Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Van klimaatverandering tot overgewicht: ‘De voedseltransitie is een oplossing voor veel problemen’

Ons voedselsysteem heeft een grote impact op zowel onze gezondheid als de planeet en is op lange termijn niet houdbaar. Gelukkig worden in Nederland al stappen gezet richting een duurzaam en gezond voedselsysteem, waarbij gemeenten een sleutelrol vervullen als schakel tussen beleid en lokale behoeften. PONT | Klimaat interviewde Tessel Kans, strategisch adviseur bij adviesbureau Schuttelaar & Partners. De voedseltransitie is urgenter dan ooit. Hoe kunnen gemeenten bijdragen aan verandering?

27 May 2025

el Kans, strategisch adviseur bij adviesbureau Schuttelaar & Partners
“Zoals we nu verbouwen, produceren en consumeren houden we het niet vol”, stelt Tessel Kans. “We hebben nu al te maken met de gevolgen van klimaatverandering. Daarnaast leven Nederlanders steeds ongezonder met alsmaar dikker worden tot gevolg. Hierdoor zal er nu en in de toekomst meer en duurdere gezondheidszorg nodig zijn.”



‘Zoals we nu verbouwen, produceren en consumeren houden we het niet vol’



Klimaatverandering en gezondheid zijn de belangrijkste redenen waarom voedsel duurzaam en gezond moet worden geproduceerd en geconsumeerd. De voedseltransitie kan een oplossing bieden voor deze hardnekkige problemen. De voedseltransitie omvat namelijk alle veranderingen die nodig zijn om tot een gezond en duurzaam voedselsysteem te komen.

Hiervoor hanteert Kans een tiental transitiepaden die Nederland moet bewandelen om daadwerkelijk tot een duurzaam voedselsysteem te komen, zoals het reduceren van CO2-uitstoot door de gehele voedselketen en het produceren en consumeren van meer biologisch voedsel. Volgens Kans moeten deze transitiepaden tegelijkertijd worden bewandeld om zo snel mogelijk tot een duurzaam, gezond en houdbaar voedselsysteem te komen.

10 paden zijn veel paden die we tegelijkertijd moeten bewandelen?

“Dat zijn er inderdaad een heleboel.”

Bij wie ligt de verantwoordelijkheid voor het bewandelen van deze transitiepaden?

“Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van bedrijven, consumenten en verschillende overheidsinstanties. De Rijksoverheid heeft nationale ambities geformuleerd voor diverse transitiepaden, zoals een duurzame en gezonde leefomgeving (het Klimaatakkoord), het verbeteren van de volksgezondheid (Nationaal Preventieakkoord) en de ambitie om naar 15 procent biologische landbouw te gaan in 2030 met het Actieplan Biologisch.”

Welke rol is er voor provincies en gemeenten weggelegd in de voedseltransitie?

“De provincies hebben een belangrijke rol in het verbinden van belangrijke stakeholders en kunnen regionale initiatieven ondersteunen of op gang brengen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het vertalen van de nationale doelstellingen naar maatwerkoplossingen die aansluiten bij de unieke behoeften en uitdagingen van hun eigen omgeving”, legt Kans uit. “Gemeenten kennen hun inwoners en ondernemers goed en kunnen de voedseltransitie beter verankeren in lokale kwesties.”

Kans benadrukt dat het een verschil maakt of een gemeente deel uitmaakt van de vier grootste gemeenten (G4) of bestaat uit meerdere dorpskernen. “Wij hebben zowel stedelijke als landelijke gemeenten begeleid bij het ontwikkelen van een voedselvisie, waarbij uiteenlopende thema’s spelen – van intensieve landbouw tot overgewicht.”

Hoe kunnen gemeenten concreet bijdragen aan de voedseltransitie binnen hun eigen gemeenschap?

“Allereerst kunnen gemeenten een voorbeeldrol innemen, zoals bijvoorbeeld in de eiwittransitie. Geef in je eigen kantine en aanbestedingen het goede voorbeeld door bijvoorbeeld meer plantaardig en meer biologisch voedsel aan te bieden. Gemeenten kunnen daarnaast voorlichting gaan geven en onderwijs aanbieden over de voedseltransitie, voedselverspilling en gezond en duurzaam consumeren. Ook kunnen ze ondernemers die deze thema’s op de agenda hebben staan stimuleren en ondersteunen.”



‘Geef in je eigen kantine het goede voorbeeld door meer plantaardig en biologisch voedsel aan te bieden.’



Verschillende gemeenten hebben een pioniersrol vervuld in de voedseltransitie. Welke gemeenten waren dat? Wat is hun ervaring tot nu toe?

“De gemeente Ede was in 2015  de eerste gemeente met een voedselvisie. Wij hebben zelf de gemeenten Den Haag en Ede ondersteund. Wat wij merkten is dat er al veel bottom-up initiatieven door buurtbewoners worden genomen. Als gemeenten die initiatieven op een goede manier samenbrengen en richting geven, dan is dat een krachtig fundament van de voedseltransitie. Het is heel mooi om te zien dat er al ontzettend veel gebeurt op veel plaatsen.”

“Daarnaast sluiten veel gemeenten zich momenteel aan bij de City Deal ‘Gezonde en duurzame voedselomgeving’.” Dit samenwerkingsverband tussen gemeenten, provincies, de Rijksoverheid en maatschappelijke en private partijen werkt aan innovatieve oplossingen voor een gezond en duurzaam voedselsysteem. “Het zou mooi zijn als de City Deal de komende periode verankerd gaat worden in het beleid van meerdere gemeenten om de voedseltransitie voort te zetten en de geleerde lessen met elkaar te blijven delen.”

Toch is de voedseltransitie best lastig om in sommige politiek-bestuurlijke omgevingen op de agenda te krijgen?

“Ja”, erkent Kans. “Maar er zijn altijd aanknopingspunten. Voedsel is een oplossing voor heel veel maatschappelijke opgaven. In meerdere portefeuilles en beleidsdossiers zijn er aanknopingspunten te vinden waar je voedsel in kan verankeren. Het hangt af van de politieke kleur van je gemeente af hoe je dat kan vormgeven, en welke accenten er worden gelegd.”

Samen met PONT organiseer je de cursus ‘Voedseltransitie: kansen voor gemeenten’. Hierin geef je gemeenten de benodigde kennis en tools om de voedseltransitie te dragen. Waarom is deze cursus nu van belang?

“Een voedselbeleid is voor veel gemeenten een nieuw onderwerp en een heleboel gemeenten moeten er zelfs nog aan beginnen. Tegelijkertijd biedt de voedseltransitie kansen om verschillende beleidsterreinen aan te pakken. In plaats van een extra beleidsprobleem boven op de volle gemeentelijke agenda te gooien, biedt voedselbeleid juist een oplossing voor diverse vraagstukken waar gemeenten mee worstelen.”

“Voedsel is bijvoorbeeld een manier om mensen met elkaar in contact te laten komen. Als mensen samen koken en eten, zorgt dit voor minder eenzaamheid. Bovendien is (samen) koken vaak gezonder.” Ter illustratie benoemt Kans een mooi voorbeeld uit haar eigen stad: “In sommige versteende, Rotterdamse straten hebben bewoners de tegels eruit gewipt en vervangen door planten en stekjes met groenten, fruit en kruiden. De planten zorgen voor verkoeling in de straat en het voedsel wordt onderhouden door de buurtbewoners zelf. Kinderen leren hoe hun eten eruit ziet en wordt gekweekt. Zo komen de vraagstukken van een gezonde en robuuste leefomgeving samen met sociale kwesties als saamhorigheid. Deze illustratie leert hoe goed nadenken over voedsel kan helpen om verschillende problemen integraal op te lossen.”



‘Bewoners hebben de tegels eruit gewipt en vervangen door planten en stekjes’



De overheid speelt dus een cruciale rol in het sturen van de voedseltransitie, maar de consument heeft ook een belangrijke verantwoordelijkheid. Het doel van bijvoorbeeld de eiwittransitie is om de consument minder dierlijke en meer plantaardige producten te laten eten, wat vraagt om een gedragsverandering. Is daar voldoende draagkracht voor?

“Het is nogal makkelijk om alle verantwoordelijkheid bij de consument te leggen, daar ben ik erg huiverig voor. Mensen worden dagelijks blootgesteld aan zo veel voedseldilemma’s, waardoor het bijna onmogelijk is om bewuste keuzes te maken.”

“Hier komt de voedselomgeving om de hoek kijken, waar overheden en bedrijven een grotere rol moeten spelen dan tot nu toe het geval is.” De voedselomgeving omvat alle factoren die bepalen wat wij eten, waaronder prijs, promotie en sociale normen. De consument wordt onder andere blootgesteld aan deze factoren in supermarkten en restaurants en op straat.

Kans stelt dan ook dat supermarkten en detailhandels een cruciale rol kunnen spelen. “Supermarkten kunnen consumenten actief ondersteunen om gezondere en duurzamere keuzes te maken en hier wordt ook al erg hard aan gewerkt. Zo verkopen supermarkten steeds vaker producten met een topkeurmerk waardoor consumenten weten dat ze een verantwoord product kopen. Sommige supermarkten hebben als doel om meer plantaardige producten te verkopen en introduceren hybride producten waarin plantaardige en dierlijke ingrediënten worden gemengd.”

En welke verantwoordelijkheid is er voor de consument weggelegd?

“De consument kan zelf gaan koken, het liefst met verse seizoensproducten. Die zijn vaak goedkoper dan producten die uit verre en exotische oorden worden geïmporteerd. Dat is goed voor je portemonnee en verkleint de ecologische voetafdruk. Daarnaast kan de consument af en toe vlees bij de maaltijd vervangen.”

“Ook kunnen consumenten bewust hun boodschappen doen door alleen te kopen wat ze nodig hebben. Dit is essentieel om verspilling tegen te gaan. In veel plaatsen zijn winkels vrijwel alle dagen open. De ruime openingstijden zijn een zegen omdat je altijd boodschappen kan doen, maar ook een vloek omdat je gemakkelijker impulsaankopen doet.”

Wat zou je gemeenten willen meegeven?

“In de cursus ‘Voedseltransitie: kansen voor gemeenten’ willen wij gemeenten niet alleen inhoudelijk meer vertellen over de voedseltransitie, maar ze ook tools geven om bottom-up initiatieven – er gebeurt al meer in je stad dan je denkt – samen te brengen tot een integrale voedselvisie. Als gemeente kun je namelijk meer impact maken in de voedseltransitie als je het op een integrale manier aanpakt.”

Kans vervolgt: “De voedseltransitie kan namelijk alleen slagen met een gezamenlijke inspanning van belanghebbenden binnen de gemeente, zoals bedrijven en inwoners. Mensen moeten weten dat de voedseltransitie speelt en zin krijgen om eraan bij te dragen. Het werkt het beste als gemeenten hun voedselstrategie aan laten sluiten op lokale behoeften en lokale gemeenschappen actief betrekken. Een top-down aanpak gaat niet werken: gedragsverandering speelt een belangrijke rol en daar is intrinsieke motivatie voor nodig.”

“Maar het moet nu echt snel. De impact van klimaatverandering en overgewicht is nu al duidelijk zichtbaar. We moeten nu meters maken.”

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.