In 2024 had Nederland een gemiddelde score van 78,8 op het gebied van gendergelijkheid. Daarmee stond ons land op de derde plek in de Europese Unie (EU), na Zweden en Denemarken. Het Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE) baseert deze Gender Equality Index op zes verschillende domeinen. Op ieder van deze domeinen scoort Nederland hoger dan het EU-gemiddelde. Dat blijkt uit de nieuwste Gender Equality Index van het EIGE, mede gebaseerd op cijfers van het CBS.
Het EIGE verzamelt sinds 2013 cijfers van de 27 EU-lidstaten om de landen daarmee een score tussen de 1 en 100 te geven op het gebied van gendergelijkheid, de Gender Equality Index. Daarbij staat een score van 1 voor volledige ongelijkheid tussen vrouwen en mannen en 100 voor volledige gelijkheid. In het onderzoek van 2024 kreeg Nederland een gemiddelde score van 78,8. Dat is ruim boven het EU-gemiddelde van 71,0. Roemenië was het land met het laagste indexgetal (57,5).
Het EIGE stelt de uiteindelijke score voor de Gender Equality Index samen op basis van scores op zes domeinen: gezondheid, geld, werk, macht, kennis en tijd. Op alle zes domeinen lag de Nederlandse score in 2024 hoger dan het gemiddelde van de Europese Unie. De hoogste score was 93,4 voor het domein gezondheid, terwijl het EU-gemiddelde voor dit domein 88,6 was. Het domein gezondheid bestaat uit scores voor bijvoorbeeld de ervaren gezondheid en levensverwachting.
Van de zes domeinen had Nederland de laagste score voor kennis (70,3), maar dit ligt alsnog boven de waarde van 64,2 als gemiddelde voor de EU. Binnen dit domein wordt onder meer gekeken naar het aandeel vrouwen en mannen met een hbo- of wo-opleiding en naar het aandeel dat gedurende het leven scholing en cursussen volgt. Op die beide deelindicatoren deed Nederland het bovengemiddeld goed en stond in 2024 op de tweede plaats binnen de Europese Unie.
Binnen het domein kennis wordt ook gekeken naar segregatie binnen het onderwijs. Daarvan is sprake als vrouwen en mannen ongelijk zijn verdeeld over de verschillende onderwijsrichtingen. Doordat in Nederland veel meer vrouwen dan mannen opleidingen volgen in bijvoorbeeld de richtingen onderwijs en gezondheid en zorg, was de Nederlandse score voor deze deelindicator 53,3. Dat is iets lager dan het EU-gemiddelde van 54,5.
Lees hier het nieuwsbericht van het CBS inclusief grafieken.
