Gemeente Den Haag heeft vorige week op haar website een lijst gepubliceerd met daarop persoonsgegevens van personen die onterecht zouden zijn ingeschreven op woningen binnen de gemeente. Het gaat onder meer om de volledige namen en geboortedata van ruim driehonderd personen, waaronder minderjarigen.
Wanneer mensen na een verhuizing geen nieuw adres opgeven, blijven ze in de Basisregistratie Personen (BRP) op hun oude adres ingeschreven staan. Dit kan de nieuwe bewoner(s) van een woning grote problemen opleveren. Gemeente Den Haag doet daarom samen met Amsterdam, Rotterdam en Utrecht een proef met het meteen uitschrijven van bewoners op een oud adres. Wanneer een nieuwe bewoner aan de gemeente meldt dat de oude bewoner er niet meer woont, wordt een adresonderzoek gestart en ontvangt de oude bewoner een voornemen waarop moet worden gereageerd. Komt hier binnen een termijn van twee weken geen reactie op, dan wordt de oude bewoner definitief uitgeschreven.
Als tijdens het adresonderzoek geen nieuw adres van de oude bewoner kan worden gevonden, komt hij of zij op de lijst Besluiten tot uitschrijving BRP te staan. De lijst bestaat momenteel uit ruim driehonderd volledige namen en geboortedata van mannen, vrouwen en kinderen. Gemeente Den Haag heeft deze lijst op haar gemeentelijke website beschikbaar gesteld. Personen die zichzelf op de lijst terugvinden, kunnen bezwaar indienen tegen de besloten uitschrijving. Van alle gemeenten die deelnemen aan de proef heeft vooralsnog alleen Den Haag de lijst online gezet.
Gemeente Den Haag heeft de lijst op haar website gepubliceerd, omdat ze geen andere mogelijkheid heeft om met de betreffende personen in contact te komen of ze over de uitschrijving te informeren. In de begeleidende tekst bij de lijst beroept de gemeente zich op artikel 3:41 lid 2 van de Algemene wet bestuursrecht: “Indien de bekendmaking van het besluit niet kan geschieden op de wijze als voorzien in het eerste lid, geschiedt zij op een andere geschikte wijze.” De Autoriteit Persoonsgegevens (AP), de Nederlandse privacywaakhond die de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) handhaaft, laat in een reactie aan Privacy-web.nl echter weten zich af te vragen of de publicatie van de lijst wel een ‘andere geschikte wijze’ is en gaat uitzoeken of hier sprake is van een datalek of legitieme verstrekking van persoonsgegevens.
Rachid Guernaoui, wethouder in Den Haag en verantwoordelijk voor onder meer de gemeentelijke dienstverlening, benadrukt in reactie op vragen van Privacy-web.nl dat de gemeente de publicatie van de lijst aan de AVG heeft getoetst: “Verwerking van persoonsgegevens is alleen mogelijk als er een grondslag aanwezig is. De AVG kent zes grondslagen, waaronder de wettelijke verplichting. Die wettelijke verplichting is dan ook de grondslag van de huidige verwerking. Online publicatie is noodzakelijk om betrokkenen te informeren over hun recht om tegen het besluit bezwaar te maken. Gemeenten moeten wel maatregelen nemen om de risico’s van de online publicatie van persoonsgegevens te verminderen. De persoonsgegevens dienen op een proportionele manier verwerkt te worden (dus niks méér dan wat daadwerkelijk noodzakelijk is om de betrokkenen te informeren). Daarnaast dienen gemeenten strikte bewaartermijnen voor de verwerking te bepalen. Gemeenten mogen de persoonsgegevens niet langer dan noodzakelijk gebruiken. Daarom zijn gemeenten verplicht om de persoonsgegevens na afloop van de bezwaartermijn van 6 weken van de website te verwijderen.”