Onderzoekers van het Centrum voor Digitale Inclusie hebben onderzocht hoe financieel kwetsbare mensen in Nederland meer kunnen deelnemen aan de digitale samenleving. Door middel van een proeftuin onder 100 deelnemers is gekeken naar toegang tot de digitale wereld voor groepen die geen of beperkt internet hebben. Het onderzoeksrapport laat de noodzaak zien van toegang tot het internet en digitale middelen om aangesloten te blijven bij de maatschappij. De resultaten bieden concrete aanbevelingen voor overheden, beleidsmakers en organisaties om toegang tot de digitale wereld in Nederland verder te verbeteren.
‘Het Weeskind’: Samenwerking tussen verschillende stakeholders en gezamenlijk maatschappelijk leiderschap binnen deze stakeholders is cruciaal voor succes.
‘Kafka’: Regels en marktomstandigheden zijn een belangrijk aandachtspunt bij de implementatie van een internetverbinding voor kwetsbare groepen. Zonder duidelijke keuzes en samenwerking blijft een werkbare oplossing uit.
‘Verbinden’: Lokale netwerken moeten beter samenwerken om versnippering te voorkomen.
Ondersteuning bij de keuze van een passend internetabonnement.
Het gemeentelijk beleid zo inrichten dat toegang tot internet, een apparaat en ondersteuning bij vaardigheden niet als luxe wordt gezien, maar als noodzaak.
Samen met bedrijfsleven en overheid werken aan toegang tot een apparaat waarbij herinzet van afgeschreven apparaten een concrete oplossing kan bieden.
Het ministerie van Economische Zaken gaat in gesprek met de telecombedrijven, toezichthouders, gemeenten en maatschappelijke organisaties over het vraagstuk hoe internet betaalbaarder kan worden voor de armste huishoudens. Dit naar aanleiding van de motie ‘Betaalbaar internet voor iedereen’ van Barbara Kathmann (GroenLinks-PvdA) die in de Tweede Kamer op 4 maart is aangenomen.*