Het wetsvoorstel dat gemeenten verbiedt statushouders met voorrang huisvesting aan te bieden, zorgt dat de doorstroming van deze groep uit de azc’s compleet gaat vastlopen. Volgens de VNG is de wet voor gemeenten onuitvoerbaar en worden de gevolgen afgeschoven op de samenleving.
Het wetsvoorstel verbiedt het belangrijkste instrument om statushouders te huisvesten. Statushouders moeten zelf huisvesting kunnen vinden, maar het kabinet maakt nergens helder waarop zij de aanname baseert dat dit realistisch is. We verwachten dat de uitstroom van statushouders uit azc’s nog problematischer wordt dan nu al het geval is. Als grote aantallen statushouders langdurig in de opvang blijven, gaat dat gepaard met hoge kosten – middelen die veel beter geïnvesteerd kunnen worden in het (duurzaam) uitbreiden van de woningvoorraad.
De gemeenten verwachten dat:
statushouders in ondermaatse huisvesting, in de maatschappelijke opvang belanden of in het ergste geval dakloos worden.
daarnaast zullen veel statushouders alsnog proberen aanspraak te maken op andere urgentieregelingen, zoals economische of maatschappelijke binding. Deze extra (kansarme) urgentieverzoeken en bezwaar- en beroepsprocedures veroorzaken meer administratieve drukte bij gemeenten
ook moet er meer toezicht en handhaving komen (bijvoorbeeld om de uitwassen van woningdelen tegen te gaan) en woonbegeleiding.
Met deze maatregel is er geen grip meer op de toestroom van statushouders naar gemeenten. Het kan leiden tot een onverwacht hoog aantal inburgeraars (waarvoor onvoldoende trajecten zijn ingekocht), of tot een overschot aan ingekochte inburgeringstrajecten waarvoor geen financiering volgt. Hierdoor wordt het voeren van regie op de inburgering door gemeenten onuitvoerbaar. Aan de andere kant belemmert een langdurig verblijf in een azc of in onzekere woonsituatie de kansen voor participatie en integratie.
Het achterliggende doel van het kabinet is de gemiddelde wachttijd voor een huurwoning voor mensen zonder urgentieverklaring te verkorten. Gemeenten verwachten dat deze maatregel nauwelijks effect gaat hebben, omdat er nog steeds een aanzienlijke groep overblijft die wel urgentie krijgt.
De VNG vindt het teleurstellend dat, ondanks eerder geuite zorgen over dit wetsvoorstel en de intentie van dit kabinet om medeoverheden beter te betrekken, gemeenten niet meegenomen zijn bij de totstandkoming van deze wetswijziging. De kortdurende internetconsultatie staat niet in verhouding tot de verwachte consequenties. Daarnaast is dit voorstel een forse ingreep in de gemeentelijke beleidsvrijheid.