De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) stelt 6 aanbieders van JeugdzorgPlus onder verscherpt toezicht. Daarnaast moeten nog 3 aanbieders van JeugdzorgPlus verbeteringen doorvoeren. De IGJ toetste op vier normen: het ontbreken van een afzonderlijke veilige ruimte, het insluiten van jongeren in hun slaapkamer, vrijheidsbeperkende maatregelen in de huisregels, en een te omvangrijke groepsgrootte. Verder stelt de inspectie dat ’tekortkomingen niet langer mogen voortduren, wat de oorzaak ook is’. Jeugdzorg Nederland is kritisch op de bevindingen van de inspectie. Bestuurslid Mirjam van den Nieuwenhuijzen: “De inspectie benoemt een paar herkenbare aandachtspunten. Tegelijkertijd zijn we als sector bezig met een transformatie. Dat betekent dat we met elkaar op zoek zijn naar wat de best passende zorg is voor deze jongeren.”
De JeugdzorgPlus is bezig met een transformatie. Het streven is 0 gesloten plaatsingen in 2030. Het aantal plaatsingen is afgenomen van 1706 in 2019 naar 891 in 2023. Ook worden de jongeren die in de JeugdzorgPlus terecht komen vaker opgevangen in kleinschalige voorzieningen en krijgen de locaties een opener karakter. De kleine groep jongeren die nu nog in JeugdzorgPlus verblijft, hebben vaak unieke en complexe problematiek. Dat vraagt om maatwerk en levert dilemma’s op. Waarbij passende zorg en naleving van de wet met elkaar op gespannen voet kunnen komen te staan.
De sector stelde in oktober 2022 veldnormen op om vrijheidsbeperkende maatregelen terug te dringen. Bijvoorbeeld door het weghalen van hekken en het sluiten van extra beveiligde kamers. “We verleggen de focus naar het bieden van relationele veiligheid en professionele nabijheid.” aldus van den Nieuwenhuijzen.
“We zijn als JeugdzorgPlus-aanbieders nog niet waar we willen zijn. Veranderen kost tijd. We willen zo snel mogelijk voldoen aan de afspraken die we als sector in 2022 in onze veldnormen hebben gemaakt.” stelt van den Nieuwenhuijzen. ” In dat kader heeft de IGJ een aantal terechte punten maar zijn er ook een aantal punten die de transformatie in de weg staan.”
“We hebben met elkaar een duidelijke richting afgesproken, maar we weten nu nog niet exact wat de beste manier is om deze jongeren te helpen. We hebben ruimte nodig om hier als lerend netwerk verder in te ontwikkelen” aldus van den Nieuwenhuijzen. “Daarnaast volgen sommige verbeteringen in de uitvoering een ander tempo dan de hiervoor noodzakelijke aanpassingen in wet-en regelgeving.”
En juist daar wringt de schoen. Volgens Jeugdzorg Nederland zit wet-en regelgeving de transformatie op een aantal punten in de weg. “Het helpt niet wanneer de inspectie strikt toetst op de letter van de wet en stelt dat ’tekortkomingen niet langer mogen voortduren, wat de oorzaak ook is’. Bijvoorbeeld wanneer het gaat om de aanwezigheid van een ‘afzonderlijke veilige ruimte’. We zijn als sector juist aan het uitvinden hoe we aan deze jongeren zorg kunnen verlenen met zo min mogelijk vrijheidsbeperkende maatregelen.” zegt van den Nieuwenhuijzen. “Dat de inspectie nu verscherpt toezicht instelt is moeilijk uit te leggen.”
De inspectie wijst in haar bevindingen ook naar de verantwoordelijkheid voor het Rijk en gemeenten. Jeugdzorg Nederland beaamt deze conclusie. “Onze medewerkers, de jongeren en hun ouders, werken elke dag keihard om vooruit te komen. Laten wij dat voorbeeld volgen want we moeten het echt samen doen. Juist in een transformatie als deze is het belangrijk dat de sector, de IGJ, VNG en het ministerie van VWS ieder vanuit hun eigen rol verbeteringen aanjagen en mogelijk maken” aldus van den Nieuwenhuijzen. “Daarin is het natuurlijk de taak van de inspectie om te toetsen op wettelijke kaders. We verwachten dat de IGJ een constructieve rol speelt in de verbetering van de zorg voor jongeren in de JeugdzorgPlus.”