk kondigde het kabinet een maatregelenpakket aan om kinderarmoede in Nederland terug te dringen.(1) Van gemeenten wordt verwacht dat zij in 2021 nagenoeg alle kinderen in armoede in beeld hebben, zowel cijfermatig als kwalitatief. De ‘werkende armen’ zijn een andere groep die veel aandacht krijgt van beleidsmakers en bestuurders.(2) Dit zijn mensen die niet uit de armoede raken, ook al hebben ze betaald werk. Om deze groepen beter te ondersteunen wordt samenwerking met de landelijke en lokale initiatieven nadrukkelijk benoemd als een speerpunt in de beleidsambities.

Met de groeiende aandacht voor (kinder)armoede zijn in afgelopen jaren talloze initiatieven vanuit burgers ontstaan die op een of andere manier een positieve bijdrage willen leveren aan armoedepreventie. Vanuit de Rijksoverheid zijn in de afgelopen jaren (extra) middelen beschikbaar gesteld om initiatieven te faciliteren. Begin dit jaar nog hebben ruim 100 particuliere en (semi)publieke organisaties met de Alliantie Kinderarmoede de handen ineen geslagen.(3) Er lijkt een grote bereidheid en impuls te zijn om samen en breed de (kinder)armoede structureel aan te pakken. Deze voortvarendheid uit zich ook in het groeiend aantal gemeenten dat een armoedepact wil sluiten met lokale particuliere initiatiefnemers, of dit al heeft gedaan.

Particulier initiatief

De opkomst van diverse initiatieven afgelopen jaren doet bijna vergeten dat particuliere steun niet nieuw is. Het landschap van particulier initiatief is rijk én divers. Met bekende gezichten zoals de voedselbanken waarvan in 2002 de eerste zijn ontstaan en Nederland er inmiddels 169 van telt.(4) Naast deze ‘nieuwkomers’ is er een lange traditie van kerkelijke organisaties die steun verlenen, ook in het hier en nu.(5) Minder bekend is dat er verspreid door het land private fondsen zijn die financiële noodhulp verlenen voor mensen die tussen wal en schip vallen.(6) Op lokaal niveau zijn er talloze voorbeelden van mensen die uiteenlopende initiatieven – groot en klein – ontplooien.

De steun door particulieren aan huishoudens met een laag inkomen en/of schulden lijkt in de afgelopen jaren toe te nemen. Landelijke cijfers laten een toename zien in het aantal aanvragen tot steun en de verstrekking van voedselpakketten en financiële noodhulp.(7) Dit is slechts het halve verhaal. Veel vormen van steun vallen buiten de cijfers of worden niet centraal bijgehouden. Daarbij gaat het om organiseren van laagdrempelige ontmoetingsplaatsen, sociale activiteiten, bewustwordingscampagnes, lichte begeleiding, hulp bij administratie of het bieden van een luisterend oor.

Grijs gebied

Hoe denken particuliere initiatiefnemers zelf over hun rol bij armoedepreventie en –bestrijding? Uit verkennend onderzoek door het Fries Sociaal Planbureau blijkt dat veel particuliere initiatiefnemers de geboden steun als een grijs gebied ervaren.(8) Ze zijn blij iets voor anderen te kunnen betekenen, maar vinden het lastig om zich te verhouden tot gemeentelijke ondersteuning en steun vanuit de andere initiatieven. Soms twijfelen ze ook in hoeverre de geboden steun niet een taak zou moeten zijn voor professionals en gemeenten. Sommigen initiatiefnemers geven aan alleen ter aanvulling op de professionele hulpverlening te opereren. Anderen benoemen expliciet dat zij zich bekommeren over mensen die door regelingen en procedures tussen wal en schip vallen. De verscheidenheid onder particuliere initiatiefnemers is groot. Ze verschillen onderling sterk in historie, motieven, ambities, wie ze steun bieden en op welke manier zij dit doen.

Armoedepact

Verlenen van bijstand mag niet aan liefdadigheid worden overgelaten, dat is bij wet geregeld. Dit neemt niet weg dat particuliere initiatiefnemers wel van aanvullende betekenis mogen zijn naast de inkomensondersteuning vanuit gemeenten.(9) In het licht van de ambitie om de oorzaken van armoede structureel aan te pakken rijst wel de vraag wat aanvullend betekent. Met de groei aan particuliere steun bestaat het risico dat bepaalde vormen van hulp en steun buiten het gezichtsveld van gemeenten raken. Dat terwijl deze particuliere steun wel eens de sleutel kan zijn om tot een structurele aanpak te komen.

Het armoedepact biedt een handelingsperspectief om de steun vanuit particulieren een structurele plek te geven binnen een bredere armoedepreventie. Wat een armoedepact is en onder welke voorwaarden het goed werkt blijft ambigu. Maakt een armoedepact het bijvoorbeeld mogelijk om rekening te houden met de verschillen in motieven, mogelijkheden, historie en ambities tussen particuliere initiatiefnemers onderling?

Inventariserend en vergelijkend onderzoek ontbreekt vooralsnog. Een zoektocht in Google laat een verscheidenheid aan armoedepacten zien. In sommige gemeenten wordt het armoedepact bijvoorbeeld toegespitst op een specifieke doelgroep.(10) Welke ambities worden opgeschreven en met welke woorden en formulering dit gebeurt verschilt ook sterk. Deze ambiguïteit maakt het vergelijken en leren van verschillen lastig. Gevolg is dat de onderliggende argumentatie ongrijpbaar is en lastig valt te waarderen. Daarmee bestaat het risico dat we op een later moment ten onrechte het armoedepact als instrument afschrijven of handhaven. Om recht te doen aan het enthousiasme verdient samenwerking tussen gemeenten en particuliere initiatiefnemers naast lof ook nadere verdieping en onderzoek.

  • Kamerbrief ‘ambities kinderarmoede’, d.d. 1 april 2019

  • Rondetafelgesprek ‘Werkende armen’, vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, d.d. 7 maart 2019

  • Persbericht Alliantie Kinderarmoede, 26 maart 2019. Den Haag.

  • Voedselbanken Nederland (2019). Feiten en cijfers Voedselbanken Nederland.

  • Knooppunt Kerk en Armoede (2016). Armoede in Nederland 2016.

  • Zie bijvoorbeeld Stichting Urgente Noden Nederland

  • Stichting Armoedefonds (2018). Verkennend onderzoek naar trends en ontwikkelingen binnen de lokale armoedebestrijding (2013 – 2018)

  • Anema, K. & Woudstra, Y. (2018). De terugkeer van particuliere hulp bij armoedebestrijding. In: Sociaal bestek, december/januari, p. 8-9.

  • Vonk, G. (2016). Decentralisaties in het sociale domein en grondrechtelijke zorgplichten. In: Tijdschrift voor constitutioneel recht. (3), p. 202-220.

  • Het Zeeuws Pact. Hulp aan kinderen en jongeren in armoede.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.