Het aantal dakloze mensen in Nederland stijgt. Dat signaleren gemeenten en opvangorganisaties, zoals het Leger des Heils. De hoge inflatie en de daarmee hoge voedsel- en energiekosten spelen daarbij een rol. Meer mensen raken in de schulden. CBS schatte de groep in 2020 op 36 duizend dakloze mensen, maar erkent zelf ook dat dit cijfer geen volledig beeld geeft. Zo is in dit cijfer niet de verborgen dakloosheid meegerekend, zoals bij mensen die door verlies van huisvesting tijdelijk bij familie wonen of bijvoorbeeld op campings of vakantieparken verblijven. Met het ‘Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis’ start het Rijk – vanuit de ministeries VWS, BZK en SZW – een nieuw offensief tegen dakloosheid. Waar zet het kabinet vooral op in? En wat zijn de actielijnen met de meeste impact of gevolgen?
Het is de ambitie van het Rijk om dakloosheid in Nederland fors en structureel terug te dringen en zelfs in 2030 te beëindigen. Een ambitie waaraan Nederland zich heeft gecommitteerd door het ondertekenen van de Lissabon Verklaring. Inzet is een paradigmashift van het achteraf oplossen van dakloosheid naar het voorkomen dat mensen dakloos worden.
Wat is de Lissabon Verklaring? Door het ondertekenen van de Lissabon Verklaring heeft Nederland zich gecommitteerd aan de ambitie dakloosheid eind 2030 te beëindigen. De maatregelen in het Nationaal Actieplan Dakloosheid moet bijdragen aan de realisatie van de volgende doelstellingen:
|
‘Preventie’ en ‘Wonen Eerst’ zijn de twee belangrijke pijlers van de uitgewerkte aanpak. Dit is mede tot stand gekomen vanuit het besef dat duurzame huisvesting met begeleiding in het belang is van het individu, het meer kans biedt op het succesvol oplossen van problemen, en bovendien kosten bespaart in opvangplekken, sociale uitkeringen, zorginstanties, politie en justitie. Extra aandacht is er voor het voorkomen van dakloosheid bij een dreigende huisuitzetting en na vertrek uit een verblijfsinstelling, zoals beschermd wonen, een Jeugdzorginstelling en detentie: twee beruchte routes naar dakloosheid. En voor het tegengaan van stigmatiserende beeldvorming bij dakloosheid. Het Nationaal Actieplan Dakloosheid (hierna Actieplan) heeft maar liefst zes actielijnen uitgewerkt, met elk concrete acties en maatregelen en beoogde resultaten. Waar zet het Actieplan vooral op in? En wat zijn de actielijnen met de meeste impact of gevolgen?
Dat begint met het versterken van de financiële bestaanszekerheid van mensen, vooral door voldoende inkomsten. Het gaat hier om een samenhangende aanpak van allerlei concrete acties om geldzorgen, armoede en schulden tegen te gaan. Beoogd resultaat is een halvering van het aantal mensen in armoede in 2030 (ten opzichte van 2015), een halvering van het aantal kinderen dat in armoede opgroeit in 2025 (ten opzichte van 2015), en een halvering van het aantal huishoudens met problematische schulden in 2030.
Het kabinet wil werken aan preventie van dakloosheid. Dit doet zij door in te zetten op sociale inclusie en het versterken van bestaanscondities, zoals wonen, inkomen, gezondheid, activiteiten, sociale relaties en toegang tot zorg. Door onder meer vroegsignalering, een outreachende aanpak, goede ambulante begeleiding, onafhankelijke cliëntondersteuning en sociaaljuridisch advies poogt de regering dit te realiseren. Inzet is vooral de beweging ‘naar voren’ te maken, naar ondersteuning van mensen op alle leefgebieden, door het voorliggend veld. Een actielijn die hiermee samenhangt is de versterking van de uitvoeringspraktijk. Inzet daarvan is maatwerk, snelheid van hulp en integrale ondersteuning, op menselijke maat, op alle niveaus: landelijk, regionaal en lokaal.
Het uitgangspunt van ‘Wonen Eerst’ is dat herstel, terugvalpreventie én het voorkomen van dakloosheid begint met stabiele huisvesting. Concreet betekent dit dat wanneer mensen onverhoopt dakloos worden, zij zo snel mogelijk en in zo weinig mogelijk stappen worden voorzien van een stabiele woonplek met de ondersteuning die daarbij nodig is. Om mensen daarmee zo snel mogelijk weer deel te laten nemen aan het maatschappelijk leven, naar eigen wensen en vermogen. Zonder eerst meer beschikbare en betaalbare woningen te realiseren, kan er niet aan ‘Wonen Eerst’ gewerkt worden. Daarom legt het Actieplan een verbinding met de Nationale Woon- en Bouwagenda, die als prioriteit heeft te zorgen voor een woning voor iedereen. (1) Het doel is het bevorderen van de beschikbaarheid, betaalbaarheid en kwaliteit van het woningaanbod in Nederland.
Door meer aan preventie, een stabiel thuis en snelle herhuisvesting bij dakloosheid te werken moet worden voorkomen dat mensen in de opvang terechtkomen. Ingrijpend is de voorgestelde actie om de komende jaren de maatschappelijke opvang af te bouwen. De lat ligt hoog: in 2023 moet iedere centrumgemeente een regionaal langetermijnplan hebben waarin opgenomen is hoe de opvang stapsgewijs wordt omgebouwd naar zelfstandige woonplekken met passende ondersteuning. Met als inzet dat in 2025 de helft van de regio’s geen langdurige opvang meer heeft en in 2030 geen enkele.
Bijzonder aan dit Actieplan is dat het gedurende enkele maanden in co-creatie met honderden mensen tot stand is gekomen. Vele partijen werkten mee, waaronder de VNG, gemeenten, ervaringsdeskundigen, de koepelorganisatie Valente, opvangorganisaties en woningcorporaties. Het kan, kortom, op een breed draagvlak rekenen. Het Actieplan, dat op 5 december 2022 door de verschillende betrokken ministeries wordt gepresenteerd, heeft een looptijd van 2023 tot 2030. Er is 65 miljoen euro gereserveerd om de uitwerking bij gemeenten financieel te ondersteunen. Aan ambitie geen gebrek. Hoe de plannen zullen uitpakken, zal de komende jaren duidelijk worden.