De bijna 2,5 miljoen ouderen in Nederland vormen een heel diverse groep, van vitaal en zelfredzaam tot kwetsbaar en op zorg aangewezen. Toch is deze groep in de afgelopen drie maanden vrijwel zonder nuance als risicogroep neergezet en nauwelijks in beleid betrokken. Daarmee is de beeldvorming van ouderen razendsnel veranderd en is er een paradox van zorg en welzijn ontstaan: juist de groep die we proberen te beschermen ervaart ernstige nadelen van ons beleid. Laten we deze eenzijdige en negatieve beeldvorming zo snel mogelijk terugdraaien, ouderen een stem geven en voorkomen dat hun kenschets als risicogroep ‘het nieuwe normaal’ wordt.
Julia van Weert, Nathalie van der Velde en Cees Hertogh
Namens de programmaraad Aging & Later Life, APH.*
Het ontstane stereotype oud = risicogroep doet geen recht aan de diversiteit onder ouderen en tast ouderen in hun waarde aan. Ouderen, vitaal of kwetsbaar, dragen in belangrijke mate bij aan ons culturele, sociale en economische kapitaal als mantelzorgers, arbeidskrachten, vrijwilligers, grootouders en consumenten. Hoe kunnen we ouderen weer betrekken in beleid dat hen aangaat? Hoe kunnen we recht doen aan de diversiteit binnen deze groep?
Ten eerste, bespreek met ouderen hoe besmetting kan worden voorkomen. De richtlijnen voor ouderen waren tot nu toe uniform en strak: blijf thuis, ontvang geen bezoek. Maar ouderen hebben behoefte aan maatwerk, praktisch advies en ruimte voor eigen keuzes. Werk daarom samen met ouderen(bonden) en patiëntenverenigingen uit hoe aan de sociale en praktische behoeften van ouderen en hun naasten tegemoet kan worden gekomen. Bespreek dilemma’s als: Hoe organiseer ik bezoek? Wat zijn tips om met kleinkinderen om te gaan?
Ten tweede, de al veelbesproken omgang met de meest kwetsbare ouderen, de verpleeghuisbewoners. Wij roepen zorgorganisaties op om durf en zelfvertrouwen te tonen: maak beleid op maat in samenspraak met bewoners, hun naasten en professionals. Om besmettingen te voorkomen werden verpleeghuisbewoners radicaal van hun intieme banden afgesneden. Tegelijkertijd stonden de verpleeghuizen achteraan in de rij bij de verdeling van persoonlijke beschermingsmiddelen en testcapaciteit, een situatie die zich nooit meer mag herhalen. Inmiddels worden verpleeghuizen geleidelijk weer opengesteld voor bezoek. Dit leidt tot opluchting en zorg. Opluchting bij de critici voor wie versoepeling niet snel genoeg kan gaan, onderzoeken laten immers ingrijpende negatieve effecten zien van sociale isolatie op de psychische en lichamelijke gezondheid. Zorg bij anderen die voorzichtig willen blijven vanwege de hogere risico’s op een ernstig beloop van de ziekte, waardoor richtlijnen strenger worden gehanteerd dan nodig is, in de media verschijnen hiervan schrijnende voorbeelden. Zo blijft het zoeken naar een goede balans tussen veiligheid en vrijheid en tussen zorg en welzijn. Maak als zorgorganisaties, in het zoeken naar die balans, beleid op maat in samenspraak met bewoners, hun naasten en professionals.
En dan is er het moeilijke onderwerp van IC-opnames en hoe ouderen hierin worden benaderd.
Beslissen we óver ouderen, of mét hen? Mag leeftijd als criterium worden gebruikt voor opname, vooral als bedden schaars zijn? Het is vooral de biologische leeftijd, ofwel de sterkte of zwakte van iemands gezondheid, die bepaalt hoe kwetsbaar mensen zijn en hoe hoog het risico op een ernstiger beloop van corona is. Wij vinden dat kalenderleeftijd geen criterium mag zijn om opgenomen te worden op de IC. Een vitale 60-plusser moet dezelfde kansen krijgen als een jongere generatie. Voor ouderen met een zwakkere gezondheid ligt het genuanceerder. Ons advies: benut deze periode van relatieve rust tegelijkertijd om ouderen goede voorlichting te geven over de consequenties van een IC-opname. Communiceer mét ouderen, zodat zij zelf mee kunnen beslissen hoe om te gaan met risico’s. Uit eerder onderzoek weten we dat een groep ouderen, samen met hun arts en naasten, zelf tot de conclusie zal komen dat voor hen de voordelen van intensieve behandeling (in dit geval een IC-opname) niet opwegen tegen de nadelen. Veel artsen zijn dit gesprek met hun kwetsbare patiënten al aangegaan, maar ook andere ouderen hebben nu de tijd om hier over na te denken en te praten. Hiervoor zijn ondersteunende COVID-19 keuzehulpen ontwikkeld(1).
Is de paradox van zorg en welzijn dan opgelost? Dat zou te optimistisch zijn. Maar als ouderen zèlf én hun zorgverleners actief betrokken worden bij het ontwikkelen van beleid en hulpmiddelen, dan wordt er vanzelf meer rekening gehouden met de diversiteit onder ouderen én in de ouderenzorg, en dat is belangrijke winst.
Julia van Weert is hoogleraar gezondheidscommunicatie aan de UvA.
Nathalie van der Velde is internist-geriater en hoogleraar aan de UvA.
Cees Hertogh is hoogleraar Ouderengeneeskunde in het VUmc.
1) Zie bijvoorbeeld https://www.thuisarts.nl/keuzehulp/verken-uw-wensen-voor-zorg-en-behandeling en https://www.zorgvoorbeter.nl/nieuws/gespreksmodel-samen-beslissen-corona
*https://www.amsterdamresearch.org/web/public-health/research-1/aging-later-life.htm