In het coalitieakkoord is afgesproken om iedere vier jaar het sociaal minimum te herijken en vast te stellen of dit toereikend is om van te leven en mee te doen in de samenleving. Als eerste stap hier naartoe vragen minister Schouten voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen en minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid advies aan een onafhankelijke commissie.
De commissie, die wordt ingesteld naar aanleiding van een motie van het lid Omtzigt, gaat onderzoeken wat verschillende huishoudtypen nodig hebben om rond te kunnen komen en om mee te kunnen doen aan de maatschappij. Ze gaat ook kijken naar de systematiek van het sociaal minimum. De commissie presenteert binnen een jaar haar eindrapport.
De leden van de commissie sociaal minimum brengen expertise samen vanuit de wetenschap, de praktijk en kennis van de regelingen. Ze zijn onder meer werkzaam bij gemeenten, universiteiten, het Nibud en het SCP of brengen ervaringen mee uit de praktijk. De leden nemen zitting op persoonlijke titel.
De samenstelling is als volgt:
Dhr. prof. dr. Godfried Engbersen (voorzitter)
Mevr. Ester Barendregt MSc
Mevr. Amma Asante MA
Dhr. mr. Soler Berk
Mevr. drs. Alexandra Bartelds
Dhr. prof. dr. Koen Caminada
Mevr. dr. Nadja Jungmann
Dhr. drs. Peter Klaassen
Mevr. drs. Marjolijn Olde Monnikhof
Mevr. prof. mr. dr. Willemijn Roozendaal
Dhr. dr. Arjan Vliegenthart