Geen onderwerp leent zich beter voor geklaag en politiek opportunisme dan de eigen bijdrage en het eigen risico in de zorg.
De eigen bijdrage is oneerlijk, want je betaalt eerst belasting, dan nog premie en dan moet je ook nog bijbetalen. Zo wordt je drie keer gepakt. Het eigen risico is ook al zinloos, want niemand die met een hartaanval naar het ziekenhuis gaat overweegt dat niet te doen omdat er een eigen risico is. Het remeffect is dan ook nul. Het eigen risico is daarom puur een boete op ziek zijn. De eigen bijdrage ondermijnt de solidariteit, want het zijn de arme gezinnen die het haasje zijn, terwijl ze qua levensverwachting al zeven jaar achterlopen (en in ervaren jaren van kwaliteit van leven zelfs vijftien tot achttien jaar).
Tegelijkertijd moet er wel iets gedaan worden aan de alsmaar stijgende zorgkosten. Kortom, hoe moet het nu verder met eigen betalingen en het eigen risico in de zorg? Het wekt dan ook geen verbazing dat in vrijwel alle verkiezingsprogramma’s iets terug te vinden is over de eigen bijdrage. Het moet lager, helemaal afgeschaft worden of inkomensafhankelijk gemaakt worden. Hoewel er kern van waarheid zit in alle statements van hierboven, zijn er net zoveel nuanceringen te maken.
Het feit dat je de zorg uit drie verschillende bronnen financiert is niet oneerlijk Het is een waterbed; verlaag je het een, dan moet je het andere verhogen. Ook het remeffect ligt genuanceerder; het voorbeeld van een hartaanval is evident, maar er zijn andere voorbeelden waarbij het geen kwaad kan de burger te laten voelen dat zorg niet gratis is.
Ook het solidariteitspunt bekt leuk, maar klopt maar half. Zo zijn er talloze gemeenten die het eigen risico van kwetsbare groepen afkopen, kennen zorgverzekeraars allerlei regelingen voor mensen die in de problemen komen, geldt de eigen bijdrage niet voor huisartsbezoek en in de langdurige zorg zijn eigen betalingen vaak al inkomensafhankelijk. Daarnaast heeft Nederland het meest solidaire zorgstelsel ter wereld en is de eigen bijdrage in internationaal verband zeer laag.
De economische groei wordt al jaren opgegeten door stijgende zorguitgaven die we linksom of rechtsom moeten financieren. Het gekrakeel over de eigen bijdrage en het eigen risico leidt de discussie af van waar het werkelijk om gaat: het beteugelen van die uitgaven.
Gaat deze discussie dan helemaal nergens over? Nee, dat is te kort door de bocht. Het CPB heeft in een bijlage van de doorrekeningen van de verkiezingsprogramma’s in 2020 alles nog eens netjes op een rij gezet. Wat blijkt? Het maakt wel uit hoe je eigen bijdrage en eigen risico vormgeeft. And the winner is… het verschoven eigen risico.
Een verschoven eigen risico lijkt op een verplicht eigen risico, behalve dat het startpunt van het eigen risico verschoven is. Het eigen risico gaat pas in boven een bepaald bedrag aan zorguitgaven, bijvoorbeeld op 300 euro.
De verschuiving zorgt ervoor dat verzekerden minder snel hun eigen risico volmaken, en ook verzekerden met hogere zorgkosten gestimuleerd worden hun zorggebruik te beperken. Van alle vormen van eigen bijdrage die het CPB doorrekende leidde het verschoven eigen risico tot de grootste afname van zorguitgaven.
Het kan nog beter. Als je nu het verschoven eigen risico combineert met het in delen betalen van het eigen risico, ben je er al. Een nadeel van het verplichte eigen risico is dat je het in één keer kwijt bent na een dure ziekenhuisopname. Als je dat verandert in een vast bedrag, bijvoorbeeld 50 euro per keer, is dat niet alleen slimmer maar hakt het er bij lage inkomens ook minder snel in.
Wat begon als een discussie of je door de kat of de hond gebeten wordt, kent een verrassend positief einde. Het kan slimmer, eerlijker en goedkoper met een verschoven en verdeeld eigen risico. Alleen niet zoals in de verkiezingsprogramma’s staat.