Werkgevers kunnen en moeten meer doen om mensen met een aandoening en of ziekte aan het werk te houden als zij dat kunnen en willen. Dat stelt Patiëntenfederatie Nederland na onderzoek onder Nederlanders met een aandoening. Uit ditzelfde onderzoek blijkt dat mensen die ondanks hun ziekte of aandoening blijven werken een hogere kwaliteit van leven ervaren dan mensen die dat niet meer doen: “In economisch, maar vooral in menselijk opzicht is het hard nodig dat er meer in deze grote groep mensen geïnvesteerd wordt,” aldus Arthur Schellekens, directeur-bestuurder Patiëntenfederatie Nederland.
Het onderzoek werd gedaan onder 1.504 deelnemers die in de afgelopen 5 jaar betaald werk hebben gehad met een aandoening of ziekte. Ongeveer 1 op de 3 mensen uit de Nederlandse beroepsbevolking heeft een (chronische) aandoening. Dat gaat om miljoenen mensen.
Bij 71% van de deelnemers die tijdens het werk (tijdelijk) één of meer aandoeningen kreeg of hier (tijdelijk) meer last van had, is er als gevolg hiervan iets aangepast in hun werksituatie. Het initiatief hiervoor moet vaak vanuit de werknemer komen, blijkt uit het onderzoek: “Maar mensen met een aandoening mogen niet het gevoel hebben dat ze hier alleen voor verantwoordelijk zijn. Wij vinden daarom dat werkgevers hier een grotere rol in moeten nemen. Veranderingen zorgen namelijk vaak voor verbetering, vooral als mensen het gevoel hebben dat de leidinggevende en collega’s begrip tonen voor de situatie,” aldus Schellekens.
Van de deelnemers aan het onderzoek waar ondanks hun (verergerde) aandoening geen aanpassing aan het werk is gedaan had 39% dat wel gewild, 30% niet en de overige 31% weet het niet. Voorbeelden van aanpassingen die ze hadden gewild zijn minder werken, een verandering van werktijden en vaker thuiswerken. 66% van deze groep noemt de leidinggevende als grootste drempel voor deze aanpassingen: “Dat vinden wij een schrikbarend hoog percentage,” aldus Schellekens. “En gezien de grote tekorten op de arbeidsmarkt schieten werkgevers zichzelf hiermee in hun eigen voet.”
Gelukkig gaat een deel van de werkgevers in Nederland hier wel goed mee om. Gemiddeld geven deelnemers een 6,3 voor de ondersteuning door hun werkgever bij hun aandoening. 43% geeft een 8 of hoger, 35% geeft een 5 of lager. Positief vinden deelnemers het als werkgevers begrip tonen, een luisterend oor hebben en goed meedenken. Ze waarderen het bovendien als ze regie en flexibiliteit krijgen in hun werk.
Die waardering voor hun werkgever zien we ook terug in hoe deelnemers hun kwaliteit van leven waarderen. Deelnemers die aangeven relatief veel ondersteuning van hun werkgever te krijgen, geven hun kwaliteit van leven vaker een 8 of hoger (32%) vergeleken met deelnemers die minder ondersteuning ervaren (19%). Deelnemers die werken geven hun kwaliteit van leven een 6,6. De groep die nog wil en kan werken maar dat nu niet doet, geeft een 6,0: “Werken geeft mensen zingeving, sociale contacten, financiële ruimte en als je ziek bent ook afleiding,” aldus Schellekens. “In het belang van de kwaliteit van leven van die mensen, maar ook in het belang van werkgevers loont het om met tijd, aandacht en begrip in deze mensen te investeren.”