’Aantal daklozen in Nederland in tien jaar verdubbeld.’ Dat was een van de koppen afgelopen week in de media naar aanleiding van nieuwe cijfers van het CBS over de ontwikkeling van dakloosheid in Nederland. Bijna 40.000 mensen, voor het overgrote deel mannen, waren in 2018 dakloos, tegen 17.800 in 2009. Dat betekent dat in Nederland 2.3 personen per 1.000 inwoners vorig jaar dakloos was.
In de reacties struikelden politici, experts, reaguurders en anderen over elkaar heen. Men was verbaasd, geschrokken (staatssecretaris Blokhuis), geschokt of verontwaardigd (talloze tweets). In sommige reacties werd meteen een relatie gelegd met ‘het neoliberale beleid’ van de afgelopen decennia, met de bezuinigingen op de Wmo en de ggz, het marktdenken in de volkshuisvesting, het tekort aan woningen, de veronderstelde voorrang die statushouders zouden krijgen boven Nederlandse mannen, et cetera. Iedereen leek meteen te weten waar de oorzaak ligt en hoe het verschijnsel van dakloosheid op korte termijn opgelost kan worden. Zijn complexe maatschappelijke vraagstukken echter wel in een handomdraai op te lossen? Is iedere dakloze gebaat bij dezelfde oplossing?De vraag stellen is hem beantwoorden, lijkt mij. Het zoeken naar oplossingen begint met het achterhalen van de diverse oorzaken en het krijgen van inzicht in de differentiatie in ieder maatschappelijk probleem. In dat verband is het wellicht nuttig eens over de grens naar dakloosheid te kijken om te zien wat we daarvan kunnen leren voor de Nederlandse situatie.
Ik breng op dit moment een sabbatical door in Berkeley. Toen ik bovenstaande berichten over dakloosheid in Nederland las, vroeg ik me af hoe ‘erg’ het probleem in de VS eigenlijk is. Wanneer je met het openbaar vervoer door de Bay Area reist, word je weliswaar dagelijks geconfronteerd met dakloosheid in de vorm van tenten(kampen) midden in de stad, maar zichtbaarheid van een probleem zegt niet altijd alles over de omvang. Dus hoeveel daklozen zijn er hier eigenlijk? Het antwoord is onthutsend. Volgens de New York Times waren er in 2017 ruim 28.000 daklozen in de Bay Area, dat daarmee na de stedelijke gebieden van New York City (76.500) en Los Angeles (55.200) het stedelijk gebied met de meeste daklozen was (1).
Per 1.000 inwoners is dat respectievelijk 3.9, 8.9 en 4.2. Aanzienlijk meer dus dan gemiddeld over heel Nederland. De cijfers worden nog veel ernstiger wanneer we ons realiseren dat twee derde van de daklozen in de Bay Area geen beroep deed (of kon doen) op opvang. In andere regio’s in de VS is dat aandeel weliswaar iets lager, maar de meerderheid heeft ook daar geen opvang. De groep is zeer gedifferentieerd naar samenstelling en achtergrond en verandert door de tijd heen. Vormden eind vorige eeuw de Vietnam-veteranen een relatief grote groep, inmiddels is hun plaats deels ingenomen door veteranen uit latere oorlogen (de Golf-oorlog, Irak, Afghanistan). Maar ook heel andere groepen zijn opgekomen, zoals de mensen die in de crisis van 2008-2010 werkloos werden en hun huis verloren, mensen met geestelijke gezondheidsproblematiek en verslaafden. Ook zien we in de statistieken steeds meer eenoudergezinnen (moeders met kinderen) opduiken; veelal wordt hun situatie ook veroorzaakt door geen of onvoldoende inkomen, zelfs wanneer zij wel werken. Huishoudens met een laag of middeninkomen kunnen zich binnen de grootstedelijke gebieden nauwelijks een woning meer veroorloven. Het aantal huisuitzettingen in de VS is sinds de crisis dan ook nauwelijks afgenomen (2). In 2016 werden een kleine 900.000 mensen uit hun huis gezet, tegen bijna een miljoen in 2010.
Wil ik hiermee zeggen dat het in Nederland - in vergelijking met de VS- zo erg nog niet is? Nee, absoluut niet. Ik laat deze cijfers vooral zien als waarschuwing. Een geliberaliseerde woningmarkt met een zeer beperkte huurbescherming, een groot gebrek aan betaalbare woningen, een kleine sociale woningsector, sterk achterblijvende reële lonen voor de ‘onderste’ helft van de beroepsbevolking, institutionele discriminatie van minderheden op de arbeidsmarkt, een zich steeds verder terugtrekkende centrale overheid en een steeds verder beperkt sociaal vangnet zijn slechts enkele verklaringen voor de omvang en aard van de dakloosheid in de VS. Tel daarbij op dat er in de periode van de economische crisis ook in de VS drastisch is bezuinigd op de geestelijke gezondheidszorg en het feit dat met name onder de lage inkomens er sprake is van een forse onderverzekerdheid voor zorgkosten (ook voor geestelijke gezondheidszorg) en er tekent zich een beeld af van een groep die zich – zeker in de grotere steden –steeds moeilijker een dak boven het hoofd kan veroorloven.
Ik schets dit beeld om er lessen uit te trekken voor Nederland. Gaan we de VS achterna? Begin deze eeuw werd dakloosheid met een gemeenschappelijke inspanning van rijks- en lokale overheid en maatschappelijke organisaties in Nederland sterk teruggedrongen. Uit diverse onderzoeken bleek dat het verschijnsel eigenlijk dichtbij een oplossing was (3). In 2019 lijkt het erop dat deze trend in de goede richting meer dan gekeerd is. De verdubbeling zou erop kunnen wijzen dat de oorzaken die achter de enorme groei van dakloosheid in de VS liggen, ook in Nederland relevant zijn. Dat is een verontrustende veronderstelling. Of dat ook daadwerkelijk het geval is, loont de moeite van het onderzoeken. Niets doen is geen optie: het probleem zal zich niet vanzelf oplossen. De markt is daarin niet geïnteresseerd, zo leren de ontwikkelingen in de VS ons in ieder geval wel. Het paradoxale is dat alweer een flink aantal jaar geleden juist vanuit de VS een effectief gebleken oplossing is gekomen, namelijk ‘Housing First’ (4). Deze aanpak is gericht op het stabiel huisvesten van voormalig daklozen. Vanuit de nieuwe, stabiele woonsituatie wordt dan gewerkt aan het oplossen van eventuele andere problemen zoals werkloosheid, verslaving of geestelijke gezondheidsproblematiek. Het bieden van de zekerheid van een dak boven het hoofd en een basaal inkomen (materiële zekerheid), creëert de mogelijkheid om effectief aan die andere problemen te werken. Dit zou dan ook een startpunt kunnen zijn voor het zoeken naar de oplossing van het probleem in al zijn diversiteit in Nederland.
(1) https://www.nytimes.com/2019/04/10/us/bay-area-homeless-population.html
(2) https://evictionlab.org/national-estimates/
(3) Palepu, A., Patterson, M. L., Moniruzzaman, A., Frankish, C. J., & Somers, J. (2013). Housing First Improves Residential Stability in Homeless Adults With Concurrent Substance Dependence and Mental Disorders, 103, 30–36
(4) Tuynman, M., & Planije, M. (2014). “Het kán dus!” Een doorbraak in het Nederlandse dakloosheidsbeleid. Evaluatie Plan van Aanpak maatschappelijke opvang in de vier grote steden, 2006-2014. Utrecht.
Overige literatuur
-Stergiopoulos, V., Gozdzik, A., Misir, V., Skosireva, A., Sarang, A., & Connelly, J. (2016). The effectiveness of a Housing First adaptation for ethnic minority groups : findings of a pragmatic randomized controlled trial. BMC Public Health, 1–11. https://doi.org/10.1186/s12889-016-3768-4.