Dat zou dé opleiding van de toekomst moeten zijn. Weet u het nog? De tijd dat het voltallige personeel van de sociale dienst bestond uit maatschappelijk werkers? Zij zijn langzaamaan vervangen door juridisch geschoold personeel dat de bijstandsgerechtigden niet langer zou pamperen.
Dit waren Poortwachters die burgers pas na een strenge selectie toegang gaven tot het vangnet. Een behoorlijke ommezwaai in de manier van benaderen van mensen! Inmiddels vinden we dat ook ‘oud denken’. We gaan uit van de effecten die we met de burger willen bereiken, werken vanuit de bedoeling. “Gaan we nu weer hetzelfde doen als toen we bijstandsmaatschappelijk werkers waren?”, vroeg iemand me laatst. Was het maar zo eenvoudig.
De eisen die we nu stellen aan de professionals zijn een combinatie van alle eisen van de afgelopen jaren. En al die uiteenlopende eisen moeten natuurlijk verenigd zijn in één persoon. Deze superman kent de wet- en regelgeving door en door, staat boven de materie en is vandaar uit in staat om maatwerk toe te passen. Vanuit zijn bijstandsmaatschappelijke bril kan hij exact vaststellen waar precies de hulpvraag zit. Bovendien kan hij toveren met woorden. In begrijpelijke taal legt hij de meest complexe regels uit aan laaggeletterden en tussen neus en lippen door motiveert hij de burger om werk te zoeken en zijn eigen kracht te benutten. Tot slot ziet hij waarom mensen vastlopen. Hebben ze last van tunnelvisie vanwege schaarste? Psychische klachten? Een laag IQ? De consulent van de toekomst heeft dus een opleiding nodig die nog niet bestaat. Juridische psychologie met een vleugje Nederlands.