Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

JGZ Fryslân start met GG-aanpak

Bij de aanpak van overgewicht in een Friese gemeente, besloot de jeugdgezondheidszorg (JGZ) het over een andere boeg te gooien: vraag aan jeugdigen en ouders wat zij belangrijk vinden in hun leven en ga niet uit van wat je als professional signaleert. In de aanpak van het overgewicht lag de focus dan ook niet op het gewicht, maar op de kwaliteit van leven die jeugdigen en ouders ervaren en wat zij daarin belangrijk vinden. En dat bleek heel erg goed te werken.

Nederlands Centrum Jeudgezondheid 19 December 2019

GG staat voor gezondheid en gedrag. In tegenstelling tot wat vaak nog gebruikelijk is, staat niet het voorkomen van ziekte en zorg (ZZ) centraal, maar het promoten van gezondheid en gedrag (GG) door je klant de regie te geven en zo te activeren. In de GG-aanpak wordt gebruik gemaakt van een gespreksmodel waarin de jeugdigen en ouders de eerste twee fasen van het gesprek in regie zijn. De JGZ-professional stelt zich daarin luisterend, volgend en vervolgens coachend op. In de laatste fase van het contact is er ruimte voor zorg-activiteiten, denk aan de JGZ-screeningen, vaccinaties, testjes en dergelijke. En mocht het gebeuren dat daar geen tijd meer voor is, dan wordt voor deze vaste activiteiten een extra afspraak gemaakt.

Ylse van Wieren is jeugdverpleegkundige en projectleider Proeftuin ketenaanpak overgewicht. Zij vertelt over de GG-aanpak die in haar team is toegepast. NCJ-adviseur Paula Zwijgers spreekt Ylse om wat meer te weten te komen over de ervaringen in Friesland.

Overgewicht en de GG-aanpak? Vertel!

Ylse moet lachen. Een gesprek starten met een open ‘Vertel!’ zou de start van een GG-gesprek kunnen zijn. En dan vertelt ze. In het Landelijk model ketenaanpak overgewicht wordt gesteld dat het bij overgewicht niet alleen over gewicht gaat. Het is belangrijker om het kind en zijn context te betrekken, ongeacht welk doel je nastreeft. De belangen van het kind en zijn context staan centraal. Wat willen zij? En hoe kunnen we hen activeren?

Ylse had al eerder iets gehoord over de GG-aanpak en heeft contact opgenomen met Bettery, die organisaties en professionals begeleidt bij het verleggen van de focus van Ziekte en Zorg (ZZ) naar Gezondheid en Gedrag (GG). Een team van zeven medewerkers heeft zich door Bettery laten scholen in deze aanpak. En de zeven medewerkers waren zo enthousiast, dat ook de andere teamleden zich wilden bekwamen in deze aanpak. Ook zij zijn nu gestart met een leergang GG.

Kun je je deze aanpak in één scholing meester maken?

Ylse geeft aan dat de scholing een goed startpunt is. De oefeningen in de scholing laten je de betekenis van de GG-aanpak ervaren. Daardoor pas je het makkelijker toe. Ook is het belangrijk dat het hele team achter de werkwijze staat.

Maar zoals dat voor veel training geldt, moet je je kennis en vaardigheden wel onderhouden, anders beklijft het niet en val je terug in oude patronen. Intervisie blijkt heel goed te werken – niet één keer, maar periodiek. Soms lopen collega’s met elkaar mee om van elkaar te leren. En er wordt veel gepraat en uitgewisseld over ieders ervaringen. Tenslotte worden met ingang van 2020 terugkom-momenten georganiseerd. Het is belangrijk om dat niet op zijn beloop te laten, maar daar echt afspraken over te maken. Dit moet wel gefaciliteerd worden door de organisatie. Ylse heeft dan ook goed geïnvesteerd in het betrekken van het management en met succes.

Wat vinden de ouders van deze aanpak?

Ylse stelt voorop dat er geen onderzoek onder ouders is gedaan. Wel merkt zij, evenals haar collega’s in het team, dat zij het gezin nu echt centraal stelt in het contact. Het gezin krijgt alle ruimte om hun verhaal te vertellen en het plaatje compleet te maken. Ouders voelen daardoor dat je echt interesse in ze hebt en staan veel meer open voor ondersteuning en zijn bereid te kijken naar waar zij zelf invloed hebben. Ook komen ouders nu actiever en met meer vragen naar de JGZ. Ylse noemt als voorbeeld dat ze nu vaker door ouders of jeugdigen wordt gebeld. De regie ligt meer bij het gezin.

Noem nog eens een voorbeeld?

In een gezin kocht oma veel snoep voor haar kleindochter. De moeder vond dat lastig, maar deze oma wilde haar kleindochter graag verwennen. De kleindochter bedacht toen dat ze heel graag wilde trampolinespringen. De kleindochter heeft toen aan oma gevraagd of zij met haar naar een trampolinepark wilde gaan en dat misschien wel wilde betalen? Dat is gebeurd, tot grote tevredenheid van iedereen. Er heeft een verandering plaatsgevonden door een andere houding van de JGZ-professional en een ander gesprek. Een dergelijk advies kun je als professional vaak niet zelf bedenken; dat moet echt uit het gezin komen.

En de professionals, wat vinden zij?

De professionals ervaren de aanpak als bevrijdend. Zij vinden dat ze zo beter aansluiten bij het gezin en vinden het fijn dat ze niet worden afgerekend op verplichte lijstjes. Ook hebben ze het gevoel wat meer achterover te kunnen leunen: zij geven ruimte want niet zij zijn verantwoordelijk. De jeugdigen en hun omgeving zijn dat zelf, zij kunnen wel zo nodig iets toevoegen. In feite is dat geen nieuws, maar het wordt nu ook zo beleefd en zichtbaar gemaakt. Sommige professionals geven aan dat het soms wel meer tijd kost. Tegelijkertijd zijn de resultaten groter en beter dan voorheen. En dat maakt de tijdsinvestering heel erg waard.

Hoe nu verder?

We merkten al heel snel dat de GG-aanpak breed inzetbaar is. Niet alleen in geïndiceerde contacten voor overgewicht, maar ook in de reguliere contacten. Het gespreksmodel levert een bijdrage aan het zelfvertrouwen van jeugdigen en ouders. Het geeft hen richting en actie. Zij gaan aan de slag met hun eigen adviezen wat eigenlijk altijd effectiever is, dan het ‘opgelegde’ advies van een ander. Vaak weten ouders ook wel wat goed is, maar ze vinden het fijn om daarin bevestigd te worden. De GG-aanpak ondersteunt dat optimaal. Ik hoop dan ook dat de GG-aanpak organisatiebreed wordt omarmd en ingevoerd.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.