Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Wat moet er nu écht veranderen in de jeugdhulp?

Tijdens de twee Divosa-bijeenkomsten Patronen doorbreken: een gezamenlijke werkagenda voor de transformatie van de jeugdhulp bogen onlangs ruim 20 gemeenten zich over deze vraag. De bevindingen? Zorg voor een sterke sociaal netwerk rond jeugdigen, pak ook de achterliggende oorzaken van jeugdproblematiek aan en zorg voor ruimte voor innovatie. Gemeenten zien vooral brood in langdurige samenwerking bij gezinsgerichte interventies door kleine teams met verschillende expertises en bevoegdheden.

Divosa 18 oktober 2021

De 1,3 miljard die het kabinet toezegde voor 2022 is goed voor de korte termijn, maar gemeenten staan de komende jaren nog altijd voor een flinke opgave: de jeugdhulp inhoudelijk versterken en tegelijkertijd de betaalbaarheid van het stelsel blijven garanderen.

Hoe organiseren we samen die omslag? Tijdens de bijeenkomsten ging Divosa in gesprek met gemeenten over deze vragen. Doel is om samen te komen tot een Werkagenda Jeugd.

Stand van zaken

Wat is de stand van zaken? Gemeenten zijn hard bezig met het verbeteren van de jeugdhulp. Bijvoorbeeld door meer nadruk te leggen op preventie, slimmer organiseren van de toegang, beter samenwerken in de keten, slimmer organiseren van de inkoop, het verminderen van de regeldruk en ruimte voor maatwerk voor professionals.

Desondanks zijn er nog een boel uitdagingen. Hoe organiseer je binnen het huidige systeem daadwerkelijk een omslag in de zorg voor jeugd? Welke barrières moeten we overbruggen om echt patronen te doorbreken?

Gezamenlijke droom

Op de vraag ‘Hoe willen we dat de jeugdhulp er in 2025 concreet uitziet?’, bleek dat gemeenten streven naar een goed opvoed- en opgroeiklimaat als stabiele basis. Ofwel: een stevig netwerk rond gezinnen, waar ook organisaties als sportverenigingen, bibliotheken, welzijns- en jongerenwerk een rol hebben.

Daarbij benadrukken gemeenten dat je er soms met een netwerk alleen niet komt. ‘Het is zaak om tijdig te signaleren wanneer ondersteuning of hulp echt nodig is’, aldus een beleidsmedewerker bij een gemeente. ‘Er zijn altijd kinderen en gezinnen die een langdurige of intensieve vorm van jeugdhulp nodig hebben.’

Een ander aandachtspunt: pak de daadwerkelijke oorzaken van de problematiek rond jeugdigen aan. Jeugdhulpvragen komen vaak voort uit een gezinssituatie waarin andere problematiek speelt, bijvoorbeeld bij ouders: denk aan psychische problematiek, armoede of stress. Gezinnen waar de spanningen oplopen door schulden zul je bijvoorbeeld op meerdere gebieden moeten helpen.

Dat klinkt logisch en ook niet onbekend. Maar waarom gebeurt dit dan nog onvoldoende? Praktisch gezien lopen instanties tegen een systematisch tekort aan personeel aan, signaleren gemeenten. Er is ook een tekort aan bekwame professionals: de lichtste professionals worden ingezet op de moeilijkste plekken.

Innovatieve projecten

Ook de welbekende tekorten in budgetten, tijd en ruimte om te werken aan innovatie noemen gemeenten als knelpunten. Een directeur bij een gemeente: ‘We zouden ons moeten focussen op innovatieve projecten gericht op het versterken van het opvoed- en opgroeiklimaat en preventie. Maar daarvoor moeten we in staat zijn om op tijd passende jeugdhulp. En daar schort het nu aan.’

Net zoals het vaak schort aan bewijslast of vernieuwende interventies daadwerkelijk effectief zijn. Gemeenten werken graag met evidence based-interventies. In het sociaal domein is dat soms echter lastig aan te tonen. Een te grote focus hierop remt innovatie en experiment. En als er al praktijkkennis is, wordt deze vaak te weinig gedeeld. Daarbij is er te weinig samenwerking tussen partijen en organisaties om domein- en organisatieoverstijgende effectieve oplossingen te vinden.

Ook de inkoop van jeugdhulp en regeldruk blijven aandachtspunten. Het huidige systeem van inkoop zorgt er voor dat instellingen de complexere en daarmee meer tijdrovende gevallen niet willen of kunnen oppakken. Hierdoor krijgen kinderen met complexe hulpvragen niet altijd tijdig de hulp die ze nodig hebben. Een gemeente: ‘Het is regel op regel op regel. Te veel partijen bemoeien zich met gemeenten: Rijk, Inspectie, provincie.’

Hoop

Een hele waslijst dus aan aandachtspunten om de jeugdhulp verder te brengen. Maar er gloort ook hoop. Gemeenten leren steeds beter om samen te werken, over de grenzen van organisatiebelang heen.

Ook wordt er meer en langdurig gewerkt aan gezinsgerichte interventies door kleine teams met verschillende expertises en bevoegdheden.

En vooral dat laatse is de toekomst, denken gemeenten. ‘Door in interdisciplinaire teams te werken kunnen nieuwe experimenten opgezet en getoetst worden. Ook ontstaat zo draagvlak bij de partijen die nodig zijn om dergelijke innovaties duurzaam te implementeren’, aldus een deelnemer.

Tot slot, wat kunnen directeuren sociaal domein, programmamanagers of beleidsmedewerker jeugd doen? ‘Wij bepalen niet, wij moeten meebewegen met wat in het veld gebeurt: vertaal uitvoering naar beleid en niet andersom’, aldus een directeur sociaal domein.

Divosa zal gemeenten hierbij ondersteunen. Bijvoorbeeld met het delen van expertise over beter samenwerken in partnerschap als netwerk en het inkopen van jeugdhulp in goede samenwerking met aanbieders. Procesmanager Denis Koets van Divosa: ‘Divosa kan helpen om de discussie over geld om te buigen naar een debat over maatschappelijke problemen die gemeente en jeugdhulp overstijgen. Het gaat om verbreden en agenderen.’

Hoe nu verder?

Met de input van de leden in de 2 sessies gaat Divosa verder, met haar leden uiteraard. Het eerste tastbare vervolg is een Divosa Vrijdag over normaliseren op 12 november 2021. Daarnaast benutten de input en het netwerk om een bijdrage te leveren aan de hervormingsagenda Jeugd.

Lees het uitgebreid verslag 'Patronen doorbreken: een gezamenlijke werkagenda voor de transformatie van de jeugdhulp'

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.